GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
25
OeEK«KES STUKKEN.
N°. 58. Leiden, 1 Maart 1932.
In hare zitting van 15 Februari j.I. besloot Uwe Ver
gadering door aanneming van een daartoe strekkend voorstel
van den heer Wilmer de behandeling van ons voorstel,
opgenomen in Ingekomen Stukken No. 42, aan te houden,
ten einde de Commissie van Beheer over het Openbaar
Slachthuis en Uwen Baad zei ven gelegenheid te geven zich
over de inmiddels daarop ingediende amendementen van
den heer Bergers te beraden. In verband met dit besluit
hebben wij de bovenbedoelde amendementen, alsook het
mede bij U ingekomen adres van P. Verhoef in handen van
de Commissie van Beheer gesteld met verzoek haar gevoelen
daaromtrent wel te willen doen kennen. Zooals uit haar
hieronder afgedrukt schrijven alsmede uit de daarbij gevoegde
twee rapporten van den Directeur van het Slachthuis blijkt,
bestaat bij de grootst mogelijke meerderheid der Commissie
en ook bij den Directeur overwegend bezwaar tegen de in de
amendementen-Bergers en in het adres van P. Verhoef be
lichaamde denkbeelden, zoodat de Commissie in overweging
geeft de amendementen te verwerpen en op het adres van
P. Verhoef afwijzend te beschikken. Met die conclusie kan
ons College zich op grond van de daarvoor aangevoerde
motieven van financiëelen en anderen aard volkomen ver
eenigen, zoodat het op ongewijzigde aanneming van zijn
voorstel met klem meent te moeten blijven aandringen.
Mitsdien geven wij onder verwijzing mede naar de bij het
schrijven van de Commissie van Beheer gevoegde en in de
Leeskamer ter visie gelegde stukken Uwe Vergadering in
overweging niet in te gaan op de denkbeelden, vervat in
de amendementen-Bergers en het U bekende adres van
soortgelijke strekking van de Leidsche Slagersvereeniging en
de B.K. Slagerspatroonsvereeniging „St. Pelagius", alsmede
in het adres van P. Verhoef.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 27 Februari 1932.
Wij hebben de eer Uw College hiernevens ter kennis
neming te doen toekomen een tweetal rapporten, door den
Directeur van het Openbaar Slachthuis aan onze Commissie
uitgebracht in zake de door den heer Bergers ingediende
amendementen op Uw voorstel aan den Baad, opgenomen
in Ingek. Stukken No. 42, alsmede betreffende het door
P. Verhoef aan den Baad gerichte adres ter zake. Met den
inhoud en de conclusiën dier rapporten kan de grootst
mogelijke meerderheid der Commissie, voorzoover bij de
behandeling aanwezig, zich geheel vereenigen, zoodat zij U
in overweging geeft den Baad voor te stellen de amende
menten-Bergers te verwerpen en op het adres van P. Verhoef
afwijzend te beschikken.
De meerderheid stelt er echter prijs op het navolgende
nog onder Uwe bijzondere aandacht te brengen. Aan de
hand van de gegevens over 1931 blijken de kosten van het
eerste amendement van den heer Bergers (de verlaging van
de slachttarieven voor de slagers) 13.207.te bedragen,
terwijl de mede door hem voorgestelde verlaging van het
invoerkeurloon voor spek van 2 tot 1 cent voor de slagers
rond ƒ149.kost, in totaal dus 13.356.de besparing,
welke door aanneming van de beide andere amendementen
zou worden verkregen, bedraagt 5065.Bij aanneming
van de drie amendementen zal de gemeente derhalve 8291.
meer aan inkomsten derven dan bij ongewijzigde aanneming-
van Uw voorstel het geval zou zijn. Het brengen van dit
grootere offer acht de meerderheid door geen enkel gemeente
belang geëischt; immers eeuerzijds zullen bij eventueele aan
neming van de amendementen-Bergers de vleeschwarenfa-
brieken niet voldoende worden geholpen, zoodat ook dan
nog het gevaar van verlies van deze industrie voor de gemeente
blijft bestaan, anderzijds zal daardoor geheel buiten nood
zaak aan de slagers een voordeel in den schoot worden
geworpen, waarvan alleen zij en niet de consumenten zullen
profiteeren. Een zoodanige tarievenpolitiek acht de meerder
heid in een tijd als dezen ten eenenmale onverantwoord.
Aan het bovenstaande moeten wij nog het volgende toe
voegen. Hetgeen de Directeur aan het slot van zijn rapport
van 22 Februari j.I. No. 98 vreesde is inmiddels werkelijk
heid geworden; de Hooge Baad heeft namelijk blijkens een
bericht in de dagbladen de verordening van de gemeente
Alphen aan den Bijn, waarbij een invoerkeuring van vleesch-
waren was ingesteld, onverbindend verklaard. Het gevolg
daarvan is, dat, zoolang althans de Vleeschkeuringswet niet
wordt gewijzigd, en de kans, dat zij zal worden gewijzigd,
schijnt, gezien het standpunt, dat de betrokken Minister
inneemt, al zeer gering te zijn ook de invoerkeuring van
vleeschwaren in onze gemeente practisch niet kan worden
gehandhaafd; hierdoor zal het slachthuis nog weder een
bedrag van rond 7.000.aan inkomsten derven, waarop
uit den aard der zaak tot dusver niet was gerekend. Met
het oog daarop is thans dubbele voorzichtigheid geboden!
De kleinst mogelijke minderheid onzer Commissie kan zich,
zooals begrijpelijk, met de amendenten van den heer Bergers
vereenigen, hetgeen impliceert, dat zij mede bezwaar heeft
tegen de door P. Verhoef voorgestelde tariefswijziging.
De Commissie van Beheer over het
Openbaar Slachthuis,
T. S. Goslinga, Voorzitter.
J. A. v. d. Stok, Secretarie.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders
van Leiden.
Amendementen van den heer Bergers.
Ondergeteekende stelt voor artikel I, 3a te lezen als
volt
„3°. Sub II wordt in plaats van het gestelde onder a, b,
c en d het volgende gelezen:
„a. voor een paard, muildier, stier, os, koe, vaars,
pink of kalf zwaarder dan 250 K.G. levend ge
wicht 7,75
b. voor een kalf, zwaarder dan 90 K.G. levend
gewicht, doch niet zwaarder dan 250 K.G. levend
gewicht, voor een varken, zwaarder dan 90 K.G.
levend gewicht, een ezel, muilezel of veulen 4.15
c. voor een kalf of varken, zwaarder dan 60 K.G.
levend gewicht, doch niet zwaarder dan 90 K.G.
levend gewicht3,
d. voor een schaap, lam of varken niet zwaarder
dan 60 K.G. levend gewicht„2.
e. voor een nuchter kalf, niet zwaarder dan 60 K.G.
levend gewicht, een lam, niet ouder dan 3 maanden,
bok, geit of varken niet zwaarder dan 25 K.G.
levend gewicht0.75"
Th. M. W. Bergers.
Ondergeteekende stelt voor artikel 17° te lezen als volgt:
„7°. Sub III5 wordt in plaats van „III6" gelezen „IIIu"
en wordt in het eerste lid in plaats van 6.50". 3.75"
en „f 1.60" resp. gelezen: „f 4.50", 2.50" en „ƒ1.—".
Th. M. W. Bergers.
Ondergeteekende stelt voor artikel I 8° te lezen als volgt:
„8°. Sub XIV B wordt inplaats van: „a. toebereid spek
per K.Go.02"
gelezen„a. spek, al of niet verduurzaamd of toe
bereid, per K.G0.01"
Sub XIV C vervalt het gestelde onder a, b, c en d en
wordt in de plaats daarvan gelezen:
„a. vleesch, al of niet verduurzaamd of toebereid,
Per K.Go.Ol
b. spek, al of niet verduurzaamd of toebereid,
per K.Gn o.Ol
c. borst- en buikingewanden, koppen en pooten,
al of niet verduurzaamd of toebereid, per K.G. 0.005
terwijl in het laatste lid in plaats van „a. tot en met d".
gelezen wordt: „a. tot en met c."
Th. M. W. Bergers.
Aan den Baad der Gemeente Leiden.
Geacht College.
De ondergeteekende Peter M. Verhoef Steenstraat 1,
Vleeschwaren en Conservenfabriek, geeft met de meest ver
schuldigde eerbied te kennen;
dat ik heb kennis genomen van de voorgestelde verordening-
tot verlaging der slacht en keurloonen voor de alhier ge
vestigde Vleeschwaren en Conservenfabrieken in Uw ver
gadering van 9 Febr. '32.
Hierin wordt speciaal gewezen op de ongunstige omstan
digheden waarin deze bedrijven alhier verkeeren in ver
gelijking met de tarieven voor soortgelijke bedrijven elders.
Alvorens echter Uw goedkeuring aan het ingediende voor
stel te willen geven, verzoek ik U hiermede beleefd alsnog
een wijziging te willen brengen speciaal in het tarief voor
Varkens te slachten uitsluitend bestemd voor verwerking
van de Vleeschwaren en Conservenf abrieken.