VRIJDAG 26 FEBBUAEI 1937.
121
Gcmcentebeg rooting Uitgaven.
(van Stralen e.a.)
men met het steunbedrag aan den lagen kant (van 2.
tot 5.per week). Spreker is er van overtuigd, dat de
kooplieden, maar vooral de venters in vele gevallen onmogelijk
met hun gezin van deze inkomsten kunnen leven. Deze
menschen hebben zoo'n moeilijk bestaan, doordat hun aantal
veel te groot is. Gelukkig bestaat thans niet meer de methode,
welke vroeger bij Maatschappelijk Hulpbetoon (toen Burger
lijk Armbestuur geheeten) werd gevolgd, waarbij men hun,
die steun vroegen, wat handelsgeld in handen gaf en hen tot
koopman maakte. De menschen worden er nu niet meer zoo
gemakkelijk toe geprest. Dit neemt niet weg, dat in dezen
tijd van groote werkloosheid, waarin ieder tracht zoo mogelijk
een bestaan te vinden, het zeer vaak voorkomt, dat men
schen, die nooit koopman of venter zijn geweest, toch pro-
beeren op deze wijze, al of niet met steun van bepaalde
instellingen, zich een bestaantje te verschaffen.
De getallen, welke mevrouw Braggaar noemde, zijn zorg
wekkend. Uit die getallen blijkt, dat er aan de zaak wat
mankeert. Het spijt spreker, dat bij de behandeling van
deze zaak eenige jaren geleden in den Raad niet de aandacht
er op gevestigd is, dat het ventersvraagstuk door de toen
voorgestelde en thans gevolgde methode nog moeilijker
wordt gemaakt. Men behoeft nu slechts een vergunning bij
de politie te halen. Men maakt menschen tot venters en
dwingt hen, anderen te beconcurreeren, als gevolg waarvan
zoowel die menschen zelf als de bona-fide middenstand er
hoe langer hoe slechter komen voor te staan. Deze zaak is
bij Maatschappelijk Hulpbetoon in behandeling; getracht
zal worden ook daarvoor een oplossing te vinden. De beste
oplossing zal deze zijn, dat er een soort ordening tot stand
komt, waarbij niet alleen Maatschappelijk Hulpbetoon be
trokken is, maar daarbij zijn tevens andere belangen gemoeid.
In dezen moet getracht worden door een speciale commissie
daarvoor een oplossing te vinden. Echter is het wel gewenscht
dit in antwoord op de opmerking van den heer van der
Kwaak bij de Algemeene Beschouwingen om in afwachting
van de totstandkoming van die commissie en van het resul
taat van haar arbeid reeds nu te trachten tot maatregelen
te komen om den aanwas van het aantal venters en koop
lieden tegen te gaan. Een van de middelen daartoe is, dat de
politie niet meer zonder meer deze vergunningen geeft aan
ieder, die daarom vraagt, maar dat tevoren met Maat
schappelijk Hulpbetoon overleg gepleegd wordt. Deze zaak
is van groot belang en zal met spoed onder de oogen gezien
moeten worden.
Bij volgnr. 593 wordt de begrooting van de Gemeente
lijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon voor 1937
zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd, waarna dit volgnr.
eveneens zonder hoofdelijke stemming wordt aangenomen.
Volgnr. 594 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 595, luidende: Subsidie aan
de Vereeniging tot verzorging vvn Tcleine kinderen te Leiden",
f 1.000.—".
Mevrouw Braggaar acht het gemiddeld aantal kinderen,
dat per week door deze vereeniging wordt verzorgd, van 92,
vrij onvoldoende voor een inrichting, waar 300 kinderen per
week verpleegd kunnen worden. Is in verband daarmede het
subsidie wel verantwoord? Spreekster wijst nog eens op de
mogelijkheid deze crèche beter te doen bezetten door ver
laging van den verpleegprijs. Spreekster geeft het College in
overweging overleg te plegen met het bestuur dezer crèche,
om deze beter aan haar doel te doen beantwoorden.
De heer Wilmer acht het niet te verwonderen, dat het
aantal kinderen in deze crèche niet zoo groot is als mevrouw
Braggaar zou verwachten; naast deze bestaat er n.l. nog een
andere crèche met een dubbel aantal kinderen. Het totale
aantal kinderen wordt verdeeld over die twee crèches; in
totaal tellen zij 210 95 305 kinderen.
De heer van Stralen zegt, dat inderdaad deze toestand ver
van goed is. Gemiddeld worden per dag niet meer dan 15
kinderen opgenomendit is in verband met de outillage van
deze inrichting veel te weinig. Dit heeft verschillende oor
zaken.
Als een er van wordt genoemd, dat de vrouwen, die uit
werken zouden kunnen gaan, het niet doen, omdat 2/3 van
haar loon wordt gekort op de steunuitkeering aan haar
echtgenooten, terwijl zij extra kosten hebben door het in
bewaring geven van haar kinderen aan de bewaarplaats,
Ook de prijs van 0.20 per kind en per dag is hierbij van
Gcmcentebegrooting Uitgaven.
(van Stralen e.a.)
belang, want over een geheele week gerekend, is het voor een
gezin een aanzienlijk bedrag.
Spreker heeft een onderhoud gehad met de Directrice.
Het is niet onmogelijk, dat het bestuur een prijsverlaging
zal toepassen, ten gevolge waarvan een toeneming van het
aantal kinderen kan worden verwacht.
Het beste zou zijn, dat de belemmering om uit werken te
gaan voor de vrouwen werd weggenomen door niet meer een
zoo groot deel van haar loon in mindering te brengen op het
steunbedrag van de mannen. Kaar spreker heeft vernomen,
overweegt de Regeering inderdaad op dit punt een ver
betering in de steunregeling te brengen. Het zou in dit geval
kunnen leiden tot vermindering en misschien wel geheele
wegneming van de bezwaren.
Bij volgnr. 595 wordt zonder hoofdelijke stemming be
sloten tot toekenning aan de Vereeniging tot verzorging
van kleine kinderen te Leiden van een subsidie over 1937
van ten hoogste 1.000.volgens het overgelegde ontwerp
besluit, waarna volgnr. 595 eveneens zonder hoofdelijke
stemming wordt aangenomen.
Volgnr. 596 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming aangenomen.
Bij volgnr. 597 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming besloten tot toekenning aan de Zita-Vereeniging,
afd. Margarita van Cortonastichting, van een subsidie over
1937 van ten hoogste 1.000.volgens het overgelegde
ontwerp-besluit, waarna volgnr. 597 eveneens zonder be
raadslaging of hoofdelijke stemming wordt aangenomen.
Bij volgnr. 598 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming besloten tot toekenning aan de Vereeniging
„Christelijke Jeugdhuip" van een subsidie over 1937 van
ten hoogste 500.volgens het overgelegde ontwerp-besluit,
waarna volgnr. 598 eveneens zonder beraadslaging of hoofde
lijke stemming wordt aangenomen.
De volgnrs. 599 en 600 worden achtereenvolgens zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Bij volgnr. 601 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming de begrooting van de Stedelijke Werkinrichting
voor 1937 goedgekeurd, waarna dit volgnr. eveneens zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt aangenomen.
Volgnr. 602 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming aangenomen.
Bij volgnr. 603 wordt de begrooting voor 1937 van den
Armenraad voor de Gemeente Leiden zonder beraadslaging
of hoofdelijke stemming goedgekeurd, waarna dit volgnr.
eveneens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt
aangenomen.
De volgnrs. 604 tot en met 612 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 613, luidende: „Subsidie aan
de Commissie voor Ontwikkeling en Ontspanning van werk-
loozen13.000.
De heer Lombert is van oordeel, dat het voor het verkrijgen
van een goed inzicht in de kosten van de zorg voor ontwikke
ling en ontspanning van werkloozen noodzakelijk is, dat
onder dit volgnummer wordt uitgetrokken het bedrag voor
huur van de gebouwen, die aan de Commissie ten gebruike
zijn gegeven.
De heer van Stralen zegt, dat het College in de Memorie
van Antwoord de zaak voldoende duidelijk heeft gemaakt.
Sedert kort wordt voor eenige cursussen voor werkloozen
gebruik gemaakt van het gebouw Nutrix. Het wordt tevens
gebruikt voor de uitvoering van werkobjecten, die door jonge
werkloozen worden uitgevoerd. Het Rijk geeft daarbij geen
vergoeding voor het bedrag voor huur; had de gemeente het
bedrag voor huur onder dit volgnummer opgenomen, dan
zou zij het zelf hebben moeten betalen.
Aangezien nu ook verder van het gebouw, zoolang het er
staat, gebruik gemaakt zal worden voor de werkloozen-
cursussen, zal met ingang van 1 Januari 1937 een bedrag
voor huur in rekening worden gebracht, waarvoor wel een
Rijksbijdrage zal worden gegeven.
De heer Goslinga vestigt er de aandacht op, dat het College