45
Volgn. 637. Aandeel van Tiet RijJc in het hotel-
vergunnings- en verlofsrecht178.87
Het aandeel, geraamd op 618.bedraagt
796.87.
Zie de verhooging van volgn. 198 der ont
vangsten met 300.
Volgn. 638. Kosten ter zake van het verleenen
van een kindertoeslag aan gemeente-ambtenaren
en werklieden257.33
De uitgaven, geraamd op 364.bedragen
621.33.
Zie de toelichting bij volgn. 271.
Hoofdstuk XIII 2. Electriciteitsfabriek.
Volgn. 655. Rente van geldleeningen ten laste
van Hoofdstuk XIII 2 komende8.155.88
De uitgaaf, geraamd op 214.080.be
draagt 222.235.88.
Zie de toelichting bij volgn. 423 der uitgaven.
Volgn. 887b. Kosten van aankoop in het belang
van de volkshuisvesting van de fabrieksgebouwen
c.a. van de N. V. Leidsche Katoen Maatschappij,
gelegen aan de Heerengracht en de Binnenvest-
gracht, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie A
No. 1319 en Sectie C nis 988, 1758 en 1919, in
totaal groot 18202 M.2, met den ijzeren ver-
bindingsbrug tusschen de fabrieksgebouwen, als
mede van een strook grond, kad. bekend gemeente
Leiden Sectie C No. 1759, groot 9 AI.2. 1.039.01
De kosten van aankoop hebben, met inbe
grip van de veilingskosten e.d., 85.339.01 be
dragen een bedrag van 84.300.was ter zake
uitgetrokken.
Zie de verhooging van volgn. 741 der ont
vangsten „Geldleening overgebracht van
Hoofdstuk XVI" met 1.039.01.
Volgn. 883e e. Restitutie aan de Holl. Electr.
Spoorweg Mij van de aan de gemeente uitgekeerde
som voor den bouw van een nieuwe Zijlpoortsbrug
(nieuw volgnummer)20.000.
In verband met de opheffing van de Haar-
lemmermeerlijnen moest de bovenbedoelde som
van 20.000.aan de Holl. Blectr. Spoor
weg Mij worden gerestitueerd.
Zie de verhooging van volgn. 747 der ont-
Geldleening overgebracht van Hoofdstuk
XVI" met 20.000.
Volledigheidshalve wordt nog medegedeeld,
dat van de bovengenoemde som ad 20.000.
in 19.13 4.497.18 is besteed voor voorloopig
uitgevoerde werken, terwijl uit het restant ad
15.502.82 vermeerderd met de samengestelde
intrest naar 4% (van 1914 t/m. 1935 21.237.58)
de definitieve werken zouden worden be
kostigd.
De hierboven genoemde bedragen, tezamen
36.740.40 15.502.82 21.237.58) uit
makende, zijn inmiddels in mindering gebracht
van de voor andere objecten te leenen bedragen.
Volgn. 886a. Kosten van aankoop van het
fabrieksgebouw met kantoor van de N. V.
Biscuitfabriek Nutrixaan de Hoogewoerd
nis 2 en 4, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie D
nis 1 en 1527, tezamen groot 812 AI.2 21.05
De kosten van aankoop hebben, met inbe
grip van de veilingskosten, 17.921.05 bedragen,
geraamd was 17.900.
Zie de verhooging van volgn. 753 der ont
vangsten „Geldleening overgebracht van
Hoofdstuk XVI" met ƒ21.05.
Volgn. 886d. Bijdrage van de Provincie Zuid-
Holland in de kosten van vernieuwing van de
Spanjaardsbrug3.226.68
Ingevolge Raadsbesluit van 6 Juli 1931
(Ingek. Stukken Xo. 159) werd met de
Provincie Zuid-Holland een overeenkomst aan
gegaan betreffende o.m. het vernieuwen van
de Spanjaardsbrug, waarbij de kostenver-
deeling in dien zin werd geregeld, dat de ge
meente de provincie zou tegemoetkomen met
een bijdrage van een derde der kosten, tot een
maximum van 50.000.
Bij Raadsbesluit van 19 Februari 1934
(Ingek. Stukken Xo. 29) werd, in verband met
de vermoedelijke kosten van de brug ad
130.000.de bijdrage op de begrooting
uitgetrokken op 43.500.waarvan 40.000.
op voorschot werd uitgekeerd.
Blijkens den door Ged. Staten, in September
1936, ingezonden gespecificeerden kostenstaat
bedragen de kosten van vernieuwing echter
140.180.03, waarvan door de gemeente 1/3 of
46.726. 68 moet worden bijgedragen.
Aanvulling van de nog beschikbare som
van ƒ3.500.— met 3.226.68 6.726.68
3.500.is mitsdien noodzakelijk.
Zie de verhooging van volgn. 753 der ont
vangsten „Geldleening overgebracht van
Hoofdstuk XVI" met 3.226.68.
Volgn. 886f. Kosten van aankoop van de
winkelhuizen Haarlemmerstraat nis 259)261
hoek Pelikaanstraat263 en 265 en Pelikaan
straat nis 22 en 24, resp. kad. bekend Sectie H
nis 1916, 1917, 2709, 2710, 2341 en 2200,
tezamen groot 282 AI.2
De kosten van aankoop, geraamd op
19.550.hebben, met ingegrip van de
veilingskosten, 19.583.40 bedragen, d.i.
33.40 meer.
Zie de verhooging van volgn. 753 der ont
vangsten „Geldleening overgebracht van Hoofd
stuk XVI" met ƒ33.40.
Volgn. 897a. Kosten van stichting, uitbrei
ding, verbouw of verandering van inrichting
van gebouwen en van aankoop en inrichting van
terreinen voor het onderwijs in lichamelijke
oefening.
1°. voor het aanschaffen van leermiddelen ten
behoeve van de school voor gewoon lager onder
wijs aan de Hooglandsche Kerkgracht 20a.
De kosten van aanschaffing, geraamd op
212.bedragen 216.72.
Zie de verhooging van volgn. 777a der ont
vangsten van den kapitaal dienst en van
volgn. 497a der uitgaven van den gewonen
dienst beide met ƒ4.72.
33.40
4.72
Het totaal der voorgestelde verhoogingen
bedraagt derhalve
202.992.87
In deze hoogere uitgaven kan worden
voorzien
1°. door verhooging van de navolgende ont-
vangposten:
Volgn. 2. Achterstallige inkomsten van vorige
dienstjaren51.134.11
Zie de toelichting bij volgn. 227, sub 8° en 9°
der uitgaven.
Volgn. 25. Opbrengst van het vergunnings
recht, bedoeld in art. 8 der Bioscoopwet50.
Zie de toelichting bij volgn. 300 der uitgaven.
Volgn. 42. Terugontvangst van de woning
bouwverenigingen van te veel uitgekeerde voor
schotten op de bijdragen ingevolge de Woningwet 696.85
Zie de toelichting bij volgn. 338 der uitgaven.
Volgn. 60. Belasting wegens gebouwde eigen
dommen en daarbij behoorende erven, die aan
openbare land- of waterwegen in de gemeente
belenden of in de onmiddellijke nabijheid daarvan
gelegen zijn Straatbelasting2.500.
Een ontvangst van ruim 250.000.kan
worden verwacht; geraamd was ƒ247.500.
Volgn. 80. Renten van kapitalen.
c. Wegens tijdelijk belegd kasgeld4.838.64
De ontvangst, geraamd op 2000.be
draagt 6.838.64.
Volgn. 113. Uitkeering van gemeenten inge
volge artikel 86 der Lager Onderwijswet 1920. 14.800.
De in het kalenderjaar 1936 over 1933 en
1934 vastgestelde uitkeeringen zullen ruim
22.200.bedragen, een bedrag van 7.400.
was uitgetrokken.
Volgn. 114. Uitkeering van gemeenten inge
volge artikel 104, eerste lid, der Lager Onder
wijswet 1920 2000.
De in het kalenderjaar 1936 over 1933 en
1934 vastgestelde uitkeeringen zullen
4.000.bedragen, eene ontvangst van
2.000.was geraamd.
Volgn. 117. Overige inkomsten ter zake van
het bijzonder gewoon lager onderwijs1.303.11
Zie de toelichting bij volgn. 489 der uitgaven.
Volgn. 121. Uitkeering van gemeenten inge
volge artikel 86 der Lager Onderwijswet 1920. 5.100.
De in het kalenderjaar 1936 over 1933 en
1934 vastgestelde uitkeeringen zullen ruim
8.800.bedragen, een bedrag van 3.700.
was uitgetrokken.
