MAANDAG 11 JULI 1932. 319 Voorstel-Schüller aankoop terreinen Rodenburgerpolder. (Goslinga e.a.) f 560.000.en een rentevoet van 6 is er niet geweest. Burgemeester en Wethouders moesten dan ook in het inge komen stuk no. 87 verklaren, dat zij geen vrijheid hadden gevonden tot den aankoop over te gaan. Dat zij daarbij eenige motieven aanvoerden, die van den beginne af waren aangevoerd, n.l. slechte outillage van de gemeente ten opzichte van de exploitatie der gronden, doet aan de kern van de zaak niets af, n.l. dat de gronden niet tegen een redelijken prijs per m2. zijn aangeboden, evenmin als de leening, waar uit de zaak gefinancierd zou moeten worden, tegen een redelijken prijs werd aangeboden. Het voorstel van den heer Schüller heeft voor spreker alleen de beteekenis van een onbewuste erkenning van den heer Schüller, dat hij in deze verkeerd gehandeld heeft en de belangen van de gemeente niet goed heeft behartigd. De heer Schüller zei in den aanvang van zijn rede, dat hem de taak was opgedragen de zaken van de Commissie van Fabricage te behandelen. De Raad zal echter ernstig moeten overwegen, of het niet gewenscht is deze taak aan een ander lid op te dragen. De sociaal-democratische fractie zal zelf moeten uitmaken, of zij bij belangrijke aangelegen heden, als het koopen van groote stukken grond, niet in het openbaar tot den heer Schüller heeft te zeggen zijn voor stel is ook in het openbaar gedaan houd je mond, men koopt geen gronden in het openbaar met ingezonden stukken. Het voorstel heeft practisch geen beteekenis, maar is een innerlijke bekentenis van den heer Schüller, dat hij in deze verkeerd gehandeld heeft. De heer Schüller kan het goed maken door dit ruiterlijk te erkennen. De Raad zal het hem dan nog een keer willen vergeven. Of de arbeiders van Leiden, en speciaal de sociaal-demo cratische, het den heer Schüller zullen kunnen vergeven, moeten zij zelf uitmaken. De Voorzitter dringt er bij de sprekers op aan, kort te zijn. Het is thans reeds 11 uur, terwijl nog de interpellatie van den heer Van Stralen, alsmede het voorstel van mevrouw Braggaarde Does moeten worden behandeld, en spreker bovendien voornemens is de vergadering te doen overgaan in eene met gesloten deuren ter behandeling van een spoed- eischend voorstel. De heer Schüller is verheugd over de ruiterlijke erkenning van den heer Manders, dat spreker zijn voorstel op zakelijke wijze heeft verdedigd. De heer Wilmer meende, dat spreker hierbij de L.E.M.V.O.G. zou ter sprake brengen en daaruit leidt spreker af, dat hij het voorstel van orde van den heer Coster goed begrepen heeft. Spreker haalt de zaak van de L.E.M.V.O.G. bij niets anders dan bij de L. E. M. V.O. G.-zaak en niet bij dit serieus voorstel. Spreker heeft geen fout gemaakt, want hij heeft zijn voor stel niet ingediend, omdat hij wist, dat de gronden niet meer verkocht zouden worden. Ook in de Commissie van Fabricage heeft spreker den prijs van 0.85 genoemd, en dit was toch op een tijdstip, dat deze gronden nog niet verkocht waren. Spreker heeft de gemeente geen schade berokkend, maar moest volgens zijn geweten destijds in het openbaar spreken. Het is best mogelijk, dat de Raad niet wist, wat daar alle maal achter zat. De prijs, het eerst genoemd, was volgens den vertegenwoordiger der L.E.M.V.O.G. de kostende prijs volgens de boekwaarde; spreker kon aantoonen, dat dat niet waar was en heeft die vingerwijzing in het openbaar gegeven, dat men op geraffineerde wijze het gemeentebestuur en den Raad erin wilde laten vliegen, doordat de boeken niet open gelegd werden. Omdat het College moest aannemen, dat dat de boekwaarde was, heeft spreker in het openbaar ingegrepen door in zijn pers te lanceeren, dat die boekwaarde niet juist was. De vertegenwoordiger heeft het even volgehouden, maar lattr ruiterlijk erkend, in het openbaar, dat ook hij bedrogen was en dat de door spreker genoemde cijfers juist waren. Spreker heeft daarmede de belangen der gemeente dus niet geschaad, maar gediend, want het College was er nooit achter gekomen, of dat de werkelijke boekwaarde was. De heer Goslinga zegt, dat het College toch niet wilde voor stellen den grond tegen die boekwaarde te koopen. De heer Schüller zegt, dat dit alles is geschied, vóórdat het College nog zoover was, dat het een voorstel zou doen. Spreker wist den geheelen gang van zaken, en ook dat de tweede aanbieding te hoog was, omdat daarin een bedrag zat, dat de heeren, die dit geld bij elkaar brachten, daaraan ook weer moesten verdienen. Daarop heeft spreker allemaal den vinger gelegd. Voorstel-Schüller aankoop terreinen Rodenburgerpolder. (Voorzitter e.a.) De Voorzitter zegt, dat het College dat ook wist. De heer Schüller zegt, dat het College de werkelijke boek waarde van dien grond toch niet kon weten. Spreker heeft het gemeentebelang gediend door daarop den vinger te leggen omdat hij den toestand van de L.E.M.V.O.G. kende en daartegen wilde waken, heeft spreker daarop in het openbaar de aandacht gevestigd. Hij meent daaraan zeer goed gedaan te hebbenook buiten den kring der sociaal-democraten beeft hij waardeering gehoord voor zijn optreden in het openbaar, waarbij hij wees op de wijze, waarop de L.E.M.V.O.G. de gemeente bedroog. Het College tracht natuurlijk de gemeente ook daarvoor te vrijwaren, maar kan ook niet alles nasnuffelen, omdat het de boeken niet open gezien heeft; dat spreker daarin geslaagd is, bewijst toch wel de tweede aanbieding; stokstijf werd bij de eerste volgehouden, dat dat de boek waarde was en dat er geen cent af kon. De Voorzitter vraagt of de heer Schüller daarmede bedoelt, dat het College meende, dat de opgegeven boekwaarde de juiste was en dat hij daarmede het College gered heeft. De heer Schüller wil niet beweren, dat het College dit als de juiste boekwaarde zou aangenomen hebben. De heer Verweij zegt, dat wel de verzekering gegeven is, dat dit de juiste boekwaarde was. De Voorzitter zegt, dat het er om gaat, of het College meende, dat het de juiste boekwaarde was. De heer Schüller wijst er nog op, dat, toen het voorstel in de commissie kwam, hij gevraagd heeft, of dat de vraagprijs was; de Wethouder antwoordde daarop ontkennend; de L. E. M. V. O. G. had nog geen aanbieding gedaan, maar alleen maar gezegd, dat dat de boekwaarde was. Later is die boek waarde als vraagprijs genoemd. Spreker heeft wel degelijk in het openbaar het belang van de gemeente gediend en de bedoeling van zijn voorstel is niet om nu den aftocht te blazen. Spreker heeft het voorstel in de Commissie van Fabricage gedaan, voordat het aanbod was binnengekomen. Wanneer een dergelijk geval zich zou herhalen, zou spreker weer op deze manier optreden, omdat dit is net dienen van het gemeentebelang. Het is ook spreker bekend, dat de koopster een kapitaal krachtige maatschappij is. Maar waarom koopt men op het oogenblik huizen en grond toven de eigenlijke waarde? Om den prijs hoog te houden. Men heeft nu in het openbaar de erkenning gekregen van een grondexploitant, dat het er alleen om te doen is in Leiden den grondprijs hoog te houden. De gemeente moet daarin niet volgen. Het kan ook best zijn, dat de maatschappij niet zoo kapitaal krachtig is en zoo spoedig mogelijk van de gronden moet afkomen, ten einde geen strop te krijgen door den prijs van den aankoop. Spreker heeft daarom ook gesproken van strachten". Spreker heeft wel den prijs van 0.85 genoemd, maar in de veronderstelling, dat over den prijs onderhandeld zou worden. Hij houdt niet strak en stijf aan dit bedrag vast en als men in de onderhandelingen den prijs met of 5 cent zou willen verhoogen, zou er over te spreken zijn. De heer Goslinga vraagt, of de heer Schüller het in het openbaar zou willen laten bespreken. De heer Schüller meent, dat men niet moet spreken van »in het openbaar". Wanneer in een geheime vergadering van den Raad een besluit wordt genomen, staat het den volgenden dag in het ochtendblad. Het officieele stuk omtrent het stad huisvraagstuk was nog niet verschenen, toen het reeds in de bladen stond afgedrukt. Spreker had bij het stadhuis vraagstuk geen woord gesproken en daarom heeft hij in de commissie gezegd, dat men telkens, wanneer er iets uitlekte naar de zijde van de sociaal-democraten had gekeken, maar het beter zou zijn, indien men naar een anderen kant keek, waar het lek misschien wel zat. Ook datgene, wat omtrent den aankoop van huizen en gronden wordt beslist, komt men steeds te weten. Spreker heeft de verdediging van zijn voorstel op schrift gesteld om van te voren te weten, wat hij precies zou zeggen. Hij is er van overtuigd, dat hij de belangen van de gemeente niet heelt verwaarloosd, maar op zeer juiste wijze heeft gediend met dit voorstel in te dienen om te trachten in het belang van de gemeente de gronden te doen koopen. De sociaal-democraten staan op het standpunt, dat de gemeente

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1932 | | pagina 27