13 jaarwedde een bedrag van 2.900.niet overschrijdt. De leeftijd zou dus gelijk worden gesteld aan dien in de rijks regeling. De kosten van de uitbreiding van den kindertoeslag met de genoemde beperking kunnen worden geraamd op 5.000. per jaar, zonder de genoemde beperking zullen de kosten 5.500.bedragen. Ter tegemoetkoming aan den in het Georganiseerd Overleg geuiten wensch terzake, verklaarden wij ons bereid om een nog verdere uitbreiding van de kindertoeslagregeling te be vorderen, en wel in dien zin, dat, evenmin als thans, een inkomengrens wordt gesteld en dat het bedrag van de rijks regeling wordt toegekend, t.w. voor elk kind 3 van de wedde, met een minimum van 60.en een maximum van 216.per kind, zullende de toeslag, evenals thans, eerst aanvangen bij het 3e kind. Naar analogie van de rijkskorting zal het minimum bedrag van den kindertoeslag buiten de sub II genoemde korting vallen. De kosten van deze verruiming van den kinder toeslag worden geraamd op 7.500. IV. De voorgestelde verlaging van de wedden van de boden en den huismeester, alsmede de wederinvoering van de door ons in Ingek. Stukken No. 20 van 1935 voorgestelde afronding van de wedden van eenige groepen van ambtenaren (een en ander onverminderd de algemeene korting op de wedden) wordt teruggenomen. Y. De wedde van den hoofdagent van politie zal niet met 2.worden verminderd, doch slechts met 1. De kleedingtoelage voor de agenten van politie, die in den regel in burgerkleeding dienst doen, blijft 25.hooger dan de toelage voor de agenten in uniform. De algemeene vermindering van wedden, en toelagen met 4 zal, met handhaving van de reeds opgenomen uitzonde ringen, ook niet worden toegepast op de kleeding- en diploma toelagen van de agenten van politie. Met de werklieden werd tot onze voldoening op deze basis volledige overeenstemming bereikt; alle vertegenwoordigers der organisaties en alle vertegenwoordigers van het gemeente bestuur konden zich met de aldus gewijzigde voorstellen vereenigen. Slechts verzochten zij, om de bovenbedoelde verlaging van 0.50 voor de brugwachters le en 2e klasse alsnog terug te nemen. Tot ons leedwezen kon een dergelijk resultaat niet worden bereikt met betrekking tot de salarissen van de ambtenaren en de politie. Hoewel erkentelijk voor onze pogingen om de verschillen te overbruggen, konden de vertegenwoordigers van de ambtenaren-vereenigingen ook de gewijzigde voorstellen niet aanvaarden; wel verklaarden thans alle organisaties zich bereid toe te stemmen in een korting van 3 doch verder konden zij niet gaan. De vertegenwoordigers van alle ver- eenigingen stemden tegen, terwijl van de vertegenwoordigers van het gemeentebestuur vier vóór en twee tegen stemden, zoodat de stemmen over ons voorstel staakten. De afgevaardigden van de politiebonden bleven ook na de onzerzijds betoonde tegemoetkoming en ondanks het feit, dat voor het lagere politiepersoneel de korting verhoudings gewijs het geringst zal zijn, n.l. 2 a 3 op hun algeheel afwijzend standpunt staan, waarbij zich 5 van de 6 vertegen woordigers van het gemeentebestuur aansloten. Wij hebben ernstig overwogen of na de reeds aangebrachte wijzigingen in onze voorstellen nog verdere concessies konden wórden gedaan; ons College heeft nog vrijheid kunnen vinden om de voorgestelde verlaging van de loonen van de brug wachters met 50 ct. (onverminderd de algemeene korting van 4 te laten vallen, omdat de totale vermindering voor hen, in vergelijking met andere groepen anders inderdaad wel wat groot zou zijn geworden, doch hiermede is, gelet ook op den financiëelen toestand der gemeente, naar onze meening de uiterste grens van de concessies bereikt. De lagere opbrengst van de salarisverlaging tengevolge van de wijzigingen moet over een vol jaar als volgt worden geraamd werklieden 17.375. ambtenaren20.000. kindertoeslag7.500. afronding enz. salarissen eenige groepen ambte naren 4.000. politie (kleedingtoelage en wedde hoofdagent). 1.200. brugwachters775. Totaal 50.850. Indien nu de algemeene korting op de wedden van de ambte naren werd bepaald op 3 zou de opbrengst nogmaals dalen met 20.000.en het verlies over een vol jaar reeds stijgen tot meer dan 70.000.De begrootingspositie laat de derving van een dergelijk groot bedrag beslist niet toe. Men bedenke toch, dat de gemeente over het tijdvak van 1 Januari1 Maart 1936 al een bedrag van 30.000.mist, en dat dientengevolge op de begrooting 1936 bij aanneming vai\ onze gewijzigde voorstellen zal moeten worden voorzien in een bedrag van niet minder dan 72.375.n.l. tijdvak 1 Januari1 Maart 1936 30.000.— 6/6 van 50.850.42.375. 72.375.— Voorts moet de raming van de uitkeering uit het Gemeentefonds 1936/37 worden ver minderd met21.100. Aanvankelijk was volgens aanwijzing van Gedeputeerde Staten een bedrag geraamd, ge lijk aan de voorloopige uitkeering over 1935/36, doch ingevolge nader bericht van den Minister van Financiën mag voor het uitkeeringsjaar 1936/37, in verband met de raming van de middelen van het Gemeentefonds, slechts worden gerekend op 94,71 van de voor loopige uitkeering 1935/36; zoodat ten slotte moet worden gedekt een totaal-bedrag van93.475. Wij stellen voor dit bedrag als volgt te vinden: a. beschikking over de Algemeene Reserve, voorzooveel betreft het bedrag van 30.000.waarmede de geraamde opbrengst der salarisverlaging moet worden verminderd, door dat de salarisverlaging eerst op 1 Maart a.s. in werking kan treden. Aangezien deze omstandigheid zich alleen voor het jaar 1936 voordoet, kan met het oog op den aard van het te dekken bedrag afschrijving van de Algemeene Reserve plaats hebben30.000. Schoonmaak gebouwen3.464. In verband met de aanbesteding. Telefoons500. In de ontwerp-begrooting is gerekend op de afschaffing van 5 telefoons a 50.Indien 15 telefoons worden afgeschaft, bedraagt de meerdere besparing 500. Keuringsdienst van Waren2.000. In verband met de opheffing kan voor het nog resteerend gedeelte van 1936 voor Leiden op een besparing van rond 2000.worden gerekend. Belastingen11.400. In verband met een nadere raming van den Groep. Thans geldende loonen. Loonen Dee.-voorstel. Nieuwe loonschaal. Verschil kolommen 2 en 3 Verschil kolommen 2 en 4 Verschil tusschen geldend loon en Aug.- voorstel. 1 2 3 4 5 6 7 I 23.76— 29.52 21.60—27.36 22.32—/ 28.08 2.16 1-44 —.96 II 25.20—,, 30.96 23.04—,, 28.80 23.76—,, 29.52 2.16 1.44 —.96 III 26.40—,, 32.16 24.48—,, 30.24 25.20—,, 30.96 1.92 1.20 -.72 IV 27.84—,, 33.60 25.92—,, 31.68 26.64—,, 32.40 1.92 1.20 —.72 V 29.28—,, 35.04 28.80—,, 34.56 28.80—,, 34.56 0.48 0.48 VI 32.16—,, 37.92 30.72—,, 36.48 30.96—,, 36.72 1.44 1.20 —.24

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1936 | | pagina 5