GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
35
INHEKOHEIt STUKKEN.
N°. 69. Leiden, 30 April 1937.
Volgens artikel 21 van de Leerplichtwet worden de leden
van de Commissiën tot Wering van Schoolverzuim benoemd
voor den tijd van drie jaren.
Aangezien thans zoodanige driejarige periode is verstreken,
bieden wij Uwe Vergadering hierbij de navolgende aanbe
velingen aan en wel voor benoeming van zeven leden van:
I. de Noorder-Commissie tot Wering van Schoolverzuim:
A. 1°. W. CAEO, aftredend lid,
2°. L. WESTERMAN.
B. 1°. N. V. D. HEUVEL, aftredend lid,
2°. P. A. WISSE.
C. 1°. A. J. DEN HOLLANDER, aftredend lid,
2°. H. VINK.
D. 1°. J. H. A. MANDERS, aftredend lid,
2°. W. P. MELIEP.
E. 1°. C. MULDER, aftredend lid,
2°. W. J. LAMAN.
F. 1°. G. J. V. D. PLOEG, aftredend lid,
2°. E. DUYM.
G. 1°. W. E. WOLVERS, aftredend lid,
2°. D. PRINS.
II. de Zuider-Commissie tot Wering van Schoolverzuim:
A. 1°. D. BOSMA, aftredend lid,
2°. J. C. VAN SCHAIK.
B. 1°. P. J. M. HOCKS, aftredend lid,
2°. A. H. WINKELMOLEN.
C. 1°. A. B. MULDER, aftredend lid,
20. D. V. D. MOST VAN SPIJK.
D. 1°. J. SCHOUTEN Az, aftredend lid,
2°. J. J. LOS.
E. 1°. N. B. M. VREEBURG, aftredend lid,
20. TH. A. GODDIJN.
F. 1°. II. v. WOUDENBERG, aftredend lid,
2°. G. N. MEURS.
G. 1°. A. A. WIJNNOBEL, aftredend lid,
2°. J. II. DE VRIES.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 70. Leiden, 30 April 1937.
Bij haar in de Leeskamer ter inzage gelegd schrijven
verzoekt Mejuffrouw A. M. de Haan om eervol ontslag als
onderwijzeres aan de o. 1. school aan de Duivenbodestraat.
Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek bij ons
College geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in
overweging aan Mejuffrouw A. M. de Haan, met ingang van
een nader door ons College te bepalen datum, eervol ontslag
te verleenen uit hare betrekking van onderwijzeres aan de
o. 1. school aan de Duivenbodestraat.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden,
N°. 71. Leiden, 30 April 1937.
Het voormalige politieposthuis aan den Hoogen Rijndijk
werd ingevolge raadsbesluit van 18 Mei 1936 (Ingek. Stuk
ken No. 77) verhuurd aan H. Gaasbeek, te Leiden, tot
1 Mei 1937 en vervolgens van jaar tot jaar tegen een huur
prijs van 350.per jaar. Van den huurder is een ver
zoek ingekomen om eenige veranderingen in het gebouwtje
te doen aanbrengen, waarvan de kosten op 300.wor
den geraamd.
Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel,
dat aan dit verzoek gevolg kan worden gegeven, wanneer
adressant zich ten minste tot 1 Mei 1940 voor de huur
verbindt. Adressant heeft zich hiertoe bereid verklaard.
Onder mededeeling, dat het bedrag van 300.uit den
gewonen onderhoudspost kan worden bestreden, geven wij
Uw Vergadering, onder verwijzing naar de in de Leeskamer
ter visie liggende stukken, in overweging het raadsbesluit
van 18 Mei 1936, inzake de verhuring van het voormalige
politieposthuis aan den Hoogen Rijndijk aan H. Gaasbeek,
te Leiden, in dier voege te wijzigen, dat de huur door hem
wordt aangegaan tenminste tot 1 Mei 1940.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden
N°. 72. Leiden, 30 April 1937.
Bij raadsbesluit van 9 Augustus 1926 (Ingek. Stukken
No. 141) werd aan den bewoner van het perceel Morschweg
No. 2, den heer A. Meij, de op de overgelegde situatie-
teekening met roode arceering aangegeven strook grond aan
den Morschweg verhuurd tegen een jaarlijksche vergoeding
van 5.teneinde dezen grond bij zijn tuin te trekken.
In verband met het beëindigen van deze verhuring op 1 Mei a.s.,
heeft de tegenwoordige eigenaresse, Mevrouw de Wed.
E. HoogeveenAardoom, te Oegstgeest, verzocht om de
huur van de strook grond te mogen voortzetten.
Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel,
dat tegen inwilliging van dit verzoek geen bezwaar bestaat.
Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie
liggende stukken, geven wij Uw Vergadering derhalve in
overweging de strook grond aan den Morschweg, op de
teekening met roode arceering aangegeven, van 1 Mei 1937
tot wederopzeggens, doch uiterlijk tot 1 Mei 1947, te ver
huren aan Mevrouw de Wed. E. HoogeveenAardoom, te
Oegstgeest, tegen een jaarlijkschen huurprijs van ƒ5.en
voorts onder de overgelegde voorwaarden, waaronder de
bepaling, dat de grond geheel ten genoegen van ons College
door en op kosten van de huurster moet worden in stand
gehouden als siertuin.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 73. Leiden, 30 April 1937.
Van Mevrouw de Wed. M. H. van Berge Henegouwen
Jansen, huurster van het perceel Aalmarkt No. 12, is een
verzoek om huurvermindering ingekomen. Dit winkelwoon
huis werd aan wijlen haar echtgenoot verhuurd bij raads
besluit van 18 Juni 1934 (Ingek. Stukken No. 129) voor
den prijs van 850.per jaar voor het tijdvak van
1 Mei 1934 tot 1 Mei 1939 en verder van jaar tot jaar.
Bovendien heeft de Leidsche Belasting Ophaaldienst om
huurverlaging gevraagd. Aan dezen dienst werd bij raads
besluit van 4 Juli 1932 (Ingek. Stukken No. 146) de be
nedenverdieping van het perceel Nieuwe Rijn No. 22 van
jaar tot jaar verhuurd tegen een huursom van ƒ400.
per jaar. terwijl de straat belasting voor rekening van den
huurder is.
Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel,
dat er in deze gevallen aanleiding bestaat den hum-prijs
met ingang van 1 Mei 1937 te verlagen, t.w. dien van het
winkelwoonhuis Aalmarkt No. 12 tot 750.per jaar en
en dien van de benedenverdieping van het perceel Nieuwe Rijn
No. 22 tot 375.per jaar, straatbelasting ad 25.32
inbegrepen.
Met verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage
liggende stukken geven wij mitsdien Uw Vergadering in
overweging:
a. Uw besluit van 18 Juni 1934, inzake de verhuring
van het winkelwoonhuis Aalmarkt No. 12, in dier voege te
wijzigen, dat de huurovereenkomst gesteld wordt ten name
van Mevrouw de Wed. M. H. van Berge HenegouwenJansen,
te Leiden, en dat de huurprijs met ingang van 1 Mei 1937
wordt verlaagd tot 750.per jaar;
b. Uw besluit van 4 Juli 1932, inzake de verhuring van
de benedenverdieping van het perceel Nieuwe Rijn No. 22,
aan den Leidschen Belasting Ophaaldienst, aldus te wijzigen,
dat met ingang van 1 Mei 1937 dè huurprijs wordt ver
laagd tot 375.per jaar, en dat de straatbelasting ten
laste van de gemeente komt.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
