GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
1
IS6EKOHES STUKKEN.
N°. I. Leiden, 10 Januari 1936.
Met verwijzing naar Uw besluit van 15 October 1934,
in zake bet rooien van boomen en het vervreemden van
te rooien of gerooide boomen (zie Ingek. Stukken No. 225),
deelen wij Uwe Vergadering mede, dat wij in de Leeskamer
ter inzage hebben gelegd een overzicht van hetgeen door
ons College krachtens dat besluit in het afgeloopen jaar
is verricht.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 2. Leiden, 10 Januari 1936.
In verband met het nemen van ontslag als lid van Uwe
Vergadering door den heer J. G. van Es, is in de Commissie
van Beheer over de gestichten „Endegeest", „Voorgeest"
en „Rhijngeest" een vacature ontstaan.
Na raadpleging van genoemde Commissie bieden wij U,
ter vervulling van die vacature, de volgende aanbeveling aan
1°. F. ELKEEBOUT.
2°. Mr. C. BEEKENKAMP.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 3. Leiden, 10 Januari 1936.
Op 20 Februari 1936 is de heer Th. M. W. Bergers aan
de beurt van aftreding als Commissaris van de N.V. Leidsche
Duinwater Maatschappij, zoodat de vergadering van aan
deelhouders in deze vacature zal hebben te voorzien. In
gevolge de statuten der N.V. zijn aftredenden herkiesbaar,
terwijl de benoeming voer den tijd van 3 jaren plaat."; heeft.
De aanwijzing van een candidaat voor deze commissaris
plaats geschiedt, overeenkomstig de bij Uw besluit van
29 Mei 1933 (Ingek. Stukken No. 113) nader vastgestelde
Regeling inzake de uitoefening van de rechten der gemeente
als aandeelhoudster, door Uw Vergadering.
Wij geven Uw Vergadering derhalve in overweging over
te gaan tot aanwijzing van een candidaat, op wien de
stemmen in de aandeelhoudersvergadering zullen worden
uitgebracht voor de benoeming van een commissaris der
N.V. Leidsche Duinwater Maatschappij.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 4. Leiden, 10 Januari 1936.
Tengevolge van het aan den heer J. Hirschig verleend
ontslag is het noodig dat eene voorziening wordt getroffen
met betrekking tot het onderwijs in wiskunde aan de
Hoogere Burgerschool met 5 jarigen cursus.
Die voorziening kan o. i. aldus geschieden, dat aan de
thans aan die school in functie zijnde leeraren, de heeren
Dr. J. D. A. Boks en Ir. A. M. Overeynder, meer lesuren
in wiskunde worden opgedragen en dat de heer Ir. A. A.
Lagaay, leeraar aan het Gymnasium, voor het geven van
de dan nog resteerende lesuren wordt benoemd tot tijdelijk
leeraar aan de Hoogere Burgerschool met 5 jarigen cursus.
Aangezien de heer Boks, die tevens als tijdelijk leeraar
aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes werkzaam is,
alsdan een te groot getal lesuren zou moeten geven, zal
aan hem eervol ontslag moeten worden verleend uit die
tijdelijke betrekking.
Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage
gelegde adviezen geven wij Uwe Vergadering mitsdien in
overweging te besluiten:
1°. den heer Dr. J. D. A. Boks, met ingang van 1 Maart
1936, eervol ontslag te verleenen uit zijne betrekking van
tijdelijk leeraar in de wiskunde aan de Hoogere Burgerschool
voor Meisjes;
2°. den heer Ir. A. A. Lagaay, leeraar in de wiskunde
aan het Gymnasium, met ingang van 1 Maart 1936, voor
den alsdan nog overblijvenden duur van den cursus 1935
1936, te benoemen tot tijdelijk leeraar in de wiskunde aan
de Hoogere Burgerschool met 5 jarigen cursus.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 5. Leiden, 10 Januari 1936.
In verband met be- en verbouwing ter plaatse dienen
eenige hierna te noemen strooken grond aan de gemeente
te worden overgedragen. Tevens behoort uw besluit van
16 April 1934 (Ingek. Stukken no. 81), inzake den bouw
van een nieuw winkelpand aan de Aalmarkt door de N.V.
Leidsche Manufacturenhandel van Vroom en Dreesmann,
voor zooveel betreft de overeenkomst van. grondruiling, te
worden gewijzigd als hieronder is aangegeven.
Wij geven mitsdien Uw Vergadering in overweging
I. te besluiten kosteloos in eigendom en onderhoud bij
de gemeente over te nemen
a. van de N.V. Modemagazijnen Maison Zurloh, gevestigd
te 's-Gravenhage en kantoorhoudende te Leiden, het strookje
grond, groot 22 m2, deel uitmakende van het perceel,
kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M, no. 5586, op
de situatieteekening I met gele kleur aangeduid, gelegen
aan de van 't Hoffstraat, hoek Hugo de Vriesstraat;
b. van M. van Driel, te Leiden, c. s„ het strookje grond,
groot 4.75 m2, deel uitmakende van het perceel, kada
straal bekend gemeente Leiden, sectie M, no. 5568, op de
situatieteekening II in gele kleur aangegeven, gelegen aan
de van 't Iloffstraat;
c. van P. Verkley, te Leiden, het strookje grond, groot
Hr 0,70 m2, deel uitmakende van het perceel, kadastraal
bekend gemeente Leiden, sectie D, no. 456, op de situatie
teekening III met gele kleur aangeduid, gelegen aan het
Levendaal, hoek Sint Jorissteeg;
II. met wijziging van uw besluit van 16 April 1934, sub c,
te besluiten: met de N.V. Leidsche Manufacturenhandel
van Vroom en Dreesmann, te Leiden de navolgende over
eenkomst van grondruiling aan te gaan:
de N.V. draagt vrij van alle lasten in eigendom over
aan de gemeente, met bestemming tot openbare straat, de
op de overgelegde teekening IV geel gekleurde strookjes
grond, 1. w. twee strookjes grond aan de Vischpoort, beide
kadastraal bekend Sectie G, no 1810 (ged.), groot resp.
20 m2 en 0.50 m2, twee strookjes grond aan de
Aalmarkt, kadastraal bekend Sectie G, resp. no. 1723 (ged.),
groot 5.50 m2 en nis 1810 (ged.), 138 (ged.), 137
(ged.) en 136 (ged.), groot 4.50 m2, en een strookje
grond aan de Maarsmansteeg, kadastraal bekend sectie
G, no. 1723 (ged.), groot 0.80 m2, terwijl de ge
meente in eigendom overdraagt aan de N.V. de op de ge
noemde teekening rood gekleurde strookjes grond, t.w. twee
strookjes grond aan de Vischpoort, beide kadastraal bekend
sectie G, no. 1035 (ged.), groot resp. 15 m2 en 1 m2
en een strookje grond aan de Maarsmansteeg, kadastraal
bekend sectie G, ongenummerd, groot 0.60 m2> zulks
onder de in het raadsbesluit van 16 April 1934, sub c ge
noemde bepalingen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 6. Leiden, 10 Januari 1936.
Bij besluit van Uw Vergadering dd. 12 November 1934
(Ingek. Stukken No. 249) is aan de woningbouwvereeniging
„de Tuinstadwijk" voor den tijd van 50 jaren in erfpacht
uitgegeven een terrein ten westen van den Lammenschansweg
voor den bouw van 62 woningen. Bij dezen bouw zal de
noordwestelijke zijgevel van het aan den heer A. Schipper
toebehoorende perceel, sectie M, No. 5120, als bouwmuur
van de aangrenzende woning van „de Tuinstadwijk" worden
gebruikt.
Hiertoe dient de mede-eigendom te worden verkregen van
den zijgevel, met het recht van inbinten in dezen muur.
De heer Schipper gaat hiermede accoord, onder beding, dat
hij 175.als vergoeding ontvangt, welk bedrag ten laste
van de woningbouwvereeniging komt.
Vermits de gemeente den grond voor het bouwplan slechts
in erfpacht heeft gegeven, is haar medewerking tot deze
transactie vereischt in den in de conclusie vermelden vorm.
Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter inzage
liggende stukken, geven wij mitsdien Uw Vergadering in
overweging te besluiten met den heer Schipper te Leiden