MAANDAG
Straataanleg-van Speijkstraat grondverkoop.
(Splinter.)
De keer Kooistra vraagt waarom particuliere bouw goed-
kooper is en of deze dan in den woningnood kan voorzien.
De heer Kooistra rekende verder uit, dat de particuliere
bouwers die woningen niet voor 5.per week kunnen
geven, maar dat het tenminste 6.50 zal worden. Spreker is
dat niet met hem eens, bovendien zijn er verscheidenen, die
zoo'n huisje liever willen koopen dan huren, hetgeen naar
sprekers meening moet worden bevorderd.
De heer Kooistra vraagt nu: worden ze daardoor goed-
kooper.
De heer Wilbrink heeft reeds uiteengezet, waardoor het
bewonen door een eigenaar-bewoner zooveel goedkooper
wordt. Voor de arbeiders is een eigen huisje een spaarpot.
Spreker is het dan ook niet eens met den heer Kooistra, dat
de huur, in plaats van 5.6.50 zal bedragen en nog
minder met den heer Schüller, die sprak van 8.a 8.50.
De heer Kooistra interrumpeert nu, dat spreker geen sterke
argumenten aanvoert, maar alles, wat de heer Kooistra
hedenmiddag ter aanbeveling van den bouw door woning-
bouwvereenigingen heeft aangevoerd, was in het geheel niet
sterk en in plaats van een krachtige bestrijding van het
voorste] te leveren, gaf hij een historisch overzicht van de
ontwikkeling der woningbouwvereenigingen.
Het komt thans aan op de vraag, wie het meest ter be
vordering van den woningbouw kunnen doen en aangezien
er waarschijnlijk geen geld meer zal toegestaan worden voor
vereenigingsbouw, is het niet anders dan logisch, dat de
Raad medewerkt tot den verkoop van grond aan particulieren.
In het Kooikwartier is dit herhaaldelijk voor den bouw van
arbeiderswoningen geschied, zonder dat daarop een enkele
aanmerking is gemaakt. Thans heeft men er wel bezwaar
tegen, omdat de vereeniging „Eensgezindheid" van meening
is, dat de terreinen voor haar zijn bestemd. Men heeft nu
gesproken over een belofte, die spreker zou hebben gedaan.
In 1931 kon niemand weten, hoe groot de woningbehoefte
zou zijn. Het aantal woningen, dat op deze terreinen zou
worden gebouwd, stond nog niet vast. Toen uit de enquete
bleek, dat nog 358 woningen gebouwd zouden kunnen worden,
zijn aan de woningbouwvereeniging „Eensgezindheid" 20
woningen toebedeeld. Was de uitslag anders geweest, had
zij zich 60 en had de woningbouwvereeniging „Eendracht"
zich 20 woningen toebedeeld gezien, dan had de woning
bouwvereeniging „Eensgezindheid" ook het terrein in zijn
geheel toegewezen gekregen. Wanneer spreker destijds zei,
dat het geheele terrein voor laatstgenoemde vereeniging be
stemd was, beteekende dit „voor zoover de vereeniging het
noodig zal hebben". De vereeniging heeft het noodige terrein
gekregen en spreker is dus zijn belofte nagekomen.
Spreker begrijpt niet, dat de heer Eikerbout geen bezwaar
heeft tegen den verkoop van grond aan den heer de Jong,
maar wel tegen den verkoop van den grond, die er naast
ligt, aan den heer Jansen.
In het ingekomen stuk heeft men duidelijk kunnen lezen,
waarom op het terrein, bestemd voor een kinderspeeltuin,
geen plantsoen kan worden aangelegd. Bij deze kwestie dient
men er tevens rekening mede te houden, dat het doel van
een woningbouwvereeniging is het bevorderen van den volks
woningbouw en niet het exploiteeren van kinderspeeltuinen.
Volgens den heer Eikerbout is er een deel van den voor
speelterrein bestemden grond afgenomen en aan de kalkzand
steenfabriek in gebruik gegeven, maar dat is slechts tijdelijk;
zoodra de straataanleg is uitgevoerd, vervalt dat stuk weer
aan den speeltuin; die blijft dus even groot als oorspronkelijk
is geprojecteerd.
Volgens den heer Eikerbout heeft „Eensgezindheid" een
belangrijk offer gebracht, maar dat belangrijke offer was in
haar eigen voordeel; spreker is het met den heer van Es eens,
dat er anders 2 huizen uitgevallen zouden zijn. Bovendien
echter zouden aan weerskanten schoeiïngen gemaakt moeten
worden, die zoo duur zouden uitkomen, dat men even goed
de sloot kon dempen, waardoor de vereeniging ook een
grooter terrein kreeg. Het College nu gevoelde iets voor de
argumenten van „Eensgezindheid" betreffende den toegang-
tot de achterliggende terreinen en heeft 1.000.in de
kosten bijgedragen, omdat dit in het belang van de gemeente
werd geacht. Spreker had ook een plan voor een brug laten
maken, waaruit bleek dat het niet strikt noodig was de
Broersloot te dempen; die brug was dan even goed op dat
terrein komen te staan, wat voor de „Eensgezindheid" zeer
nadeelig zou zijn geweest, omdat deze dan, zooals reeds
gezegd, 2 huizen had moeten missen en schoeiïngen had
moeten maken. Daarom is de bouwvereeniging zoo bereid
willig geweest 2.500.eerst 3.500.te betalen voor
demping van de Broersloot.
Spreker sluit zich verder bij den heer Wilbrink aan.
Afstemming van dit voorstel zou in de eerste plaats be-
2 JULI 1934. 269
Straataanleg-van Speijkstraat grondverkoop.
(Splinter e.a.)
teekenen, dat de grond braak blijft liggen. Dat in de toe
komst een bouwvereeniging nog gelegenheid zal krijgen om
te bouwen acht spreker uitgesloten. In de tweede plaats zou
het renteverlies veroorzaken, wanneer men dien grond niet
kan verkoopen. Het voorstel strekt alleen tot verkoop aan
den heer Jansen en aan den heer de Jong, niet om den grond
aan de bouwvereeniging te geven; dat zou dan weer een
nader voorstel moeten worden. In de derde plaats zullen dan
geen huizen gebouwd kunnen worden. Op het oogenblik is
er een overschot van 537 woningen, die gereed zijn. In aan
bouw zijn momenteel 819 woningen 80 vereenigings-
woningen; hierin zijn tal van woningen met een lagen huur
prijs begrepen. In de behoefte aan kleine woningen wordt
dus ook voorzien. Spreker geeft den Raad ernstig in over
weging dit voorstel tot grondverkoop aan de heeren Jansen
en de Jong aan te nemen.
De heer Kooistra heeft zich vanmiddag ten doel gesteld,
het principe en de belangen van alle woningbouwvereenigingen
in de gemeente te verdedigen, omdat deze vereenigingen
achtergesteld worden bij de particuliere bouwers. Spreker
heeft daarom weinig gezegd van het voorstel zelf, waarvan
hij de behandeling kon overlaten aan het lid van den Raad,
dat thans ook aanwezig is en in de buurt woont van de
woningen, waarom het nu gaat.
De besturen der woningbouwvereenigingen, om wier bouw
plannen het gaat, hebben hunnerzijds getracht den bouw
van de woningen te bevorderen, omdat zij de overtuiging
zijn toegedaan, dat de woningbouwvereenigingen op het
oogenblik goedkooper kunnen bouwen dan de particuliere
bouwers. Niemand heeft tegenover de cijfers, die spreker
heeft gegeven, andere cijfers geplaatst. Ook de heer Splinter
deed dit niet, hoewel hij sprekers argumenten zwak noemde.
Voor spreker staat het vast, dat de huren van woningen,
door particulieren gebouwd, hooger zullen zijn dan de huren
van woningen,, door woningbouwvereenigingen gesticht.
Hieraan zitten ook nog andere factoren vast, die spreker
maar liever buiten beschouwing gelaten heeft, b.v. loonen
en arbeidstijden. De arbeidstijden staan onder controle, het
loon niet en spreker weet dat loonen worden uitbetaald,
die niet voldoen aan het collectief contract. De heer Splinter
zegt nu, dat hij dat niet kan helpen, maar hij zegt, dat hij
daarop toezicht houdt. Dit zijn kleinigheden, maar die slaan
vooral bij de sociaal-democraten wel in. In de eerste plaats
moet gezorgd voor goede arbeidsvoorwaarden; de heer
Bergers, die spreker nu interrumpeert;, weet er niets van;
aan de arbeidsvoorwaarden mag niet getornd worden. Hier
worden de woningbouwvereenigingen in principe achter
gesteld bij den particulieren bouw, terwijl deze toch niet
goedkooper is, zooals spreker bewees. Deze quaestie kan
echter beter door de vakvereenigingen uitgevochten worden
dan door spreker.
De heer Splinter deelde mede, dat hij naar Den Haag
is geweest; van sprekers zijde is men daar ook geweest en
heeft men daar eigenaardige mededeelingen gekregen, nl. dat
het bericht, waarop ir. van der Kaa nog wachtte, door de
gemeente maar niet werd afgezonden. Aan wie is nu de
schuld? De gemeente stuurt het niet af en die plannen komen
niet verder. Volgens spreker is het de schuld van hen, die
trachten den particulieren woningbouw naar boven te helpen
en den vereenigingsbouw een trap te geven.
Niemand heeft hier met cijfers bewezen of kunnen bewijzen,
dat particuliere bouw goedkooper is. De sociaal-democraten
zijn niet tegen woningbouw. De heer Splinter verweet hun,
dat er meermalen grond verkocht is voor woningbouw en
dat zij daarvan nooit iets gezegd hebben. Bij verkoop van
grond voor arbeiderswoningbouw heeft spreker meestal ver
klaard, niet tegen dergelijke voorstellen te zijn, maar dat hij
het gaarne anders had gezien, maar daarom is spreker niet
tegen den bouw van goedkoope woningen. Daartegen zou
spreker zich nooit verzetten, maar hij verzet er zich wel
tegen, wanneer die verkoop van grond tot stand komt
met het praatje, dat door particulieren goedkooper gebouwd
kan worden, dan door bouwvereenigingen. Dat is een praatje
en daarom is spreker er absoluut tegen.
Volgens den heer van Es zullen de loonen wel zoodanig
dalen, dat ook een huur van 4.50 te hoog zal zijn.
In het stelsel, dat verdedigd is door den voorzitter van
de Maatschappij voor Nijverheid en Handel, zal men ten
slotte terugkomen tot de krotwoningen en wanneer de uit
spraak, dat particulieren goedkooper kunnen bouwen dan
woningbouwvereenigingen in dien zin moet worden verstaan,
wenschen de sociaal-democraten in die richting niet mede
te werken.
Aan het voorstel van Burgemeester en Wethouders ligt
de gedachte ten grondslag, dat de woningbouwvereenigingen