59
franbozen, bessen en pruimen, in de maanden Juni, Juli
en Augustus ook verkocht zal mogen worden op de eerste
vijf werkdagen der week tusschen 8 en 9 uur des namiddags
en op Zaterdag tusschen 10 en 11 namiddags.
Eeden van dit verzoek is, dat de Coöp. Groenten-, Fruit
en Bloemenveilingsvereeniging „Leiden en Omstreken" haar
veilingen uitsluitend des namiddags houdt, waarbij uit prac-
tische overwegingen het fruit het laatste wordt geveild. De
veilingen duren in de zomermaanden als regel tot 6 a 7
uur des namiddagsherhaaldelijk wordt het nog later. Het
is zonder meer duidelijk, dat den handelaren dan vrijwel
geen gelegenheid meer wordt geboden vóór het wettelijk
winkelsluitingsuur het spoedig aan bederf onderhevig zijnde
fruit van de hand te doen. Het overgroote deel van hun
voorraad moeten zij dan tot den volgenden dag bewaren.
De bedrijven, welke niet over een groote koelruimte be
schikken en dat zijn de meeste lijden door bederf
van het fruit zoodoende niet onbelangrijke verliezen.
Verlating van het sluitingsuur in de zomermaanden tot
9 uur (des Zaterdags tot 11 uur) zou groote verbetering
opleveren, aangezien het publiek op warme dagen, wanneer
het zachte fruit snel bederft, juist des avonds op straat
vertoeft.
Het komt ons voor, dat aan het verzoek van boven
vermelde Vereeniging, indien mogelijk, moet worden voldaan.
Hoewel een desbetreffende verzoek niet is ingekomen,
meenen wij, dat een te ontwerpen regeling zich ook moet
uitbreiden tot de fruitventers. In de eerste plaats geldt het
bovenstaande ook en wellicht in nog sterkere mate
voor hen. In de tweede plaats zal, indien den winkeliers
zal zijn tegemoet gekomen, van de zijde der venters een
soortgelijk verzoek ongetwijfeld bij Uw Vergadering worden
ingediend. Uit een onderzoek, dat de Commissaris van Politie
heeft doen instellen, blijkt, dat de Organisatie van Markt
kooplieden er inderdaad grooten prijs op zal stellen, dat
de venters ook in een dergelijke regeling worden betrokken.
Over de wijze, waarop aan het verzoek kan worden vol
daan, het volgende:
Volgens art. 9 der Winkelsluitingewet (wet van den
29sten November 1930, S. 460, gewijzigd bij de wet van den
27sten Juli 1934, 8. 450) kan de gemeenteraad, indien
bijzondere omstandigheden afwijkingen van bepalingen dier
wet in een gemeente gewenscht maken, deze afwijkingen
vaststellen onder goedkeuring van de Kroon. De Kroon heeft
dus te beoordeelen of hier sprake is van bijzondere omstan
digheden, die afwijking rechtvaardigen. Het College van B arge-
meester en Wethouders heeft inmiddels geinformeerd, of een
regeling, zooals de vereeniging wenscht, bezwaar zou ont
moeten. De Minister van Handel, Nijverheid en Scheepvaart
heeft geantwoord, dat hij met zoodanige regeling accoord zal
kunnen gaan, terwijl hij er bovendien geen bezwaar tegen
heeft, dat deze regeling wordt uitgebreid tot de fruitventers.
Met het oog op het bovenstaande achten wij het wen-
schelijk, dat aan de Verordening op de Winkelsluiting in
bovenbedoelden zin uitbreiding wordt gegeven. Met ver
wijzing naar de in de Leeskamer neergelegde stukken, geven
wij Uw Vergadering mitsdien in overweging:
I. Vast te stellen de volgende:
VER ORDENING
houdende wijziging van de Verordening van den 25en Maart
1935 (Gemeenteblad No. 9) op de Winkelsluiting.
Artikel I.
Na artikel 2 van bovengenoemde verordening wordt
ingevoegd een nieuw artikel, luidende:
Art. 2a.
Het bepaalde in artikel 2, onder b en c van de Winkel
sluitingswet is gedurende de maanden Juni, Juli en Augus
tus niet van toepassing ten aanzien van winkels, waarin
uitsluitend of in hoofdzaak fruit wordt verkocht, op de
eerste vijf werkdagen der week van 8 tot 9 uur des
namiddags en des Zaterdags van 10 tot 11 uur des namiddags,
doch uitsluitend voorzoover betreft den verkoop van aard
beien, kersen, frambozen, bessen en pruimen.
Artikel II.
Na artikel 5 wordt ingevoegd een nieuw artikel, luidende
Art. 5 a.
Het bepaalde in art. 8 lid 1, onder b en c van de Winkel
sluitingswet is gedurende de maanden Juni, Juli en Augustus
niet van toepassing op het venten met en het verkoopen
en te koop aanbieden van fruit op of aan voor het openbaar
verkeer openstaande land- en waterwegen op de eerste vijf
werkdagen der week van 8 tot 9 uur des namiddags en
des Zaterdags van 10 tot 11 uur des namiddags, doch
uitsluitend voor zoover betreft het venten met en het ver
koopen en te koop aanbieden van aardbeien, kersen, fram
bozen, bessen en pruimen.
II. Het genoemde adres van de Leidsche Vereeniging van
Handelaren in Aardappelen, Groenten en Fruit als afgedaan
te beschouwen.
De Commissie voor de Strafverordeningen.
A. van de Sande Bakhutzen, Voorzitter.
N. J. Rowaan, Secretaris.
Aan den Gemeenteraad.
N°. 123. Leiden, 4 Juli 1936.
Ter uitvoering van artikel 214ter der Lager-onderwijswet
1920 is bij Koninklijk besluit van 18 Juni 1936, No. 8 beslist,
dat de gemeentelijke kweekschool voor onderwijzers en
onderwijzeressen alhier met ingang van 1 September 1936
niet meer voor de rijksbijdrage, als bedoeld in artikel 12,
derde lid, onder 1°., der wet op bet lager onderwijs van 1878
in aanmerking zal komen. De financieele kant van deze
beslissing beteekent voor de gemeente, dat zij, indien de
kweekschool in stand gehouden blijft, te rekenen van 1 Sep
tember a.s. af, wegens rijkssubsidie een bedrag van
30.000.'s jaars zal moeten derven. Met dit cijfer voor
oogen en in verband met den zeer moeilijken financieelen
toestand der gemeente, spreekt het o. i. wel vanzelf, dat uit
het aangehaalde Koninklijk besluit slechts één consequentie,
n.l. die van de opheffing van de kweekschool, kan worden
getrokken. En dit te eerder, als bedacht wordt, dat voor het
aanstaande schooljaar voor de A-afdeeling slechts zou
kunnen worden gerekend op 30 leerlingen, waarbij dan nog
moet worden gelet op de vermoedelijke, den teruggang der
schoolbevolking wel overduidelijk illustreerende, klasse
bezetting, t. w. Ie leerjaar 3 leerlingen, 2e leerjaar 7 leer
lingen, 3e leerjaar 20 leerlingen.
Als gevolg van de opheffing van de kweekschool, zal aan
de aan die inrichting van onderwijs verbonden leeraren en
aan den concierge ontslag moeten worden verleend wegens
opheffing van hun betrekking. De in vasten dienst zijnde
leeraren zullen, ingevolge artikel 15 van het Koninklijk
besluit van 23 Augustus 1933, S. 456, na hun ontslag in het
genot van wachtgeld, op den voet van het Rijkswachtgelden-
besluit, worden gesteldop grond van het bepaalde in laatst
genoemd artikel komt dit wachtgeld, naar onze meening,
ten laste van het Rijk. Aan den concierge zal, voor rekening
van de gemeente, een wachtgeld worden toegekend, overeen
komstig de bepalingen van de verordening van 24 September
1934 (Gemeenteblad No. 33).
Verder deelen wij U mede, dat de als „leerschool" van de
gemeentelijke kweekschool voor onderwijzers(essen) aange
wezen school aan de Vrouwenkerksteeg, ingaande 1 Sep
tember a.s., haar karakter als „leerschool" zal verliezen en
op dien datum zal zijn een gewone opleidingsschool voor
u.l.o. Dientengevolge zullen de leerkrachten van deze school,
die in het genot zijn van de z.g. „leerschoolmarge", deze op
1 September a.s. verliezen. Voorts zal van dien datum af het
onderwijs in de lichamelijke oefening aan die school uit
sluitend in het 5e en 6e leerjaar (dus niet meer in alle leer
jaren) door vakonderwijzers(essen) moeten worden gegeven,
evenals zulks geschiedt aan de overige opleidingsscholen voor
u.l.o. en aan de overige lagere scholen; in verband hiermede
zal de verordening, regelende het openbaar gewoon lager- en
uitgebreid lager onderwijs dienovereenkomstig moeten worden
gewijzigd.
Ten slotte merken wij nog op, dat eenige andere met de
opheffing van de kweekschool verband houdende kwesties
op dit oogenblik nog bij ons College in onderzoek zijn.
Op grond van het vorenstaande en met verwijzing naar
de in de Leeskamer ter inzage gelegde stukken, waaronder
het advies van de Commissie voor het Onderwijs, geven wij
U alsnu in overweging:
I. de gemeentelijke kweekschool voor onderwijzers en onder
wijzeressen en den aan die school verbonden cursus voor
Fransch, met ingang van 1 September 1936 op te heffen;
II. met ingang van een nader door ons College te bepalen
dag, wegens opheffing van hunne betrekking, eervol ontslag
te verleenen aan: