39 van de gemeente moeten worden gedempt. Verder moet ter afscheiding van het aan laatstgenoemde firma ver kochte terrein, voorzoover aan den openbaren weg gelegen, een ijzeren hek op steenen voet, en moeten, voor zoover niet aan den openbaren weg gelegen, betonschuttingen worden geplaatst, een en ander voor gemeenschappelijke rekening van de gemeente en de firma Wijtenburg. Langs de begraafplaats aan de Groenesteeg moet een schutting worden geplaatst. De Gemeente-Commissie van de Ned. Herv. Kerk kan zich vereenigen met een beton- schutting ter hoogte van 2.50 M. met prikkeldraadbe spanning, waarvan de schoren op het terrein der begraaf plaats kunnen worden aangebracht. Verder moet een kolk- loozing voor de terreinstrook achter de schutting worden gelegd en zijn enkele voorzieningen aan den ingang nood zakelijk. De kosten van deze afscheiding c.a. kunnen worden gebracht ten laste van het werk. Door vorengenoemde demping van een gedeelte van de Binnenvestgracht vervallen twee bestaande bruggen over die gracht en wordt het maken van een nieuwe brug in den verkeersweg overbodig. Eveneens kan, blijkens inlichtingen van het Hoogheem raadschap van Bijnland, met het maken van een dam met duiker in de Waardgracht worden volstaan, tegen welke oplossing ook van de zijde van den Markt- en Havendienst geen bezwaren bestaan. Een en ander is aangegeven op teekening B. Er behoeven dus voor den verkeersweg slechts twee nieuwe bruggen te worden gemaakt, n.l. één over de Oranjegracht (teekening B) en één over de Zijlsingelgracht (teekening C.) Aan de brug over de Oranjegracht behoeven geen bijzondere eischen te worden gesteld, behalve dat ze even hoog gelegd moet worden als de belendende bruggen. Dit is zonder bezwaar mogelijk. De brug over de Zijlsingelgracht is ontworpen als vaste boogbrug met een doorvaarthoogte van 2.20 M., een wijdte op den waterspiegel van 13.50 M. en opritten met hellingen 1 20. Door deze oplossing, waarover bij onze deskundige adviseurs eenstemmigheid is bereikt, wordt zooveel mogelijk met de belangen van het verkeer te land en te water rekening gehouden. Een beweegbare brug, voor het verkeer te water de meest ideale oplossing, biedt voor het verkeer te land onoverkomenlijke bezwaren. Daarenboven zou hier mede een extra-uitgave van 25.000.zijn gemoeid, afgezien nog van de kosten van bediening. Tegen een, doorvaarthoogte van meer dan 2.20 M. verzetten zich de belangen van het verkeer te land, zooals in de ter inzage gelegde stukken nader te lezen is. Wanneer de nieuwe brug over de üranjegracht gereed zal zijn, zou de zuidwaarts daarvan gelegen Waardkerkbrug gevoegelijk kunnen vervallen. Deze brug verkeert echter nog in vrij goeden staat en kan, zoolang geen belangrijke onderhoudskosten moeten worden besteed, voorloopig in stand worden gehouden. Ka slooping en straataanleg komt tusschen de Heeren- gracht en de Oranjegracht bouwterrein ter grootte van 5690 M2. ter beschikking. De voor rekening van de gemeente komende kosten van de hierboven beschreven werken, welke uit geldleening ge vonden kunnen worden, worden geraamd op totaal rond 76.000.—. In verband met het verleggen van kabels en leidingen behalve de normaal in de nieuwe straten te leggen kabels en leidingen komt voor rekening van de Stedelijke Fabrie ken van Gas en Electriciteit en van het Gemeentelijk Badio- Distributiebedrijf een bedrag van 6.787. In overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage en voor zoover betreft de wijze van uit voering van de brug over de Zijlsingelgracht van de Commissie voor den Markt- en Havendienst geven wij Uw Vergadering alsnu, voor nadere bijzonderheden verwijzend naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken, in overweging: a. te besluiten tot den aanleg van een verkeersweg c. a. tusschen de Heerengracht en den Zijlsingel volgens het hierboven omschreven plan; b. kosteloos in eigendom over te nemen de op de teeke ning D met roode kleur aangeduide strooken grond ter gezamenlijke oppervlakte van 435 M2., kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie C No. 1918 en sectie A No. 1318 (gedeeltelijk), onder de overgelegde voorwaarden; c. door vaststelling van den mede overgelegden staat, model D, tot wijziging van de gemeentebegrooting, dienst 1937, een bedrag van 76.000.te onzer beschikking te stellen ten behoeve van de uitvoering van de sub a be doelde werken en van de kosten, welke op de onder b genoemde eigendomsoverdracht vallen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 83. Leiden, 30 April 1937. In zijn in de Leeskamer ter visie liggend, om praeadvies in handen van ons College gesteld, adres van 12 Juni 1936 verzoekt E. Uges, exploitant van het Luxor Theater alhier, hem restitutie te geven van de door hem betaalde bedragen voor electrischen stroom van 1 October 1934 af, den datum, waarop den exploitant van het Lido Theater alhier tegen lageren prijs stroom is geleverd dan aan hem, adressant. Omtrent dit verzoek, dat wel zóó zal dienen te worden opgevat, dat adressant restitutie wenscht van hetgeen hij sedert laatstgenoemden datum tot 1 November 1935 meer heeft betaald, dan hij had moeten betalen, indien de later met hem gesloten stroomleveringsovereenkomst reeds op 1 October 1934 in werking was getreden, hebben wij het gevoelen ingewonnen van Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit; blijkens hun in de Leeskamer ter visie liggend advies zijn zij in dezen niet eenstemmig. De meerderheid van Commissarissen is bij nadere over weging van meening, dat, toen met een concurreerend be drijf een stroomleveringsovereenkomst was gesloten, krachtens welke de stroom op voordeeliger voorwaarden werd geleverd dan aan het Luxor Theater, het uit een oogpunt van cou lance en betamelijkheid tegenover andere verbruikers, op den weg der Directie had gelegen uit eigen beweging aan den heer Uges een ontwerp-contract op even voordeelige voorwaarden aan te bieden. Zij acht het dan ook billijk, dat alsnog restitutie plaats heeft van het bedrag, hetwelk adressant vóór 1 November 1935 meer heeft betaald dan hij krachtens de met hem, met ingang van dien datum, gesloten overeenkomst verschuldigd zou zijn geweest. Omdat de meerderheid echter meent, dat redelijkerwijs niet de eisch kan worden gesteld, dat, indien een overeenkomst op gunstiger voorwaarden met een bepaald persoon wordt ge sloten, de in verband daarmede te wijzigen contracten met andere verbruikers op denzelfden datum ingaan als het eerstgenoemde, acht zij aan de billijkheid tegenover adres sant voldaan, wanneer de restitutie beperkt blijft tot een termijn van 7 maanden, onmiddellijk voorafgaande aan 1 November 1935, den datum, waarop de met adressant gesloten stroomleveringsovereenkomst in werking is getreden. De minderheid van Commissarissen wijst er daarentegen op, dat het volgen van de door de meerderheid gewenschte gedragslijn tot dusver geenszins algemeen gebruikelijk was en dat de Directie daartoe allerminst verplicht was en is. Onder deze omstandigheden kan zij in het verleenen van restitutie aan den heer Uges niets anders zien dan een geheel willekeurige handeling, die bovendien nog een hoogst gevaarlijk precedent zou scheppen, in zoover dat zij de ge meente voor op het oogenblik niet te overziene consequenties Van financiëelen aard zal plaatsen. Zij geeft dan ook met nadruk in overweging Uwe Vergadering voor te stellen op het adres afwijzend te beschikken. Na herhaalde overweging omstandigheid, die mede tot vertraging in het uitbrengen van ons praeadvies heeft ge leid kunnen wij ons met het advies van de meerderheid van Commissarissen niet vereenigen, doch meenen wij ons bij dat van de minderheid te moeten aansluiten. In de eerste plaats zijn wij van oordeel, dat, daargelaten, of er al ooit aanleiding zou kunnen bestaan, om de door de meerderheid van Commissarissen gewenschte gedragslijn in de toekomst te gaan volgen, een dergelijke vrijwillige koersverandering alleen al om der gevolgen wille in geen geval mag leiden tot gedeeltelijke terugbetaling van hetgeen daarvóór op volkomen wettige wijze aan de gemeente is betaald. Immers zou men thans incidenteel besluiten aan adressant restitutie te verleenen, dan kan billijkheidshalve aan andere verbruikers, die later blijken in dezelfde om standigheden als adressant te verkeeren of verkeerd te hebben, een dergelijke restitutie niet worden onthouden. Doch daarmede wordt de gemeente voor financiëele conse quenties geplaatst, waarvan de omvang zelfs niet bij be nadering valt te schatten. En dit zou dan nog wel geschieden, zonder dat daarvoor eenige rechtsgrond is aan te voeren. Immers op de Directie rust thans niet de verplichting te zorgen, dat aan alle verbruikers de electriciteit op de voor hen voordeeligste voorwaarden wordt geleverd; integendeel, het zijn, gelijk ook uit de Electriciteitsverordening valt te lezen, in de eerste plaats de verbruikers zeiven, die daarnaar moeten streven; zij zijn het derhalve, ook al is de Directie desge vraagd hen daarbij, zoo mogelijk, gaarne behulpzaam, die het initiatief hebben te nemen om hetzij toepassing van een voor hen gunstiger tarief volgens de Electriciteitsver ordening, hetzij een contractueel vastgesteld tarief te ver krijgen. In dit verband zij nog medegedeeld, dat vóór 1 November 1935 de stroomlevering aan adressant volgens het in de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1937 | | pagina 5