98
VRIJDAG 25 JANUARI 1935.
Gemeentebegrooting Uitgaven.
(Seliiiller e.a.)
derswijken (b.v. de Geerestraat) zijn totaal onbegaanbaar.
Spreker heeft in zijn voorstel het bedrag bepaald tot
2.000.zoodat hier en daar eenige verbetering kan worden
aangebracht.
De heer Manders acht verhooging van dit volgnr. niet
noodig. De Commissie van Fabricage heeft dit van alle kanten
bekeken en is tot deze cijfers gekomen; men moet zich
daaraan houden. Er is een stem opgegaan om zooveel mogelijk
op materiaal te bezuinigen en zoo weinig mogelijk op arbeids
loon; in die richting moet men gaan. Al is dit bedrag wat
laag, de materialen zijn sterk in prijs gedaald, zoodat men
voor dezelfde bedragen veel meer materiaal kan aanschaffen.
Al zijn er straten, die nog niet netjes in orde zijn, over het
algemeen ziet het er draaglijk uit. Overal waar men komt,
wordt veel aan de straten gedaan.
De heer Groeneveld zegt, dat men niet veel resultaten
ziet van het optreden van het College tegen eigenaren van
particuliere straten, die ze niet onderhouden. Het einde van
de Julianastraat, een straat met een koninklijken naam, dat
particulier eigendom is, ziet er allesbehalve koninklijk uit;
sinds menschenheugenis is niets aan dien modderpoel daar
gedaan.
De heer Bergers gevoelt zeer weinig voor verhooging van
dezen post, maar wil wel meer aandacht aan de straten en
pleinen besteed zien; bij het opbreken van straten moet
goed opgelet worden, dat er niet te veel hindernissen zijn
voor markten enz., waardoor veel oponthoud ontstaat en
het personeel niet geregeld door kan werken, zooals bij de
Varkensmarkt is gebeurd. Dit zijn kleinigheden, maar over
een jaar is het veel meer dan 2.000.wanneer daaraan
aandacht geschonken wordt, heeft men die verhooging met
2.000.niet noodig en kan er mogelijk nog zelfs bezuinigd
worden.
De heer van Rosmalen wijst op het slechte onderhoud van
de Verlengde Bloemistenlaan en andere straten, die in
particulier eigendom zijn. Waarom wordt bij de aanbesteding
niet meer aandacht geschonken aan deze zaak? Het ver
heugt spreker, dat het College thans zal nagaan of en zoo ja,
in hoeverre er aanleiding bestaat art. 20 der Wegenwet toe
te passen. Spreker is dankbaar voor hetgeen het College van
plan is te doen (memorie van antwoord, bl. 38). In welk
stadium is men nu?
Spreker denkt hierbij ook in het bijzonder aan de Reitzstraat,
die in een middeleeuwschen toestand verkeert. Verschillende
bewoners van deze straat meenen het College te moeten
verzoeken, de straat Modderspuit te doen heeten. Spreker
verzoekt het College den Raad op de hoogte te stellen van
het resultaat der te houden besprekingen.
De heer Splinter moet den Raad de aanneming van het
voorstel van den heer Schüller ten sterkste ontraden.
Oorspronkelijk is deze post geraamd op 114.425.of
1.000.lager dan verleden jaar; de vermindering is ver
kregen door de pensionneering van twee straatmakers, die
tot de vaste kern hebben behoord en niet vervangen zullen
worden. Eigenlijk was deze post dus op hetzelfde bedrag
uitgetrokken als verleden jaar. Door de lagere prijzen van
de materialen zal men in 1935 voor hetzelfde geld meer
kunnen doen dan in 1934. Het bedrag van 2.000.is in
vergelijking met het totaal bedrag van bijna 115.000.
gering te noemenhet betreft slechts een vermindering
van nog geen 2
Bij de reorganisatie van den bestratingsdienst is bepaald,
dat de vaste kern zal worden teruggebracht van 19 straat
makers tot 12 straatmakers en het aantal hulpstraatmakers
eveneens zal worden verminderd van 19 tot 12.
Met de verschillende bedrijven wordt zooveel mogelijk
overleg gepleegd, om te voorkomen dat een wegdek vaker
opgebroken wordt dan noodig is.
Het College heeft getracht particuliere wegen, waarover
de heeren Groeneveld en van Rosmalen spraken, te doen
overgaan aan de gemeente; het heeft daarbij getracht tot
een minnelijke schikking te komen. Verschillende eigenaren
van perceelen aan deze straten verklaarden zich bereid
daarbij hun medewerking te verleenen, doch enkele wenschten
dit niet te doen, zoodat op deze wijze geen resultaat kon
worden bereikt. Daarom zal nu worden nagegaan of het
aanbeveling verdient het onderhoud van die straten met
toepassing van de Wegenwet over te nemen.
Het is de bedoeling van het College, de verbetering van
de Geerestraat en Mare, die inderdaad hersteld moeten
worden, op te nemen in het werkplan, dat evenals andere
Gemeentebegrooting Uitgaven.
(Splinter e.a.)
jaren ook dit jaar aan de Commissievan Fabricage zal
worden voorgelegd.
De heer Schüller zegt, dat ook op het werkprogram, dat
de Commissie van Fabricage voor 1934 heeft ontvangen, de
verbetering van de Heerenstraat stond. In 1934 is slechts
het gedeelte tusschen de Drie Octoberstraat en de Magdalena
Moonsstraat verbeterd, omdat er voor de verbetering van
het overige gedeelte geen geld was. In het gedeelte tusschen
de Drie Octoberstraat en den Witten Singel ligt geen pad,
waarover de wielrijders behoorlijk kunnen fietsen; voor de
voetgangers zijn er geen trottoirs aangelegd. Waarom moet
op het oogenblik de Mare vernieuwd worden? Deze is ten
hoogste 3 jaren geleden geheel vernieuwd. Dat is gedaan
door de particuliere straatmakersieder vakman weet, dat
maar zeer zelden een particulier straatmaker een kei
bestrating goed kan makendat is een speciaal vak. Daarom
moet, door die uitbesteding, de Mare herstraat worden; die
is door die straatmakers nooit goed gemaakt; die straat is
afgekeurd en de gemeente kan die kosten opnieuw betalen.
Het is een fout, dat een straat, die er vierkant uit geweest
is, er over 3 jaar weer vierkant uit moet; als een straat
eenmaal goed gelegd is, kan ze er, behalve mogelijke ver
zakkingen door het verkeer of door gaten breken, binnen
8 jaar niet vierkant uit. Daarom handhaaft spreker zijn
voorstel. Al is het maar 2.000.men heeft er aan het
einde van 1934 toch zoo voorgestaan, dat het geld op was
en dat men naar middelen heeft gezocht om nog verder te
kunnen doorgaan.
De heer Splinter zegt, dat de verbetering van de Bree-
straat, toch een belangrijk onderdeel van het werkprogramma,
ook uit dezen post wordt betaald. Het overige deel van
de Heerenstraat is niet herstraat in verband met het feit,
dat de verbreeding van die straat nog onder oogen gezien
moest worden.
De Voorzitter adviseert namens Burgemeester en Wet
houders het voorstel-Schüller niet aan te nemen.
Het voorstel van den heer Schüller (No. 27, zie blz. 97)
wordt verworpen met 21 tegen 12 stemmen.
Tegen stemmen: de heeren Splinter, Romijn, Goslinga,
Lombert, Bergers, Bosman, Meijnen, Tobé, van der Reijden,
van Eecke, van Tol, Beekenkamp, van Rosmalen, Vos,
Wilmer, Coster, Manders, van Es, Eikerbout, Schoneveld
en Tepe.
Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, van Eek,
Vallentgoed, mevrouw de Cler, mevrouw Braggaar, de heeren
Kuipers, van Weizen, Koole, van Stralen, Schüller en
Kooistra.
(De heeren Wilbrink en 'de Reede waren tijdens deze
stemming niet aanwezig.)
Volgnr. 339 wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
De volgnrs. 340 tot en met 342 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 343, luidende: „Onderhoud van
parken en plantsoenen52.250.
waarbij tevens aan de orde komt het voorstel van den heer
Schüller (No. 26), luidende:
„Ondergeteekende stelt voor, de post 343 Onderhoud van
parken en plantsoenen met 5.000.te verhoogen."
De heer Schüller kan niet begrijpen, dat het College heeft
kunnen besluiten, een dergelijke besnoeiing van den plant
soenendienst voor te stellen, terwijl de oppervlakte, bestemd
voor den aanleg van plantsoenen, ieder jaar grooter wordt.
Het College bezuinigt veel te veel op het personeel. In het
najaar zijn er nog tal van werkzaamheden te verrichten, die
echter niet worden uitgevoerd, doordat men het losse per
soneel, dat in de zomermaanden wordt aangenomen, zeer
vroeg in den winter ontslaat. Het is het belang van de ge
meente, dat de plantsoenen en parken zoo goed mogelijk
worden onderhouden. Spreker bedoelt niet te zeggen, dat
de afdeeling Plantsoenen haar taak niet behoorlijk verricht;
het uitgetrokken bedrag is echter te klein. Men moet meer
uitgeven, ook voor het onderhoud van het materiaal, wil
men later niet een achterstand hebben verkregen. Spreker
heeft zijn voorstel ingediend om de afdeeling Plantsoenen in
staat te stellen ook in het komende jaar haar taak behoorlijk