MAANDAG 25
JANUARI 1932.
23
Gemeentebegrooting e.a.
(Romijn e.a.)
te gaan. Heeft zij met fmancieele moeilijkheden te kampen,
dan is het adres van het College bij haar bekend.
Het voorstel van mevrouw de Clerde Bruijn wordt ver
worpen met 21 tegen 11 stemmen.
Tegen stemmen de heeren Beekenkamp, van Eecke, Coster,
Simonis, Donders, Meijnen, Vos, Eikerbout, Wilbrink, Bergers,
van der Reijden, van Tol, Tepe, Splinter, Goslinga, Romijn,
Wilmer, van Rosmalen, Bosman, de Reede en Manders.
Vóór stemmen: mevrouw de Clerde Bruijn, de heer
Kuipers, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Vallentgoed,
Schüller, Kooistra, Koole, van Stralen, Verweij, Groeneveld
en van Eek.
Volgn. 578 wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Bij volgnr. 579 wordt de begrooting van den Armenraad
voor 1932 zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed
gekeurd, waarna dit volgnr. eveneens zonder beraadslaging
of hoofdelijke stemming wordt aangenomen.
De volgnrs. 580 tot en met 647 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 648, luidende: Verificatie
(Openbaar Slachthuisf 350.
De heer Bergers vraagt of het schrijven van de verschillende
slagers en fabrikanten over vermindering van de slacht-
tarieven heelemaal is afgedaan, of nog weer aan de orde
zal komen.
De Voorzitter zegt, dat binnenkort een voorstel dienaan
gaande aan de orde zal komen.
Volgnr. 648 wordt zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
De volgnrs. 649 tot en met 662 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 663, luidende: Verificatie
(Reinigings- en Ontsmetlingsdienst) f 300.
De Voorzitter stelt voor, bij dit volgnr. tevens te behandelen
punt 19 der agenda.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten.
Aan de orde is derhalve tevens:
XIX. Voorstel tot verpachting van het baggervverk en de
uitvoering van bijkomende werkzaamheden, aan P. Kuyf.
(Zie Ing. St. No. 20.)
waarbij tevens aan]de orde komt het voorstel van den heer
Schüller, luidende:
«Ondergeteekende stelt voor niet tot verpachting] over te
gaan vervat in Ingekomen Stuk No. 307."
De heer Schüller heeft zijn voorstel ingediend in November;
na herhaalde pogingen is het hem eindelijk gelukt, zijn
voorstel op 22 Januari 1932 gedrukt en aan de Raadsleden
toegezonden te krijgen. Dat doet spreker wel een beetje
vreemd aan, waar andere voorstellen, die gedaan zijn, inden
regel zoo spoedig mogelijk aan de Raadsleden worden toege
zonden. Spreker wil alleen vastleggen het verschil in behan
deling van sprekers voorstel en van voorstellen van andere
Raadsleden; hoewel dat herhaaldelijk ontkend wordt, is dit
hier ten duidelijkste naar voren gekomen.
Hoewel dit voorstel van spreker in November is ingediend,
dus tijdig, trekken Burgemeester en Wethouders zich er niets
van aan en gaan zij, vóórdat het een punt van behandeling
in den Raad kan uitmaken, tot verpachting, althans tot het
houden van een inschrijving over.
Vandaar, dat dit voorstel als zoodanig eigenlijk geen zin
meer heeft, want aan sprekers verzoek is door Burgemeester
en Wethouders, gesteund door den Raad, niet voldaan. Zij
hebben het voorstel naast zich neergelegd en zijn tot het
houden van een verpachting overgegaan, zij het dan ook, dat
de gunning nog niet is geschied.
Gemeentebegrootingverpachting baggerwerk.
(Schüller.)
Het zal voor het College wel heel moeilijk zijn daar op
een behoorlijke manier onderuit te komen. Het kan een
praatje in de ruimte houden en zeggen, dat het niet de
bedoeling is den Raad in zijn rechten tekort te doen, maar
iedereen zal moeten toegeven, dat de houding van Burge
meester en Wethouders tegenover den voorsteller niet juist
is geweest. Het is zoo sterk, dat Burgemeester en Wethouders,
nadat de openbare aanbesteding had plaats gehad, eenvoudig
hebben uitgemaakt, zonder de daarvoor bestaande Commissie
te raadplegen, dat zij zich met geen der inschrijvingen konden
vereenigen. Zij zeggen in het voorstel: »doch geen van de
ontvangen aanbiedingen vormde een basis om tot gunning
over te gaan", maar het motiet, dat hen tot die conclusie
heeft geleid, wordt niet ter kennis van den Raad gebracht,
terwijl deze er toch recht op heeft dat te kennen. Noch in
het gepubliceerde stuk, noch in de stukken, welke in de
leeskamer zijn neergelegd, wordt een argument aangevoerd
voor het niet gunnen van het werk aan een van de in
schrijvers bij de openbare verpachting.
Het argument, dat de pachter, met wien Burgemeester en
Wethouders nu voorstellen een overeenkomst aan te gaan,
de laagste aanbieding heeft gedaan, kan, naar sprekers
meening, niet opgaan, want weliswaar heeft deze nu verklaard
het werk voor f 14.276.te willen uitvoeren en was de
laagste inschrijving bij openbare verpachting 14.460.dus
f 184.hooger, maar als de gemeente het onderhoud der
schuiten erbij rekent, is deze inschrijver niet ƒ184.hooger,
doch 716 lager dan de nu voorgestelde pachter.
Dit verschil kan nog grooter worden omdat deze in
schrijver 0.75 voor het vervoer van het straatvuil vraagt
en de voorgestelde pachter 0.85. Hoe meer vuil er dus af
gevoerd wordt, hoe duurder het wordt. Spreker wil hiermede
aantoonen, dat men niet om fmancieele gronden tot ver
pachting over moet gaan.
Waarom is verder alleen met den heer Kuyf overleg ge
pleegd en niet met de andere inschrijvers? Spreker is voor
stander van gemeentebeheer, maar als men tot verpachting
overgaat, dan wil spreker den besten pachter, die er te
krijgen is, en dat alle inschrijvers op dezelfde wijze behandeld
worden en dat door het College niet bevoordeeling van een
bepaalden inschrijver plaats heeft.
Het is spreker ook opgevallen, dat in de Leeskamer niet
alle stukken voor de Raadsleden ter inzage gelegen hebben;
men heeft hen niet anders laten lezen dan hetgeen zich het
laatste bij deze verpachting heeft afgespeeld, terwijl zij kennis
hadden moeten nemen van alle stukken en rapporten, hier
over verschenen. Zoo weten de Raadsleden b.v. niet dat, al
vorens tot verpachting over te gaan, het College een onderzoek
heeft doen instellen naar de kosten van uitvoering in eigen
beheer en van verpachting; deze rapporten hebben niet in
de Leeskamer ter inzage gelegen; de Raadsleden kunnen dus
nu deze vergelijkende cijfers niet overziendat is voor spreker,
die ze nu wil behandelen, een teleurstelling, omdat de Raad
nu terecht zou kunnen zeggen, dat hij geen kennis draagt
van de cijfers, door spreker genoemd en die niet kan contro
leeren, en daarop niet direct kan ingaan. Waarom hebben
deze rapporten niet ter inzage gelegen? Men kan toch niet
zeggen: wij hebben nu eenmaal tot verpachting besloten,
dus de Raad behoeft niet te weten de in het rapport ge
noemde kosten van eigen beheer. De Raadsleden hadden
daarvan echter op de hoogte gesteld moeten worden. Het
College heeft het aan zich zelf te wijten, indien spreker nu
verplicht is, enkele gegevens uit dat rapport te vermelden;
dan had het dit rapport maar in de Leeskamer moeten leggen.
De raming voor verpachting, met alle bijkomende werken,
was 12.600.voor uitvoering in eigen beheer 15.788.
verpachting aan den heer Kuyf zou 15.176.kosten, een
verschil dus met eigen beheer van f 604.spreker heeft
daarbij aangehouden de 2.000 M3. straatvuil, die altijd zijn
aangenomen.
Dus, om het duidelijk te zeggen, de heer Kuyf zou het
ƒ604.goedkooper doen dan het verlies zou bedragen bij
uitvoering in eigen beheer. Bij de raming der kosten bij
uitvoering in eigen beheer is gerekend op een loonbetaling
van f30.ü0 per arbeider, pensioenbijdragen, uitkeering van
het volle loon bij ziekte en onwerkbaar weer en 12 dagen
verlof per jaar. Bij de verpachting is gerekend op een loon
betaling van 27.geen pensioen, geen verlof, uitkeering
van van het loon bij ziekte vanaf den tweeden dag der
ziekte en bij onwerkbaar weer 50 uitkeering. Bij berekening
van 10 arbeiders betaalt de pachter dus 10 X 3.60 ƒ36.
per week of ƒ1872.per jaar minder aan loon en sociale
lasten dan de gemeente; voor 120 verlofdagen, welke de
pachter niet uitbetaalt, betaalt de gemeente ƒ540.aan
uitkeering bij onwerkbaar weer, berekend naar 7 weken per
jaar, voor 8 arbeiders a ƒ27.per week (50%), betaalt de