6 Wethouders tot het in gebruik nemen van een in die ver gunning nader aangegeven gedeelte openbaren gemeentegrond voor de plaatsing van stoelen, tafeltjes en dergelijke; b. gedurende den tijd, dat de inrichting geopend mag zijn, en zoolang de verkoop en het verstrekken van de genoemde dranken niet door den Burgemeester krachtens artikel 8 is verboden Abt. 15. Overtreding van de bepalingen dezer verordening wordt ge straft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geld boete von ten hoogste driehonderd gulden. Abt. 16. Het orgaan, dat bij deze verordening bevoegd verklaard is ontheffing te verleenen, kan aan zoodanige ontheffing voorwaarden verbinden. Handelen zonder in-acht-neming van of in strijd met de gestelde voorwaarden wordt gelijk gesteld met handelen zonder ontheffing. Een ontheffing, krachtens deze verordening verleend, kan te allen tijde door het orgaan, dat haar verleend heeft, worden ingetrokken. Abt. 17 De ambtenaren der gemeentepolitie zijn in het bijzonder belast met het opsporen van overtredingen van de bepalingen dezer verordening en verplicht daarvan pro ces-verbaal op te maken. Hun wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 64 lid 3, 4 en 5 der Drankwet, de last verstrekt om ter hand having van de bepalingen dezer verordening, zoo noodig, de huizen, waarin een inrichting wordt gehouden, ook tegen den wil van den bewoner binnen te treden, mits met inacht neming van het bepaalde in de wet van 31 Augustus 1853 (Staatsblad No. 83); de uitvoering van dezen last zal te allen tijde mogen plaats hebben. Abt. 18. Bij het in werking treden van deze verordening vervalt de verordening van 18 Januari 1917 (Gemeenteblad Ho. 5) op Yergunnings- en Verlofslocaliteiten en Logementen, met uitzondering van de artikelen IA, IB, IC en 1D. II. VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 28 April 1898 (Gemeenteblad No. 9) op openbare vermakelijkheden en bijeenkomsten, laatstelijk gewijzigd bij ver ordening van 29 September 1930 (Gemeenteblad No. 17). Eenig artikel. In artikel 1 van de bovengenoemde verordening wordt na „(Stbl. Ho. 21)" ingevoegd: „en onverminderd het bepaalde bij artikel 13 van de ver ordening op vergunnings- en verlofslocaliteiten en loge menten,". De Commissie voor de Strafverordeningen, A. van de Sande Bakhuijzen, Voorzitter. J. Bool, Secretaris. Aan den Gemeenteraad van Leiden. N°. 9. Leiden. 20 Januari 1933. In verband met de verbouwing van het perceel Mare Ho. 15 en het voormalig IJkkantoor aan de Lammermarkt, ten behoeve van uitbreiding van de kantoorruimte der Gemeente lijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon (raads besluit van 10 October 1932, Ingek. Stukken No. 208), werd aan de afdeeling Leiden van de Hederlandsche Padvinders- vereeniging tegen 7 November 1932 het gebruik van bedoeld IJkkantoor, dat aan haar bij raadsbesluit van 23 Januari 1928 (Ingek. Stukken Ho. 5) tegen den prijs van f 175. per jaar was verhuurd, opgezegd. In de plaats van dit perceel kunnen aan de afdeeling de laatste twee lokalen aan de benedengang van de school aan de Haverstraat ten gebruike worden afgestaan. Daartoe is het noodig eenige voorzieningen aan het schoolgebouw te treffen, waarmede een bedrag van 125.zal zijn gemoeid. De huurprijs kan op 150 per jaar worden gesteld, waarmede de huurster, evenals met de verhurings- voorwaarden, accoord gaat. Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken, geven wij Uwe Vergadering, in overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage, mitsdien in overweging te besluiten een tweetal door Burgemeester en Wethouders aan te wijzen lokalen van de school aan de Haverstraat, gerekend te zijn ingegaan 7 November 1932, tot 1 Mei 1933 te verhuren aan de afdeeling Leiden van de Hederlandsche Padvindersvereeniging tegen een huurprijs van 150.— in totaal per jaar, met dien verstande, dat de huur verder geacht wordt telkens voor den tijd van één jaar tegen denzelfden huurprijs en onder dezelfde voorwaarden te zijn verlengd, indien zij niet drie maanden te voren door één der partijen is opgezegd, zullende de huur in elk geval eindigen op 1 Mei 1943, zonder dat eenige opzegging wordt vereischt, en voorts onder de overgelegde voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 10. Leiden, 20 Januari 1933. Verschillende landerijen van de gemeente zijn onlangs uit de huur gekomen, zoodat, met uitzondering van de gedeelten, waarover de gemeente voor straataanleg zelve de beschikking behoeft, in de verhuring daarvan weder moet worden voorzien. Bij de met de tegenwoordige huurders omtrent verlenging van de pacht gevoerde onderhandelingen is, behoudens de hierna vermelde uitzonderingen, op grond van een ingewonnen deskundig advies, als maatstaf aangenomen, dat momenteel bij een liuurtijd van drie jaren voor weiland een pacht kan worden bedongen van 100.per H.A. en per jaar en voor teelland van 160.per H.A. en per jaar. Op deze basis is met een aantal pachters overeenstemming bereikt. Ten aanzien van eenige perceelen weiland waren de huidige huurders evenwel niet bereid een met het oog op den aan genomen norm aanvaardbare pachtsom te betalen, zoodat deze perceelen bij openbare inschrijving zullen worden ver pacht. Het betreft hier: a. de perceelen weiland en bosch aan den Rijksstraatweg, onder Oegstgeest, in totaal groot 9.36.66 H.A., tot dusver in huur bij Jac. de Groot; b. de perceelen weiland, onder Oegstgeest, in totaal groot 9.20.40 H.A., tot dusver in huur bij J. Meyer; c. de perceelen weiland, gelegen aan den Lagen Morsch- weg, in totaal groot 2.08.80 H.A., tot dusver in huur bij P. van Rijn. De R. K. Hoogere Burgerschool wenscht, in verband met de overbrenging van die inrichting in dit jaar naar het nieuwe gebouw aan de Mariënpoelstraat, het terrein in den Boschhuizerpolder, sectie O, Ho. 667 (ged.), groot 1.H.A. niet weder in te huren. De voetbal- vereeniging „L. F. C.", die ook het overige gedeelte van dit perceel in huur heeft, is bereid het terrein voor 4 jaren te pachten, doch slechts voor ƒ50.in totaal per jaar. In dit speciale geval kan met dezen prijs accoord worden gegaan, daar het land moeilijk afzonderlijk als weiland kan worden verhuurd, vermits aan de leden der vereeniging en aan de bezoekers harer wedstrijden steeds overpad zal moeten worden verleend. Ook met den beneden den aangenomen norm blijvenden huurprijs van 85.in totaal voor het teelland aan den Wassenaarschen weg, groot 0.85.H.A., geboden door den tegenwoordigen pachter J. Bol, kan genoegen worden ge nomen, omdat de verhuring hiervan, met het oog op de mogelijkheid, dat de grond als bouwterrein in exploitatie zal worden genomen, slechts voor één jaar geschiedt, met de bevoegdheid voor de gemeente, om de huur tusschentijds met inachtneming van een opzeggingstermijn van 1 maand te ontbinden. Voorts kunnen de perceelen teelland met woning, erf en bol lenschuur, gelegen langs de trambaan der H.T.M., waarvan door de huurster, de N. V. Vereenigde Bloembollenculturen voorheen Gebrs. De Graaff en S. A. van Konijnenburgen Co., te Hoordwijk, met gebruikmaking van de betreffende be paling van het huurcontract de pacht is opgezegd, tegen den aannemelijken prijs van ƒ160.per H.A. en per jaar voor het land en van 400.per jaar voor de woning worden verhuurd aan K. van Egmond. Voor verdere bijzonderheden verwijzende naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken en onder mededeeling, dat de onderhandelingen in zake verlenging van de huur van de perceelen tuinland c. a. ten Zuiden van den Haagweg met de H. V. Sajetfabrieken P. Olos en Leembruggen nog

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1932 | | pagina 6