GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
143
ISeSKOHGir STUKKE».
M. 157. Leiden, 14 Juli 1934.
De onderhandelingen, die met de MV. Schlatmann's
Confectie en Manufacturenhandel ,,de Faam" en de MV.
,,de Faam" Maatschappij van Handel in Manufacturen en
aanverwante artikelen, werden gevoerd over den aankoop
van de voor den bouw van een nieuw raadhuis benoodigde
perceelen aan de Vischmarkt 9, 10, 16 en 17, hebben tot
overeenstemming geleid.
De eigenaressen hebben zich bereid verklaard bij minnelijke
overeenkomst genoegen te nemen met een bedrag van
237.500.in totaal voor volledige schadeloosstelling en
voor dit bedrag lxaar eigendommen aan de gemeente over
te dragen.
Aangezien wij dit bedrag, bij de bepaling waarvan rekening
is gehouden met verschillende schadefactoren, aannemelijk
achten, geven wij Uwe Vergadering, in overeenstemming
met het ter visie gelegd advies van den rechtsgeleerden
raadsman der gemeente, in overweging:
a. aan te koopen:
le. van de MV. Schlatmann's Confectie en Manufacturen
handel „de Faam", gevestigd te Leiden, voor de som van
130.000.vrij van hypotheken en andere zakelijke
lasten en huren, de perceelen aan de Vischmarkt nis 9 en
10, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie G no. 1620, groot
1 A. 92 c.A.;
2e. van de MV. „De Faam" Maatschappij van Handel in
Manufacturen en aanverwante artikelen, gevestigd te Haar
lem, voor de som van 107.500.vrij van hypotheken en
andere zakelijke lasten en huren, de perceelen aan de Visch
markt nis 16 en 17, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie
G no. 1645, groot 2 A. 98 c.A.;
een en ander verder onder de voorwaarden, genoemd in
het advies van den rechtsgeleerden raadsman der gemeente
b. door vaststelling van den mede-overgelegden begrootings-
staat, model D, dienst 1934, een bedrag van 245.100.uit
het stadhuisfonds te onzer beschikking te stellen voor de
sub a bedoelde aankoopen, met inbegrip van de kosten
van overdracht.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
M. 158. Leiden, 14 Juli 1934.
De firma J. 't Hart en D. Aanen heeft ons vergunning
gevraagd, tot het bouwen o.m. van 8 woonhuizen aan de
Koenesteeg, op het terrein kadastraal bekend Gemeente Leiden,
Sectie D Ms 389, 390, 387, 1060, 1061, 1062, 1180 en 1627.
Blijkens de overgelegde teekeningen zal de bij artikel 19,
eerste alinea, van de verordening op het bouwen en sloopen
voorgeschreven maximum-hoogte voor gebouwen ter plaatse
in dier voege worden overschreden, dat de woningen zullen
worden opgetrokken tot 6 M. boven den weg, terwijl de voor
geschreven maximum-hoogte in de steeg van 5.32 M. tot
i 5.40 M. bedraagt.
Deze overschrijding kan echter ingevolge de laatste alinea
van art. 19 der genoemde verordening met toestemming van
Uwe Vergadering plaats hebben.
Tri overeenstemming met het gevoelen van de Commissie
van Fabricage zijn wij van oordeel, dat die toestemming in
casu zonder bezwaar kan worden verleend, aangezien aan de
overzijde van de te bouwen woningen bebouwing, behoudens
een klein gedeelte bergruimte, niet aanwezig is.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien, met verwijzing naar
de in de Leeskamer ter inzage liggende stukken, in overweging,
ten aanzien van de door de firma 't Hart en Aanen aan de
Koenesteeg, op het terrein kadastraal bekend Gemeente
Leiden, Sectie D Ms. 389, 390, 387, 1060, 1061, 1062, 1180 en
1627 te bouwen woonhuizen, toe te staan, dat de bij artikel
19, eerste alinea, der verordening op het bouwen en sloopen
voorgeschreven maximum-hoogte in dier voege wordt over
schreden, dat die woningen tot 6 M. boven den weg worden
opgetrokken.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.