138
Hoog ere ontvangsten
rente4.505.55
Lagere uitgaven:
rente in rekening-courant bij den gemeente
ontvanger geplaatste gelden3.596.57
8.102.12
Lagere ontvangsten:
aflossing593.82
Hoofdstuk XIII 6 (Reinigings- en Ontsmettingsdienst).
Het nadeelig saldo, oorspronkelijk geraamd op 240.356.
bedraagt 217.785.44, d. i. ƒ22.570.56 lager.
Lager uitgaven
nadeelig saldo reinigingsdienst24.155.26
Lagere ontvangsten:
rente
1.462.51
Hoofdstuk XIII 7 Keuringsdienst van Waren voor het
district Leiden.
Het nadeelig saldo, oorspronkelijk geraamd op 6.205.—
bedraagt 5.988.43, d. i. 216.57 minder.
Lagere uitgaven:
bijdrage als centrale gemeente
177.69
Hoofdstuk XIII 8 Gemeentelijke Hulpbank).
Het nadeelig saldo, oorspronkelijk geraamd op ƒ4.979.
bedraagt 4.435.61, d. i. 543.39 minder.
Lagere uitgaven:
kosten terzake van verzekering, pension-
neering enz
nadeelig saldo
494.84
772.32
Lagere ontvangsten
verhaal pensioensbijdragen enz
rente van bij den gemeente-ontvanger opge
nomen gelden373.53
1.267.16
350.24
723.77
Hoofdstuk XIII 9 (Gemeentelijk Waschbureau).
Dit hoofdstuk sluit met een nadeelig saldo van 5.36,
terwijl een batig saldo van 120.was geraamd, d. i. dus
125.36 ongunstiger.
Lagere ontvangsten:
batig exploitatie-saldo
126.92
Hoofdstuk XIII 10 (Gemeentelijk-Radio-Distributie-Bedrijf).
Het batig saldo, oorspronkelijk geraamd op 16.050.
bedraagt 16.372.98, d. i. 322.98 meer.
Hoog ere ontvangsten:
rente
Lagere ontvangsten:
retributie
398.43
75.45
Hoofdstuk XIV (Kasvoorzieningen).
Het nadeelig saldo, oorspronkelijk geraamd op ƒ58.175.
bedraagt 33.756.61, d. i. 24.418.34 minder.
Lagere uitgaven:
rente tijdelijk kasgeld24.418.34
Hoofdstuk XV (Overige inkomsten en uitgaven).
Oorspronkelijk was een batig saldo van ƒ35.550.ge
raamd, terwijl het hoofdstuk sluit met een nadeelig saldo van
5.240.87, d. i. dus 40.790.87 ongunstiger.
Lagere ontvangsten:
opbrengst meerdere korting op wedden en
loonen ongehuwd gemeente-personeel 15.000.
opbrengst maatregelen tot versterking in
komsten en verlaging uitgaven54.200.
(De bovenstaande posten waren voorloopig op
hoofdstuk XY gebracht. Vermits de resultaten
van de betrekkelijke maatregelen op de diverse
hoofdstukken tot uiting zijn gekomen, zijn op
deze posten geen ontvangsten verantwoord.)
69.200.—
Lagere uitgaven:
bijdragen aan den kapitaaldienst28.707.50
(Yan de voor reserveering van aflossingen uit
getrokken som van 30.675.werd 28.707.50
ten laste van andere hoofdstukken gebracht.)
Hoofdstuk XVI (Onvoorziene Uitgaven).
Lagere uitgaven10.307.25
Yan de oorspronkelijk beschikbaar gestelde som van
54.886.werd 44.578.75 op andere posten overgeschreven.
De rekening wijst op den gewonen dienst
een lagere uitgaaf aan dan de begrooting
van 308.901.02
en een lagere ontvangst van281.334.73
Het bedrag van27.566.29
maakt ook weer uit het verschil tusschen de
ontvangsten en uitgaven van den gewonen
dienst zooals hierboven is vermeld.
De kapitaaldienst wijst een lagere ont
vangst aan dan de begrooting van. 10.400.234.34
en een lagere uitgaaf van7.317.905.58
3.082.328.76
De begrooting van den „Kapitaaldienst"
wijst een nadeelig saldo van30.675.
Het totaal of3.113.003.76
komt overeen met het nadeelig slot van
den kapitaaldienst.
Voor verdere bijzonderheden betreffende den kapitaal
dienst mogen wij verwijzen naar de rekening zelve en naar
het hierna volgende overzicht van het bedrag, waarin thans
nog door geldleening zou moeten worden voorzien.
Wij stellen U thans voor de geheele gemeenterekening
voorloopig vast te stellen, waartoe U het volgende concept
besluit hierbij wordt aangeboden:
De Eaad der gemeente Leiden;
Gezien de rekening der inkomsten en uitgaven over het
dienstjaar 1934 door Burgemeester en Wethouders met de
hun door den Gemeente-Ontvanger aangeboden rekening en
bescheiden ingevolge artikel 256 der Gemeentewet op den
12en Augustus 1935 overgelegd;
Overwegende, dat de rekening gedurende meer dan 14 dagen
ter Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing heeft
gelegen en algemeen verkrijgbaar is gesteld overeenkomstig
het bepaalde bij bovengenoemd wetsartikel;
Gelet op het rapport der Commissie voor het nazien der
rekening; op artikel 257 der Gemeentewet en op het besluit
van Gedeputeerde Staten dezer provincie d.d. 6 Maart 1923
(Prov. Blad No. 37), zooals dit nader is gewijzigd;
Besluit
het bedrag der ontvangsten en uitgaven van die rekening
voorloopig vast te stellen als volgt:
de ontvangsten van den gewonen dienst op 9.502.104.29
de uitgaven van den gewonen dienst op 9.474.538.
en alzoo het batig slot van den gewonen
dienst op27.566.29
de ontvangsten van den kapitaaldienst op 9.623.495.68
de uitgaven van den kapitaaldienst op 12.736.499.44
en alzoo het nadeelig slot van den kapitaal
dienst op3.113.003.76
Aldus besloten in de openbare vergadering van den Eaad
der Gemeente Leiden, gehouden op 1935.
Als gewoonlijk laten wij hier ten slotte een overzicht
volgen, waaruit blijkt, welk bedrag thans voor buiten
gewone werken, kapitaal verstrekkingen aan bedrijven e. d.
moet worden geleend.