410
MAARDAG 24 SEPTEMBER 1934.
Inrichting schoolgebouw-Mare voorden Geneesk. en Gezond
heidsdienst en den dienst van Maatsch. Hulpbetoon, enz.
(Wilmer e.a.)
zijn, van groot belang dat in den tegenwoordigen toestand
zoo spoedig mogelijk verbetering wordt gebracht; dit gebeurt
nu inderdaad door dit voorstel, zij het dat dit lang niet de
ideale verbetering brengt. Alles bij elkaar genomen, gelooft
spreker het beste te doen zich tenslotte noodgedwongen bij
het voorstel van het College neer te leggen, ook omdat de
Wethouder hem pertinent heeft toegezegd, dat, wanneer er
hier een voorstel zou komen om den Socialen Dienst in dit
gebouw onder te brengen, van hem alle mogelijke medewer
king daartoe is te verwachten. Op het oogenblik kan niet
meer verwezenlijkt worden; dit voorstel houdt een verbete
ring in en daarom zal spreker er voor stemmen.
De heer Manders leidt uit de mededeeling van den heer
Romijn, dat aanvankelijk geen enkel lid van het College voor
stander van deze oplossing was, af, dat Burgemeester en Wet
houders zeer zeker naar andere oplossingen hebben gezocht,
doch zonder succes, terwijl zij over de noodige gegevens be
schikten, welke den Raad niet zoo goed en op het oogenblik
geheel niet ten dienste staan. De uitgave van 21.000.in
tien jaar afgeschreven, kost per jaar ongeveer 2500.De
jaarlijksche kosten zijn dus veel geringer dan bij den bouw
van een geheel nieuw pand, dat allicht een uitgave van
100.000.zal medebrengen, waarvan de jaarlijksche rente
en afschrijving minstens dubbel zooveel zal bedragen. Boven
dien wordt van het bedrag van 21.000.slechts 10 a
11.000.aan de verbouwing van het schoolgebouw besteed.
Het verdient dan ook alleszins aanbeveling, het voorstel
van Burgemeester en Wethouders aan te nemen.
De Voorzitter zegt, dat het College bij de behandeling van
het oorspronkelijke voorstel om de diensten in de verbouwde
school aan de Mare onder te brengen, wel degelijk gesproken
heeft over allerlei mogelijkheden.
Burgemeester en Wethouders hebben herhaaldelijk met
verbouwingen te maken gehad en hebben wel eenigermate
een inzicht in de uitgaven, die daarmede gemoeid zijn. De
verbouwing van een ander gebouw dan het thans voor
gestelde zal zeker niet minder dan 50.000 kosten. De ver
bouwing van het gymnasium, die tot zeer geringen omvang
wordt gereduceerd, zal 70 a 90.000.kosten. Welk ander
gebouw men ook voor den dienst van Maatschappelijk Hulp
betoon zal verbouwen, men zal steeds ongeveer dit bedrag
moeten uitgeven.
Door de reorganisaties, die op het oogenblik nog niet
geheel zijn doorgevoerd, is men niet in staat met een vast
gesteld bouwprogramma bij den architect te komen. Burge
meester en Wethouders en de Raad kunnen op het oogenblik
niet overzien, hoe de concentratie en de organisatie van de
verschillende diensten in de toekomst zal moeten zijn.
Men moet met het in orde brengen van deze zaak grooten
spoed betrachten en daarom zijn Burgemeester en Wethouders
ten slotte gezwicht en hebben zij deze oplossing aanvaard,
die geen ideale oplossing is, maar het voordeel heeft van
soulaas te brengen en een bezuiniging te zijn.
De heer Goslinga zegt, dat de aanneming van dit voorstel
het niet onmogelijk maakt, binnen tien jaar de Langegracht
te dempen en den verbindingsweg Station—Lage Rijndijk
aan te leggen.
In de maand April van dit jaar heeft de Raad uitdrukkelijk
het nieuwe Veemarktplan verworpen en de oplossing van
het veemarktvraagstuk aanvaard, die Burgemeester en
Wethouders hebben voorgesteld.
Ru is de geheele redeneering van den heer van Stralen
eigenlijk een reactie tegen dat raadsbesluit; dat is zijn hoofd
bezwaar.
De heer Koole zegt, dat dat niet waar isdat mag de heer
Goslinga niet zeggen.
De heer Goslinga zegt, dat dat wel zoo is; spreker kan
het niet anders opvatten. Daarbij heeft de Raad zich ten
aanzien van de veemarkt uitgesproken.
De heer Groeneveld ontkent dit.
De heer Goslinga zegt, dat dat Raadsbesluit inzake de
veemarkt dan geen waarde heeft. Maar het College voert het
uit, zoodra het de goedkeuring van Gedeputeerde Staten heeft.
De heer Groeneveld kan natuurlijk niet uit den weg gaan
voor het argument, dat er hier een noodtoestand is, waarin
voorzien moet worden zonder uitstel. Die noodtoestand is
niet uit de lucht komen vallen; het College heeft deze ont-
Inrichting schoolgebouw-Mare voor den Geneesk. en Gezond
heidsdienst en den dienst van Maatsch. Hulpbetoon, enz.
(Groeneveld e.a.)
wikkeling reeds jaren lang zien aankomen. Wanneer men de
zaak zoolang laat loopen tot het geen dag meer kan wachten,
dan is de schuld niet bij den Raad, maar bij het College;
daarvoor dient een Raadslid niet uit den weg tc gaan; dan
had het College er eerder aan moeten beginnen.
De heer van Es noemt dit een belangrijke verbetering.
Spreker ontkent niet, dat het een verbetering is, maar het
is de vraag of de verplaatsing van den Geneeskundigen
Dienst van het gebouw aan de Breestraat naar een afge
keurde, opgeknapte oude school aan de Lammermarkt een
belangrijke en afdoende verbetering is; spreker meent, dat
dit niet het geval is.
Volgens den heer Romijn is van dit bedrag van 21.000.
6.000.bestemd voor restauratie van het bestaande
gebouw van Maatschappelijk Hulpbetoon. Spreker schrikt
er van, dat nu weer 6.000.wordt uitgegeven voor dat
oude gebouw aan den hoek van de Mare. Rog geen 2 jaar
geleden is daaraan ongeveer 2.000.uitgegeven voor
restauratie. Het geheele huis is al die restauratiekosten lang
niet waard; dat is geen methode. Ru doet de Wethouder
wel een beroep om te bezuinigen, maar spreker ziet hier geen
bezuiniging; spreker ziet hier alleen geldwegsmijterij. Er
wordt altijd gezegd: men is dan weer voor enkele jaren klaar
en dan zullen wij weer verder zien. Dit is een ontzettend
dure methode. De Voorzitter wees op de verbouwing van
het gymnasium. Het bedrag, dat in den loop der jaren aan
de verbouwing van het gymnasium is besteed, loopt in de
tonnen en voor hetzelfde bedrag zou men een nieuw en goed
gymnasium gehad kunnen hebben. De oplossing van liet
verkeersvraagstuk bij de Zijlpoortbrug is niet voldoende;
de toestand blijft daar bij het elkaar passeeren van twee
voertuigen gevaarlijk. Bij den aanleg van den Oost-West
verbindingsweg zal de brug door een andere vervangen
moeten worden.
Wanneer de Raad ten slotte de verantwoordelijkheid voor
de verbouwing van het oude schoolgebouw op zich wenscht
te nemen, wil spreker er niet de verantwoordelijkheid voor
dragen, dat het personeel gedurende ten minste 10 jaar
daar gehuisvest zal zijn als misdadigers in een gevangenis.
Men kan niet van een behoorlijken toestand spreken, indien
de ramen zoo hoog zijn aangebracht, dat het personeel
tegen niets anders dan muren kan kijken.
De Voorzitter merkt op, dat die toestand ook bestaat bij
ongeveer alle groote bank- en kantoorgebouwen.
De heer Groeneveld is voor de verlaging van de ramen
in de buitenwanden van het schoolgebouw. Hoewel het op
spreker een zeer zonderlingen indruk maakt, dat de raming
van de kosten der verlaging in enkele weken van 3.000.
tot 1.500.is gedaald, zal hij daarop niet verder ingaan.
De heer Koole zegt, dat de Directeur van den Genees
kundigen Dienst bij de Commissie heeft aangedrongen op
een betere huisvesting voor dien dienst. Spreker geeft on
middellijk toe, dat het schoolgebouw aan de Mare een betere
indeeling heeft dan het tegenwoordige gebouw, welks in
deeling zeer primitief is. Het personeel zal in het school
gebouw aan de Mare echter tegen hooge muren aan zitten
te kijken, omdat de afstand vanuit den grond tot aan de
kozijndorpels 1.97 M. is. De heer Romijn zegt wel: die zusters
gaan de deur uit, maar er zitten toch nog een kantoorjuffrouw,
een zuster voor Maatschappelijk Hulpbetoon, de boek
houder en de dokter. Dit zal deprimeerend werken op het
personeel. Spreker heeft in de Commissie gezegd, dat hij
verwachtte dat, wanneer het niet bij deze verbouwing ge
beurde, dr. Horst het volgend jaar zal komen met een voor
stel om toch de ramen te verlagen; daarom kan men het
beter nu doen; dan kost het minder dan wanneer het het
volgend jaar gebeurt, wanneer het geheele gebouw ge
restaureerd is; dan moet de inboedel in de verschillende
lokalen weer in de war gebracht worden. Uit bezuinigings
oogpunt is het dus beter het nu te doen. Spreker doet daartoe
het voorstel.
De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een voorstel
van den heer Koole, luidende:
„Ondergeteekende stelt voor, de ramen in de school
Mare te verlagen tot een meter uit de grond."
Dit voorstel wordt voldoende ondersteund en maakt der
halve een onderwerp van beraadslaging uit.
De heer van Es was eerst van plan, omdat hij niet beter
wist dan dat verlaging van de ramen 3.000.— zou kosten,
in het uiterste geval zijn gedachte te laten varen en met het