12
Ten slotte zonden wij thans tegelijkertijd willen overgaan
tot unificatie van de strafbepaling uit de verordening op de
Veemarkt (art. 33), gelijk successievelijk met de meeste
andere verordeningen reeds heeft plaats gehad.
Op grond van het bovenstaande geven wij Uwe Vergade-
dering derhalve in overweging vast te stellen de volgende
verordeningen
I. VERORDENING,
houdende wijziging van de verordening van 25 September 1922
(Gemeenteblad No. 56) op de Veemarkt, laatstelijk gewijzigd
bij verordening van 16 Maart 1931.
Artikel I.
In art. 3 lid 2 der bovengenoemde verordening wordt „Dins
dag" vervangen door „Woensdag".
Artikel II.
Artikel 33 der bovengenoemde verordening wordt gelezen
als volgt:
„Overtreding van de bepalingen van deze verordening
wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes dagen of
geldboete van ten hoogste vijfentwintig gulden".
Artikel III.
Artikel I dezer verordening treedt in werking op 1
Januari 1933.
II. VERORDENING,
houdende ivijziging van de verordening van 26 Mei 1898
Gemeenteblad No. 10) op de Markten, laatstelijk ge
wijzigd bij verordening van 21 Januari 1929
Gemeenteblad No. 4).
Artikel I.
In artikel la der bovengenoemde verordening wordt „ooft"
vervangen door „fruit".
Artilel II.
Aan artikel 3 der bovengenoemde verordening wordt toe
gevoegd een nieuw lid 2, luidende als volgt:
„De Directeur van den Markt- en Havendienst of zijn
adjunct is echter bevoegd toe te laten, dat de voor de
groente- en fruitmarkt bestemde koopwaren ten hoogste
1\ uur vóór den aanvang van de markt op het marktterrein
worden aangevoerd, indien de omstandigheden zich daar
tegen niet verzetten en onder voorwaarde, dat daarbij voor
de omwonenden hinderlijk geraas wordt vermeden".
De Commissie voor de Strafverordeningen,
A. van de Sande Bakhuyzen, Voorzitter.
J. Bool, Secretaris.
N°. 29. Leiden, 5 Februari 1932.
Tegen inwilliging van het hierbijgaand verzoek van den
heer B. J. J. N. Troost bestaat noch bij het bestuur van
het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis, noch bij
ons College bezwaar.
Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging aan
den heer B. J. J. N. Troost, op diens verzoek, eervol ontslag te
verleenen als Regent van het Heilige Geest- of Arme Wees-
en Kinderhuis, onder dankbetuiging voor de als zoodanig
bewezen diensten.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 26 Januari 1932.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Ondergeteekende B. J. J. N. Troost, notaris, wonende te
Leiden, Scheepmakerssteeg 2, heeft de eer U bij deze om
eervol ontslag te verzoeken uit zijne betrekking van regent
van het Heilige Geest- öf Arme Wees- en Kinderhuis te
Leiden, waartoe hij in het jaar 1919 is benoemd.
B. Troost.
N°. 30. Leiden, 5 Februari 1932.
Bij raadsbesluit van 29 September 1930 (Ingek. Stukken
No. 202) werd aan C. ten Haken, alhier, tegen een huur
prijs van ƒ500.per jaar, verhuurd de woning aan de
Heerenstraat No. 48, zulks tot 1 Mei 1931, met bepaling,
dat de huur met 1 Mei telkens voor een jaar wordt geacht
te zijn verlengd, indien zij niet drie maanden tevoren door
een der partijen is opgezegd.
De heer ten Haken richtte zich tot ons College met het
verzoek de huur van dit huis over te schrijven op naam
van den heer P. van der Burg, alhier, die bereid is de
huur over te nemen tegen den geldenden huurprijs en onder
de bestaande voorwaarden. De heer van der Burg is voor
nemens den in het pand gedreven vischhandel voort te
zetten.
Noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij ons College
bestaat bezwaar tegen inwilliging van it verzoek, zoodat
wij Uwe Vergadering in overweging geven te besluiten:
a. medewerking te verleenen aan de tusschentijdsche
ontbinding, met ingang van 1 Maart 1932, van de met
C. ten Haken aangegane huur van de woning aan de
Heerenstraat No. 48;
b. de sub a bedoelde woning met ingang van 1 Maart 1932
tot 1 Mei 1933 te verhuren aan P. van der Burg, te Leiden,
tegen een huurprijs van 500.per jaar, met dien verstande,
dat de huur verder geacht wordt telkens voor den tijd van
één jaar tegen denzelfden huurprijs en onder dezelfde voor
waarden te zijn verlengd, indien zij niet drie maanden
tevoren door een der partijen is opgezegd, zullende de huur
in elk geval eindigen op 30 April 1943, zonder dat eenige
opzegging wordt vereischt en voorts onder de in de Lees
kamer ter visie liggende voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 31. Leiden, 5 Februari 1932.
Van den heer H. Regeer Jr. kwam een gelijksoortig ver
zoek in, n.l. om de huur van het pakhuis aan de Vrouwen
kerksteeg No. 10 te mogen overdoen aan J. la Brujère.
Bedoeld perceel werd bij raadsbesluit van 29 Juni 1925
(Ingek. Stukken No. 150) aan den heer Regeer verhuurd
tegen een huurprijs van ƒ130.per jaar,'en wel tot 1 Mei
1926. met bepaling, dat de huur daarna telkens voor een
jaar wordt geacht verlengd te zijn, indien zij niet drie
maanden te voren door een der partijen is opgezegd.
De heer La Brujère, die bereid is de huur over te nemen,
kan zich vereenigen met den geldenden huurprijs en de be
staande voorwaarden. Het ligt in zijn voornemen het pak
huis te gebruiken als bergplaats van tweedehandsch schoenen,
kleeren, enz.
Ook in dit geval bestaan tegen inwilliging vau het verzoek
noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij ons College
bedenkingen, zoodat wij Uwe Vergadering in overweging
geven te besluiten:
a. medewerking te verleenen aan de tusschentijdsche ont
binding, met ingang van 1 Maart 1932, van de met H.
Regeer Jr. aangegane huur van het pakhuis aan de Vrouwen
kerksteeg No. 10.
b. het sub a bedoelde pakhuis met ingang van 1 Maart
1932 tot 1 Mei 1933 te verhuren aan J. la Brujère te Leiden,
tegen een huurprijs van ƒ130.per jaar, met dien verstande,
dat de huur vei der geacht wordt telkens voor den tijd van
één jaar tegen denzolfden huurprijs en onder dezelfde voor
waarden te zijn verlengd, indien zij niet drie maanden tevoren
door een der partijen is opgezegd, zullende de huur in eik
geval eindigen op 30 April 1943, zonder dat eenige opzegging
wordt vereischt en voorts onder de in de Leeskamer ter
visie liggende voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.