176
MAANDAG 16 APRIL 1934.
Exploitatie autobuslijnen door „Eltax".
(Voorzitter e.a.)
gelijk dit tot nu toe was voor „Stadsverkeer"; dat wil zeggen,
liet College wil voorschrijven, dat de dienst- en rusttijden
van de bestuurders worden geregeld overeenkomstig het
Koninklijk Besluit, dat betrekking heeft op de dienst- en
rusttijden voor chauffeurs van autobussen in het inter-
locale verkeer.
Het is niet de bedoeling, de loonen aan de goedkeuring van
Burgemeester en Wethouders te onderwerpen, aangezien de
N.Y. Eltax de voorwaarde heeft gesteld, dat zij daaromtrent
vrij blijft. Het is spreker bekend, dat over de loonen van het
personeel allerlei verhalen zijn verspreid en men meent, dat
het hongerloonen zijn. Het is spreker echter bij onderzoek
gebleken, dat het garantieloon der chauffeurs van de auto
bussen 20.per week zal bedragen. Hoe het ook zij, de
onderneming heeft zich het recht voorbehouden zelf de loonen
vast te stellen.
Yoor de diensttijden en de dienstvoorwaarden zal de
zelfde regeling gelden, die voor „Stadsverkeer" gegolden
heeft en waarin een bepaling omtrent de keuring van het
personeel is opgenomen. Elke chauffeur moet in het bezit
zijn van een bewijs, dat hij voldoet aan de eischen van
geschiktheid, die men mag stellen, welk bewijs hem verstrekt
wordt door den Commissaris van Politie, die het niet afgeeft
dan nadat hem is overgelegd een verklaring van een of meer
deskundigen, dat de chauffeur zoowel technisch bekwaam als
lichamelijk en psychisch volkomen in staat is, als chauffeur
van autobussen dienst te doen. Er zal dus toezicht op het
personeel gehouden worden.
Het voorstel van den heer Groeneveld komt niet voor
aanneming in aanmerking, omdat ten aanzien van de dienst
en rusttijden en de dienstvoorwaarden een voorziening is
getroffen en het College het voorstel, wat de loonen betreft,
niet kan aanvaarden, omdat bij aanneming daarvan de
geheele regeling met de N.V. Eltax vervallen zou zijn, terwijl
het volgens spreker voorloopig zeker niet noodig is een
bepaling omtrent de loonen op te nemen, omdat het loon,
dat bestaat uit een garantieloon van 20.per week en de
fooien, in de gegeven omstandigheden te aanvaarden zal zijn.
Mén behoeft den chauffeurs der taxi's geen fooi te geven,
maar doet men het wel, dan staat er ook tegenover, dat het
rijden in een taxi, waarin men naar elke gewenschte plaats
wordt gebracht, voordeelen heeft boven het rijden in een
autobus, die een bepaalde route moet volgen, en bovendien
slechts op vastgestelde tijden rijdt. Het zou dus niet zoo
verschrikkelijk erg zijn, indien men voor een rit met een
taxi iets meer betaalde dan voor een rit met een autobus.
Het is in het geheel niet de bedoeling, dat Burgemeester
en Wethouders zullen zeggen, als de N.V. Eltax na eenigen
tijd subsidie vraagt: „geef het haar maar, want zij heeft
ons uit den nood geholpen". Deze zaak wordt beiderzijds
als een proefneming beschouwd. Het College hoopt, dat ze
zal slagen en zal leiden tot betere toestanden op het gebied
van het verkeer. Het is echter niet de bedoeling, deze N.V.
een voorkeur te geven. Er bestaat geen bezwaar tegen, aan de
N.V. Eltax duidelijk te maken, voor zoover ze het nog niet
mocht weten, dat deze proefneming niemand bindt.
Zoodra de regeling met de N.V. Eltax omtrent het onder
houden van autobusdiensten ophoudt te bestaan, vervalt
automatisch de vergunning, welke haar gegeven wordt tot
het innemen van standplaatsen. Het is inderdaad de be
doeling voor die plaatsen geen andere vergunningen te geven,
omdat het rijden met de taxi's van deze standplaatsen
beschouwd moet worden als een aanvulling van den dienst,
zooals die tot nu toe door „Stadsverkeer" is onderhouden.
Het College ontraadt het verbinden van de voorwaarden,
die de heer Groeneveld voorstelt, aan het kleine subsidie
van maximaal 130.en ontraadt dus ook de aanneming
van het voorstel van den heer Groeneveld.
De heer Groeneveld begrijpt ten eenenmale niet, waarom
Burgemeester en Wethouders den Raad de aanneming ont
raden van zijn voorstel, dat volkomen gelijk is aan het voor
stel, hetwelk hij eenige jaren geleden heeft ingediend. De
Voorzitter voert als argument aan, dat de dienst- en rusttijden
vallen onder de bepalingen van de Ministerieele voorschriften
en dat de loonen z.i. redelijk zijn. De loonen van het personeel
van „Stadsverkeer" waren veel redelijker en desondanks
heeft het College sprekers voorstel eenige jaren geleden
overgenomen.
De heer Goslinga merkt op, dat de heer Groeneveld geheel
en al over het hoofd ziet, dat het subsidie aan „Stadsverkeer"
eenige jaren geleden 6.000.bedroeg.
De lieer Groeneveld zegt, dat de grootte van het subsidie
niets aan het principe toe- of afdoet. Door afwijzing van
Exploitatie autobuslijncn door „Eltax",
(Groeneveld e.a.)
sprekers voorstel volgt het College nu een volkomen anderen
koers dan eenige jaren geleden en het is voor spreker bijna
onverklaarbaar, waarom Burgemeester en Wethouders zijn
voorstel van dezelfde strekking als dat van eenige jaren
geleden nu niet overnemen. Spreker kan het alleen hieruit
verklaren, dat het College thans liever een struisvogel
politiek voert. Het kon de arbeidsvoorwaarden van „Stads
verkeer" eenigszins voor zijn rekening nemen, maar voorziet,
dat het dit niet kan doen met de arbeidsvoorwaarden van
de N.V. Eltax en heeft daarom de aanneming van sprekers
voorstel liever niet, waardoor het zal kunnen zeggen: de
N.V. Eltax draagt alleen de verantwoordelijkheid voor de
arbeidsvoorwaarden van baar personeel.
De Voorzitter merkt op, gezegd te hebben, dat de N.V.
Eltax het niet doet en meent, dat deze verklaring voldoende is.
De heer Groeneveld heeft van den Voorzitter alleen ver
nomen, dat de N.V. Eltax er bezwaar tegen heeft, maar
veronderstelt, dat ook „Stadsverkeer" er bezwaar tegen had.
Een ondernemer heeft er altijd bezwaar tegen, wanneer een
ander iets van zijn onderneming moet goedkeuren. Spreker
neemt dit geen enkelen ondernemer kwalijk.
Het College moet echter anders tegenover deze zaak staan.
Spieker betreurt zeer, dat de „Eltax" dit niet doet, maar
dat is voor hem geen reden om zijn voorstel in te trekken.
Spreker wil niet dat de „Eltax" concessie voor een autobus
dienst op de straten van Leiden krijgt met loonen, die nu
nog wel worden voorgesteld als 20.te zijn, wat spreker
ook al een schandelijk loon vindt, maar die in de toekomst
wellicht nog verder zullen dalen, waarop geen enkele controle
of waarover geen enkele medezeggenschap is; dan moet de
„Eltax" het maar niet doen; beter geen busdienst dan een,
waarmede men met dergelijke schandelijke arbeidsvoor
waarden op de straten van Leiden winst tracht te maken.
Volgens den heer Wilmer had spreker alleen maar critiek,
maar gaf hij niet aan wat dan moest gebeuren. Het vervoer
van de Leidsche burgers naar de verschillende stadsgedeelten
is niet zuiver een zaak, die het gemeentebestuur niet aangaat,
is niet een zaak van de een of andere particuliere onder
neming, maar een zoodanig gemeentebelang, dat de gemeente
er zich mee moet bemoeien en er zoo noodig geld voor over
moet hebben. Spreker weet wel, dat wanneer men dit aan
een particuliere onderneming zonder eenige controle overlaat,
dit voor de gemeente voordeel zou kunnen opleveren; af
schaffing van de Gemeentereiniging b.v. zou voor de gemeente
ook een zeer belangrijk voordeel opleveren. Het passagiers
vervoer binnen Leiden is echter een algemeen belang, waarvoor
de gemeente zoo noodig wat over moet hebben. Nu zijn er
toch nog wel allerlei andere mogelijkheden te overwegen.
Er is b.v. een voorstel gekomen van de N.Z.H.T.M. tot het
instellen van een autobuslijn, in hoofdzaak als voeclingslijn,
van het Kooik war tier naar de tramlijn op de Breestraat;.
dat zou een 10-minutendienst worden; daarvoor werd
6.800.subsidie gevraagd. Spreker vindt die oplossing
allesbehalve mooi, maar zou er dan geen betere oplossing
te vinden zijn, wanneer het College dit eens ernstig overwoog?
Van de N.Z.H.T.M. en de H.T.M. gaan drie tramlijnen door
Leiden, daarvan worden er twee veel te weinig als stadslijnen
geëxploiteerd, hoewel een daarvan toch vlak langs Tuinstad-
wijk gaat.
Er wordt van de zijde van de maatschappijen ook niet
de minste moeite voor gedaan. Het zou veel beter zijn, indien
de H.T.M. verder ging dan de Haven. Kan men met de
twee maatschappijen niet overleggen omtrent een aanvulling
met buslijnen en het gebruik van de drie tramlijnen en het
toepassen van een overstapsysteem, ten einde een behoorlijke
regeling van het verkeer te krijgen? De mogelijkheid daartoe
bestaat, als men maar overleg pleegt. Het overleg met de
N.Z.H.T.M. en de H.T.M. zal geen vlot verloop hebben,
aangezien het concurrenten zijn, maar met een beetje goeden
wil zou men wel tot een behoorlijke verkeersregeling voor
de binnenstad kunnen komen. Dat zou beter zijn dan het
systeem, dat nu door Burgemeester en Wethouders wordt
voorgesteld, want de Voorzitter heeft wel gezegd, dat de
N.V. Eltax de gemeente iets geeft, maar spreker kan dit
niet inzien. Zij geeft niets, maar neemt. Die onderneming
is er nu eenmaal en heeft een klein-taxi-bedrijf, zij zou graag
vaste standplaatsen voor zich alleen willen hebben en daarbij
gebruik maken van de onlangs vastgestelde bepaling, dat
langs geconcessionneerde buslijnen niet door andere onder
nemingen mag gesnord worden. Zij heeft uitgevonden, dat
zij die voordeelen kan veroveren door om het half uur een
autobus te laten rijden, waarmede zij passagiers vervoert en
waarvan zij dus ook inkomsten heeft. De onderneming zal
met dit voorstel van Burgemeester en Wethouders haar