328
MAANDAG 23
DECEMBEE 1935.
Wijziging verordening betrcffe?.dc levering van gas.
(Eikerbout e.a.)
is niet de bedoeling van de motie; deze is, dat men nog een
aanvulling op dit voorstel geeft en dat de mogelijkheid daartoe
nog voor 1936 geopend wordt. Dit acht spreker van meer
beteekenis dan dat men zegt: dit geldt toch maar voor een
jaar, laten wij het voor dat eene jaar maar probeeren.
De heer van Eek zegt: ,,ik vind het systeem wel niet zoo
goed, maar het is maar voor een jaar". Maar zoo heeft de
heer van Eek niet altijd gesproken. De heer van Eek heeft
vroeger altijd bepleit afschaffing van de meterhuur, maar
bij dit voorstel zit deze toch in het vastrecht verdisconteerd.
Spreker geeft den heer van Eek nu toe, dat men nooit meer
kan betalen dan over 1935, maar spreker acht dit toch
in strijd met het standpunt, altijd door den heer van Eek
ingenomen, ook in de Commissie voor de Lichtfabrieken,
ten aanzien van de electriciteitsmeters. De heer van Eek
heeft altijd bepleit afschaffing van de meterhuur en nu
sanctionneert hij deze in zeker opzicht.
Spreker zou gaarne willen dat zijn motie door het College
werd overgenomen, of dat dit trachtte in den loop van 1936,
niet in 1937, met een dergelijke regeling te komen.
De heer de Reede zegt, dat men met dit debat weer midden
in de prijzenpolitiek van de Lichtfabrieken zit. In dit voor
stel, dat spreker niet met buitengewoon enthousiasme be
groet, is een goede tendenz op te merken, n.l. dat men tracht
een basis te vinden voor de vaste lasten. Juist in dezen tijd
van teruggang drukken deze in menig opzicht te zwaar. Bij
dit tarief wordt daarmee zooveel mogelijk rekening gehouden;
het zou jammer zijn wanneer de heer van Eek zijn bezwaar
volhield om de kleine gebruikers te willen sauveeren; hij zou
dat niet doen wanneer hij wist, hoe eigenlijk de toestand is.
Laten de Lichtfabrieken, die statistisch beter georiënteerd
zijn dan de Eaad op het oogenblik is, nogeens nagaan, welke
kleine verbruikers onder de bepaling van het minimum ver
bruik van 1.per maand vallen. Het zullen niet de personen
zijn, die men speciaal heeft te ontzien. Inderdaad moeten de
gemeentebedrijven klaar staan voor iederen inwoner, maar
zij zijn niet verplicht om dengenen, die het dubbel en dwars
kunnen betalen, maar behoefte hebben aan een kleine hoe
veelheid gas, een subsidie te geven. De houder van een kantoor
die een gastoestel heeft om af en toe een keteltje water te
kunnen koken, de student, die 's avonds gas verbruikt bij
het bereiden van zijn grogje, hebben het gemak van de aan
sluiting en kunnen dus betalen, wat de Lichtfabrieken
vragen, mits het billijk blijft. Indien de Lichtfabrieken de
gegevens statistisch verwerken, zal tot geruststelling van den
heer Van Eek wel blijken, dat niet de financieel zwakken
onder het nieuwe tarief gebukt zullen gaan.
Het is te dwaas om te beweren, dat iemand, die voor
allerlei huishoudelijke doeleinden gasverwarming gebruikt,
geen 10 M3 per maand noodig heeft. Men kan dan ook met
gerustheid de nieuwe regeling aanvaarden, ook omdat indien
de kleinere, financieel zwakkere verbruikers eventueel nadeel
zouden ondervinden, zij in staat zouden zijn het nadeel op
te heffen door iets meer gas en iets minder petroleum te ge
bruiken.
De Lichtfabrieken willen het verloren terrein herwinnen
en zorgen, dat in dezen tijd het artikel petroleum niet de baas
wordt van het betere artikel gas, dat zeer veel minder brand
gevaar oplevert dan petroleum.
Spreker verwacht dan ook, dat indien de behandeling van
het voorstel van Burgemeester en Wethouders in deze zitting
niet wordt beëindigd, in een volgende raadsvergadering het
statistisch materiaal wordt verstrekt, dat spreker van zeer
groot belang acht.
De heer Mainlers zal met gerustheid stemmen vóór het
voorstel van Burgemeester en Wethouders.
Intusschen zitten in deze regeling nog eenige vreemde
dingen. Zoo behoeft men volgens tarief Ia bij levering over
den gewonen meter slechts 90 M3. afgenomen te hebben om
12.te hebben verbruikt, terwijl men volgens het tarief
16 bij levering over den muntgasmeter voor hetzelfde bedrag
133 M3. kan gebruiken.
Spreker meende ook, dat muntgas altijd duurder was
geweest dan gewoon gas, doch bij een verbruik van 240 M3.
betaalt men 24.over den gewonen meter en 21.60 over
den muntmeter. Nu betaalt men dit ook, doch bij tarief II,
ook over den gewonen meter, moet men 24.60 betalen.
De muntmeter is dus voordeeliger.
De heer van Eek stelt voor de verdere behandeling van
dit voorstel aan te houden tot een volgende vergadering;
men komt toch niet klaar met dit voorstel; het is beter
deze discussie te beschouwen, als een inleidende bespreking.
Wijziging verordening betreffende levering van gas; e.a.
(van Eek e.a.)
Dan kan het College nog eens nadenken, of het misschien
een wijziging in dit voorstel aanbrengt.
De Voorzitter ontraadt het voorstel-van Eek tot aan
houding. Spreker is overtuigd, dat dit voorstel binnen een
kwartier aangenomen kan zijn.
Het voorstel van den heer van Eek wordt aangenomen
met 16 tegen 14 stemmen.
Vóór stemmen: de heeren Vallentgoed, van Stralen,
Verweij, Schüller, van Weizen, de Eeede, Hessing, van der
Voort, Groeneveld, Jongeleen, van Eek, mevrouw de Cler,
de heer Schoneveld, mevrouw Braggaar, de heeren Tobé en
Kuipers.
Tegen stemmen: de heeren Goslinga, Tepe, Splinter,
Eikerbout, Bergers, van der Eeijden, Wilmer, Eomijn,
van Eosmalen, Beekenkamp, Manders, Lombert, Coster en
van der Kwaak.
De verdere behandeling van dit punt wordt derhalve
aangehouden tot een volgende vergadering.
XXXVIIa. Praeadvies op het verzoek van W. F. de Gunst
om ontslag uit zijn betrekking van onderwijzer bij het vervolg
onderwijs voor meisjes. (257)
XXXVIIb. Voorstel tot het instellen van een rechtsvordering
tegen C. Herrewijn, te Aarlanderveen, strekkende tot ver
goeding aan de gemeente van de schade, haar toegebracht
door aanrijding van een lantaarnpaal. (258)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen XXXVIIa
en XXXVIIö besloten.
XXXVlIe. Voorstel tot het verleenen van een Kcrstgave
aan daarvoor in aanmerking komende werkloozen. (259)
De heer Tobé zegt, dat in 1934 aan de werkloozen is uit
gekeerd een Kerstgave van 35 thans wordt voorgesteld
25 uit te keeren. Ligt dit aan dén söcihlistischen Wet
houder?
De heer van Stralen zegt, dat het volstrekt niet ligt aan
den socialistischen Wethouder, maar aan den vrijzinnig-
democratischen Minister. In 1934 is voor het eerst de Kerst-
gave op 35 bepaald, omdat toen door de Eegeering
2.000.000.als extra steun ter beschikking van de ge
meentebesturen werd gesteld, welk bedrag van 2.000.000.
ook gebruikt is om de Kerstgave te verhoogen van 25 tot
35 Spreker had gehoopt en verwacht, dat ook dezen
keer de Kerstgave 35 mocht zijn, maar bij informatie
ten Departemente bleek hem, dat de Eegeering niet meer
dan 25 wenschte toe te staan. Het gemeentebestuur
heeft zich aan deze regeling moeten houden.
De heer Tobé wenscht alleen nog te vragen, of wel vol
doende aandrang van den Wethouder op de Eegeering is
uitgegaan om de Kerstgave weer op 35 te bepalen. Waarom
heeft de Wethouder niet alles op haren en snaren gezet om
35 te krijgen? Waarom moet men zich altijd neerleggen
bij wat in Den Haag gedecreteerd wordt?
De heer Goslinga herinnert er aan, dat de heer van Stralen
jaar en dag er tegen geprotesteerd heeft, dat de Kerstgave
op 25 werd vastgesteld en telkenmale heeft voorgesteld
haar op 50 te bepalen. In 1933 heeft de heer van Stralen
er van afgezien een dergelijk voorstel in te dienen, ver
moedelijk omdat de Eaad het toch niet had aanvaard. Wat
heeft de heer van Stralen nu als Wethouder gedaan om den
Minister tot het verstrekken van een grootere Kerstgave te
bewegen? Heeft hij nu de vuist op tafel gelegd, zooals hij
in zijn goede dagen van spreker en den heer Eomijn verlangde?
Omtrent de gesteunden bij Maatschappelijk Hulpbetoon
wordt in het voorstel niets gezegd, terwijl Burgemeester en
Wethouders vroeger te dien aanzien wel mededeelingen in
de stukken deden. Zullen zij 50 ontvangen of is het nog
een geheim?
De heer van Stralen had niet verwacht, dat tegen hem zou
worden uitgepakt op de wijze als het door den heer Tobé
is gedaan. Indien bij vorige gelegenheden van de zijde der
sociaal-democratische fractie bij het gemeentebestuur er op
aangedrongen >yerd al het mogelijke te doen om tot ver-