266 MAANDAG 26 AUGUSTUS 1935. (van Tol e.a.) zitter onder Gods zegen met den nieuwen Baad werkzaam zijn in bet belang van de gemeente Leiden. {Teeltenen van instemming.) De heer Eikerbout zegt, dat hij de laatste drie maanden als het ware dagelijks afscheid genomen heeft van verschil lende werkkringen: eerst van zijn gewonen werkkring en daarna van de verschillende colleges, waarin hij zitting had, terwijl nn het tijdstip aangebroken is, waarop hij van den Eaad afscheid moet nemen. Het spijt hem ten zeerste, dat hij den Eaad moet verlaten en wel om drie redenen. In de eerste plaats omdat de anti-revolutionnaire partij een zetel in den Eaad heeft verloren, in. de tweede plaats omdat dit spreker persoonlijk betrof en in de derde plaats omdat door het verlies van dien zetel de vertegenwoordiging van de anti-revolutionnaire partij in het College waarschijnlijk wel zal ophouden te bestaan. De oorzaak daarvan ligt bij de stemmenversnippering, waarvoor een zeker deel van de Leidsche christelijke bevolking de schuld draagt. Spreker heeft 16 jaren in den Eaad zitting gehad en naar zijn ver mogen, naar zijn gaven en krachten gearbeid; hij heeft de op- en neergangen in den loop der jaren meegemaakt en daarom spijt het hem op dit oogenblik te meer, dat hij heen gaat, omdat juist nu een nieuw tijdperk intreedt, van meer welvaart, van herstel, zelfs van nationaal herstel, dat van dezen Eaad zal uitgaan. Het spijt spreker, dat het hem niet vergund is daarbij tegenwoordig te zijn; hij had daaraan zeer gaarne de volle aandacht willen besteden; waar dit niet mogelijk is, zal hij langs anderen weg zijn volle aandacht dienen te besteden aan wat uit den Eaad tot de burgerij komt, door de verslagen of uit de pers. Spreker betwijfelt nog sterk of die meerdere welvaart, dat herstel zoo spoedig komen zal; hij hoopt het van harte, maar hij betwijfelt of men onder deze economische omstandigheden wel zoo kan opscheppen over meerdere welvaart, die zou kunnen worden verkregen. Spreker hoopt, dat het den heeren, die dit propa- geeren, ook gelukken zal die meerdere welvaart voor de Leidsche bevolking tot stand te brengen. Spreker betreurt het, dat hij den Eaad verlaatdoch omdat hij gepensionneerd is, heeft spreker voor een goede vertegenwoordiging van de christelijke arbeiders er prijs op gesteld, dat de heer Schone- veld in plaats van no. 5 no. 3 op de candidatenlijst stond en spreker op no. 5. Spreker wenscht zijn collega's zeer veel voorspoed toe in hun maatschappelijk leven; spreker hoopt niet met groot verlof, maar met onbepaald verlof te gaan en hij hoopt de Eaadsleden nog eens nader te mogen begroeten. Spreker dankt verder den Burgemeester hartelijk voor de medewerking, die deze tegenover den Eaad betoont; in ver schillende zaken was de Voorzitter daartoe ten volle bereid. Spreker, hoopt dat ook in de naaste toekomst de Burgemeester kennelijk Gods zegen op zijn arbeid moge ondervinden. Een woord van dank past zeker ook aan den trouwen Secretaris, die in den loop der jaren de Eaadsleden ten opzichte van verschillende dingen ingelicht en terzijde ge staan heeft, en aan de ambtenaren, waarmede hij als Eaadslid geregeld in aanraking is geweest. Voorts dankt spreker de leden van den Eaad en de Wet houders voor hun vriendelijke medewerking en den aan- genamen omgang, die met hen mogelijk was. Ondanks ver schil van inzicht, heeft men elkanders opvatting toch kunnen waardeeren. Spreker zegt den leden dank voor de jegens hem bewezen vriendschap. Met groote belangstelling ziet hij den komenden tijd tegemoet en steeds zal hij gadeslaan den arbeid, die door den Eaad wordt verricht. De arbeid van het gemeentebestuur moge onder Gods zegen rijke vruchten af werpen, in het belang van de goede stad Leiden. Teeltenen van instemming.) De heer Bosman dankt den Voorzitter voor de vriendelijke woorden, die hij tot hem en den heer van Eecke o.m. heeft gericht voor de in den Eaad verrichte werkzaamheden. Het vertrek van den heer van Eecke en spreker is, zooals bekend, niet vrijwillig, doch houdt verband met den verkiezings uitslag. Toen spreker wist, dat Mr. Eomijn in zijn plaats zou willen treden, begreep hij, dat hij de Liberale partij geen grooter dienst kon bewijzen dan door hem zijn plaats af te staan en heen te gaan. Spreker dankt den heer Eomijn voor zijn bereidwilligheid. Den Eaad dankt spreker voor de vele bewijzen van vriend schap, welke hij in de afgeloopen jaren heeft ondervonden. Wij stonden weliswaar niet altijd als vrienden tegenover elkaar, maar toch ook nooit als volslagen vijanden. Spreker (Bosman e.a.) is dankbaar voor hetgeen hij in de jaren van zijn Eaads- lidmaatschap heeft geleerd omtrent de wijze van besturen van de stad. Teekenen van instemming.) De heer Kooistra zegt, dat het hem een genoegen is te verklaren, dat hij, in tegenstelling met beide vorige sprekers, met alle vreugde, die in hem is, vertrekt, waar hij zijn taak gaarne overdraagt aan jongere menschen. Yoor den arbeid, die in den gemeenteraad van Leiden moet worden verricht in het belang van de burgerij, vooral van de arbeidersklasse, gevoelt spreker zich niet sterk genoeg meer. Spreker kan niet anders dan met vreugde terugzien op den tijd, gedurende welken hij lid van den Eaad is geweest. Er waren wel eens oogenblikken, waarin onaangename ge dachten naar voren traden, doch dat wil men als mensch vergeten en vergeven. Spreker zegt dank voor de aangename oogenblikken, die hij in de jaren van zijn raadslidmaatschap heeft doorgebracht in het belang van de gemeente en van de burgerij, in het bijzonder van de arbeidersklasse. Spreker hoopt, dat er na hem nog velen zullen komen, die de voet sporen van de sociaal-democraten zullen drukken in dezen zin, dat de Gemeenteraad nog zeer vele goede besluiten voor de burgerij zal nemen. Den Voorzitter dankt spreker voor de altijd onpartijdige leiding der Eaadsvergaderingen. Teeltenen van instemming.) De heer Koole dankt den Voorzitter voor diens vriendeüjke woorden tot den Eaad gericht en dankt ook de Wethouders, de ambtenaren en de concierges en boden, die altijd bereid waren de Eaadsleden te helpen. De heer Vos heeft bij de begrooting voor 1935 gezegd, dat hij aangename herinneringen zou bewaren aan zijn werk in den Eaad; spreker kan hem dat niet zoo nazeggen. Spreker heeft geen onaangenaamheden gehad, maar men heeft altijd een onbevredigd gevoel, wanneer men zich iets voorgesteld had, maar dat niet heeft kunnen bereiken. Spreker had zich altijd voorgesteld een reorganisatie van den schoolartsen- dienst; hij heeft zich misschien ook laten leiden door de financieele beschouwingen, door den heer Goslinga naar voren gebracht, doordat hij zich afvroeg, of hij mocht mede werken aan de financieele ontwrichting van Leiden. Bij de begrooting voor 1932 heeft de heer Goslinga gezegd: er zijn 11 profeten van de een of andere planeet in Leiden neer gestreken, die met hun voorstellen in den Eaad de financieele ontwrichting willen brengen. Spreker heeft een oogenblik gedachtis dat zoo, zijn wij zoo slecht, dat wij den financieelen chaos over Leiden willen brengen. De heer van Eek heeft jarenlang verlaging van de gas- en electriciteitsprijzen be pleit; nimmer heeft dit een goed woord of de stem van zijn tegenstanders mogen verwerven, totdat er dit jaar een voor stel is gekomen van den heer Schoneveld c.s., dat wel aan genomen is, maar hoewel dit aan de gemeente een ton kost, heeft spreker toen niet van den heer Goslinga gehoord, dat de heer Schoneveld c.s. bezig was de financiën te ontwrichten. Spreker dankt den Eaad voor de plezierige samenwerking en dankt het College en den Voorzitter. Spreker zal zich troosten met de gedachte, dat zijn opvolger zijn werk, de reorganisatie van den schoolartsendienst, weer zal opnemen en hij hoopt dat die het met groot succes moge volbrengen. {TeeTcenen van instemming.) De heer Lekkerkerker dankt den Voorzitter voor diens leiding. Spreker heeft nog maar zeer kort in dezen Eaad zitting, maar toch lang genoeg om te waardeeren het vele werk, dat hier geschiedt, en ook om te waardeeren de goede leiding, die de Voorzitter steeds heeft gegeven. Spreker dankt de andere Eaadsleden voor de wijze, waarop zij hem als jongste in dienstjaren hebben ontvangen, en spreekt den wensch uit, dat het den Voorzitter en hun gegeven zal zijn om voor Leiden nog veel goeds tot stand te brengen; hij hoopt, dat alles wat hier gebeurt moge zijn tot heil van Leiden en dat hun hoogere wijsheid gegeven moge worden om dit alles te volbrengen. Het College van Burgemeester en Wethouders in de eerste plaats, maar tevens ook den Eaadsleden. Spreker hoopt, dat zij onder Gods zegen tot heil van de gemeente Leiden werkzaam mogen zijn. {Teeltenen van instemming.) De Voorzitter doet hierna de deuren sluiten. Na eenigen tijd wordt de openbare vergadering hervat en, niemand meer het woord verlangende, door den Voorzitter gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. J. GEOEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1935 | | pagina 22