MAANDAG 29 JULI 1935. 233 Benoeming lid Gem. Comm. voor Maatsch. Hulpbetoone.a. (Voorzitter e.a.) P. G. Knibbede heer J. Mulder verkreeg 2 stemmen, terwijl 8 stemmen van onwaarde waren. De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor de genomen moeite. Ib. Voorstel tot verhuring van het winkelpand Visch- markt No. 5 aan de firma van Zwieten en Co. (152) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders besloten. Ie. Onderzoek van de geloofsbrieven van de nieuw be noemde leden van den Gemeenteraad. De Voorzitter benoemt tot leden van de commissie van onderzoek van deze geloofsbrieven de heeren Wilmer, de Beede en Yerweij en verzoekt dien leden om zich met het onderzoek te belasten. De Voorzitter schorst vervolgens de vergadering, welke na eenigen tijd wordt hervat. De heer Wilmer zegt, dat de commissie de geloofsbrieven heeft nagezien en in orde bevonden, zoodat zij voorstelt de nieuw benoemde leden toe te laten. Dienovereenkomstig wordt zonder beraadslaging of hoofde lijke stemming besloten tot goedkeuring van de geloofs brieven en tot toelating van alle benoemden. II. Voorstel in zake verhuring van het perceel Viselimarkt (Kapelsteeg) No. 4. (l^O) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming- overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders besloten. III. Voorstel tot wijziging van het Raadsbesluit van 16 Juni 1930 in zake de verhuring van het perceel Aalmarkt No. 6 aan G. Langezaal. (1<41) De heer Coster zegt, dat de voorstellen, die van het College uitgaan tot huurverlaging hoofdzakelijk betreffen huurders, die de panden hebben gehuurd na de invoering van de straatbelasting. Er zijn echter 25 huurders, die hebben gehuurd vóórdat de straatbelasting in werking trad; indertijd is toegezegd, dat daarmee rekening gehouden zou worden ten aanzien van de eigenaren van de panden. Ligt het nu niet voor de hand, hun, ook al vragen zij niets, de straat belasting kwijt te schelden? Anders krijgen zij, die niets vragen, niets en zij, die alles vragen, alles gedaan. De heer Splinter zegt, dat de heer Coster zich vergist. Bij de invoering van de straatbelasting is deze belasting op de huurders van alle gemeentewoningen verhaald. Volgens het systeem, dat tegenwoordig wordt gevolgd, wordt bij het af sluiten van nieuwe contracten of bij wijziging van de huur som de straatbelasting in het huurbedrag opgenomen. Er is dus geen aanleiding om dit ten aanzien van de loopende contracten tusschentijds te veranderen. Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. IV. Voorstel tot overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente van verschillende voor straat bestemde strookjes grond. (142) V. Voorstel tot verkoop van een gedeelte bouwterrein aan de Timorstraat, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie M nis. 923, 925 en 207 (alle gedeeltelijk) aan W. Bink en A. P. Valk, te Leiden. (113) VI. Voorstel a. tot aankoop van een aan de Woningbouwvereeniging „Ons Doel" toebelioorend strookje grond aan de Kanaal straat, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie M No. 4022 (ged.) b. tot wijziging van het raadsbesluit van 12 November 1934, voor zooveel betreft de uitgifte in erfpaeht van grond aan genoemde vereeniging c. tot vaststelling van de met den aankoop sub a verband houdende begrootingsregeling. (144) Onderliandsche opdracht tot levering ten behoeve van (Vos e.a.) centrale rioleering e.a. VII. Voorstel tot onderliandsche opdracht a. van perceel I van de levering en monteering van de pompinstallatie e.a. van het zuidelijk rioolgemaal der centrale rioleering aan de N.V. Koninklijke Nederlandsclie Machinefabriek voorheen E. H. Begemann, te Helmond b. van perceel II van genoemd werk aan de N.V. Machine fabriek „Hoogenlande" v/h. Pannevis en Zoon, te Utrecht. (145) VIII. Voorstel a. tot het aangaan van een nieuwe overeenkomst met de gemeente Benthuizen, betreffende de levering van gas in die gemeente door de Stedelijke Gasfabriek te Leiden 1». tot wijziging van de met de gemeente Benthuizen ge sloten overeenkomst, betreffende de levering van electriei- teit in die gemeente door de Stedelijke Eleetrieiteits- fabriek te Leiden. (146) IX. Praeadvies op het verzoek van het bestuur der Christe lijke lloogere Burgerschool met 5-jarigen cursus te Alphen aan den Rijn, om een bijdrage in verband met het bezoeken dier school door leerlingen uit Leiden. 147) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen IV tot en met IX besloten. X. Voorstel tot wijziging van de verordening regelende het openbaar bewaarsehoolonderwijs in de gemeente Leiden (salarissen onderwijzend personeel). (148) Hierbij komt tevens aan de orde het adres van de afdeeling Leiden van den Bond van Nederlandsclie Onderwijzers, ter zake. De heer Vos gevoelt elke salarisverlaging als een onrecht vaardigheid. In dit geval blijkt de onrechtvaardigheid wel zeer sterk. Het geldt hier een onderdeel van een tak van dienst, waarbij belangrijke arbeid wordt verricht in het belang van zoo goed als de geheele burgerij, bij welk onderdeel een tekort dreigt te ontstaan. Het College stelt nu niet voor, het tekort te doen drukken op zoo goed als de geheele burgerij, maar wel op een groep van ambtenaressen, die nota bene den belangrijken arbeid verrichten. De salarisverlaging wordt voorgesteld 5 maanden nadat reeds een salarisverlaging is toegepast. Een dergelijke maatregel moet bij deze ambtenaressen een sfeer van onrust brengen, terwijl zij haar verantwoordelijke taak moeilijk kunnen verrichten, als zij niet kunnen leven in een rustige onbezorgdheid. Sprekers derde bezwaar is, dat de voorgestelde verlaging er nogal inhakt. De hoofden van de onderwijsinrichtingen zullen moeten missen 12,5 11 de onderwijzeressen met B-akte zullen derven 22 15 terwijl de verlaging voor de onderwijzeressen met A-akte zelfs van 26 tot 17 bedraagt. In de vierde plaats heeft spreker er bezwaar tegen, dat van de laagst bezoldigden niet alleen procentsgewijze, maar ook in feite het meest wordt gevorderd. De verklaring is wellicht gelegen in het feit, dat de laagst bezoldigden altijd het grootst in aantal' zijn. Hoe meer men bezuinigt op de laagst be zoldigden, hoe beter men het in de gemeentekas zal kunnen bemerken. Deze verklaring wijzigt echter niet sprekers gevoelen, dat hier een groote onrechtvaardigheid vooral tegenover de laagst bezoldigden zou plaats hebben. Waardoor is dit tekort bij dit onderdeel ontstaan? In 1934 hebben de bijzondere schoolbesturen er in bewilligd, te volstaan met een subsidie van 40.per leerling. Die welwillendheid was zeer te waardeeren, maar bracht natuurlijk ook de gedachte omhoog, dat die besturen in staat waren de exploi tatie zóó te voeren, dat zij ook geen hooger subsidie noodig hadden. Ook voor 1935 hebben de bijzondere schoolbesturen daarin bewilligd, op één na; één bijzonder schoolbestuur is dus niet in staat bij zijn exploitatie met 40.subsidie te volstaan. Alzoo zal deze betrekkehjk kleine groep ambte naressen ernstig getroffen worden in haar levensomstandig heden, niet omdat het belang van zoo goed als de geheele burgerij dit vordert, maar omdat het gevorderd wordt door het belang van één bepaalde groep burgers. Deze 5 ernstige bezwaren nopen spreker zijn stem aan dit voorstel te onthouden. De heer Schoneveld zegt dat door de leden van de Commissie voor het Onderwijs in haar vergadering van 17 Juli jl. niet werd beschikt over de noodige gegevenszij waren aangewezen op een eenvoudige toelichting, toegevoegd aan de te behan-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1935 | | pagina 3