Vergadering van Maandag 21 Januari 1935.
MAANDAG 21 JANUARI 1935.
1
Geopend des namiddags te twee uur.
Voorzitter:
rle heer Burgemeester Mr. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN.
Te behandelen onderwerpen:
10 Benoeming van 5 leden van de Plaatselijke Schoolcom
missie, wegens periodieke aftreding.
2° Benoeming van één lid van de Plaatselijke Schoolcom
missie ter vervulling van een door bedanken van een
lid opengekomen plaats. (2)
3° Praeadvies op het verzoek van Mej. C. M. van der
Heyden om ontslag uit hare betrekking van onder
wijzeres aan de o. 1. school aan de Medusastraat B. (3)
4° Voorstel tot nadere bepaling van den prijs, waartegen
bij raadsbesluit van 15 October 1934 aan het Kerk
bestuur van de St. Petrus Parochie, te Leiden, is
verkocht een gedeelte grond beoosten den Lammen-
schansweg, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie M
nis. 4136 ged. en 4137 ged. (4)
5° Voorstel tot wijziging van de verordening, regelende
de heffing van belastingen voor het gebruik van het
Openbaar Slachthuis te Leiden. (5)
6° Voorstel tot vaststelling van een verordening, tot rege
ling van de samenstelling, werkwijze en vergoedingen
van de Commissie van Schatting voor het Grond
bedrijf. (6)
7° Voorstel in zake nadere vaststelling van de jaarwedde
van den bezoldigden ambtenaar van den Burgerlijken
Stand en de wedde van diens plaatsvervangers. (7)
8° Begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeente
voor het jaar 1935. (231 van 1934 en 8)
9° Voortzetting van de behandeling van het voorstel:
a. tot wijziging van de verordening voor de school
voor Buitengewoon Lager Onderwijs te Leiden;
b. tot wijziging van het Raadsbesluit van 22 December
1930, gewijzigd bij Raadsbesluit van 7 November
1932, betreffende de subsidieering van de bijzondere
school voor buitengewoon lager onderwijs aan den
Zoeterwoudschen Singel. (284 van 1934)
10° Voorstel om, ten aanzien van een aan de Burchtsteeg
te bouwen winkelwoning met bovenwoning, toestem
ming te verleenen tot overschrijding van de bij de
verordening op het bouwen en sloopen voorgeschreven
maximum-hoogte voor gebouwen. (10)
11° Voorstel tot het aangaan van een huurovereenkomst
met de provincie Zuid-Holland, betreffende het terrein
gelegen nabij de Wilhelminabrug aan den Hoogen
Rijndijk. (11)
12° Voorstel tot verhuring van verschillende perceelen wei
en teelland. (17)
13L Voorstel tot verkoop van een gedeelte bouwterrein aan
de Cobetstraat, kad. bekend gemeente Leiden, sectie
M nis 4225 (ged.) en 4679 (ged.) aan W. Fontein q.q.
(12)
14° Voorstel tot wijziging van het Raadsbesluit van 15
October 1934 (Ingek. Stukken no. 225), betreffende
het rooien van boomen en het vervreemden van te
rooien of gerooide boomen. (13)
15° Voorstel in zake de verdeeling van de gemeente in
kieskringen voor de verkiezing van leden van den
Gemeenteraad en tot vaststelling van een verordening,
regelende de verdeeling van die kieskringen in stern-
districten. (19)
16° Voorstel tot goedkeuring van de in de Kerstweek 1934
plaats gehad hebbende verstrekking van een extra-
ondersteuning aan daarvoor in aanmerking komende
werkloozen. (14)
17° Voorstel in zake het aangaan van een regeling met de
te Leiden werkende ziekenfondsen betreffende het ver
leenen van een reductie op de ziekenfondspremie aan
ondersteunden. (15)
18° Voorstel:
a. tot vaststelling van een verordening op de Arbeids
beurs der gemeente Leiden;
b. tot wijziging van de verordening betreffende den
Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken. (16)
(Voorzitter e.a.)
19° Voorstel in zake aanleg van sportvelden bij de Leidsche
Hout en doortrekking van den Wassenaarscheweg bij
wijze van werkverschaffing. (18)
20° Voorste] in zake het aangaan van een overeenkomst
van ruiling met A. Klaassen, betreffende liet aan dezen
behoorende perceel aan de Vischmarkt No. 7, kad.
bekend gemeente Leiden, Sectie G No. 185, en een
gedeelte van het aan de gemeente behoorende perceel
aan de Breestraat, nis 114a, b, c, kad. bekend gemeente
Leiden Sectie G No. 1609, en tot vaststelling van den
desbetreffend en begrootingsstaat. (21)
Tegenwoordig zijn 33 leden, namelijk: de heeren van Eek,
Vallentgoed, mevrouw de Clerde Bruijn, mevrouw Brag-
gaarde Does, de heeren Tobé, van der Heijden, van Eecke,
van Tol, Kuipers, Beekenkamp, van Rosmalen, de Reede,
Vos, Wilmer, Coster, van Weizen, Manders, Koole, van
Stralen, van Es, Eikerbout, Schüller, Kooistra, Schoneveld,
Tepe, Splinter, Romijn, Goslinga, Lombert, Bergers, Wilbrink,
Bosman en Verweij.
Afwezig zijn de heeren Groeneveld en Meijnen, beiden
wegens verhindering.
De notulen van het verhandelde in de vergadering van
17 December 1934 worden goedgekeurd.
De Voorzitter houdt de volgende toespraak:
Dames en Heeren, Leden van den Gemeenteraad:
Bij onze eerste samenkomst in 1935 gevoel ik de behoefte
U allen en Uwen gezinnen een voorspoedig 1935 toe te wen-
schen; ik hoop, dat veel zegen Uw deel moge zijn. Ik betrek
daarbij niet minder de ambtenaren van de gemeente, die in
deze vergadering tegenwoordig plegen te zijn, de stenografen
en de vertegenwoordigers van de persik hoop, dat ook voor
hen allen 1935 een voorspoedig jaar moge zijn. Ik hoop, dat
wij onze beste krachten zullen geven aan de gemeenschappe
lijke zaak van de welvaart van de gemeente Leidenik smeek
daarbij den zegen van den Allerhoogsten af, dat die samen
werking tot. heil van onze geliefde gemeente moge strekken.
Onze verwachtingen van 1935 mogen niet al te hoog
gespannen zijn; men kan n.l. niet meenen, dat in. dit jaar
de moeilijkheden, waarvoor de gemeente en de bevolking
zich geplaatst zien, plotseling zouden verdwijnen en plaats
maken voor een gunstige en veelbelovende toekomst; wij
weten al te zeer, dat wij nog midden in de moeilijkheden
zitten; ik ben overtuigd, dat nog veel zal moeten gebeuren,
helaas, dat met hartebloed van de Raadsleden en van mij
zal moeten worden bezegeld.
Ik wil toch hopen, dat de samenwerking, die daarbij tus-
schen ons noodig is, goede vruchten voor de gemeente moge
opleveren en dat hetgeen wij in 1935 nog te doen hebben
voor Leiden van voordeel en van nut moge zijn.
Ik wil niet der gewoonte getrouw hier een relaas geven
van wat in het afgeloopen jaar in de gemeente gebeurd is;
dit ligt U allen versch in het geheugen; waar dit het laatste
zittingsjaar van dezen Gemeenteraad is, zal in den loop vaai
dit jaar zich een betere gelegenheid voordoen om hetgeen in
die 4 jaren tot stand gebracht is, onder de loupe te nemen.
(Teekenen van instemming.)
De heer Wilmer houdt de volgende toespraak:
Mijnheer de Voorzitter.
Ik heb de eer U namens den Raad te danken voor de
wenschen, die U tot ons hebt gericht. Wederkeerig wenschen
wij U toe Gods zegen op Uw taak als Burgemeester, die in
het bijzonder in deze dagen vraagt zooveel arbeid en zorg,
zooveel toewijding en liefde voor de belangen van de geheele
burgerij, maar in het bijzonder voor de belangen van dat
deel van de burgerij, dat zwaar, in vele gevallen zeer zwaar
gebukt gaat onder de ellende van dezen tijd. Ik hoop dat
God U geve de kracht en de liefde om Uw taak in deze
moeilijke dagen zoo goed mogelijk te vervullen.
Ik wensch, mede namens den Raad, U en Uw gezin veel
zegen toe.
Het is mij niet alleen een voorrecht, maar ook een vreugde
deze wenschen te mogen uitspreken, overtuigd als ik ben,
dat zij door den Raad volkomen oprecht en zeer hartelijk
zijn gemeend.
Teekenen van instemming.)
De Voorzitter dankt den heer Wilmer en de overige raads
leden zeer voor de vriendelijke woorden, die tot hem zijn
gericht.
(1)