VRIJDAG 11 DECEMBER 1931. 539 smalend beweert, dat voor die prijzen ook in Rusland niet geproduceerd kan wrrden. Het is gemakkelijk dit te beweren. De bewijzen voor de juistheid van die bewering blijven echter achterwege. Spreker ziet er in elk geval voor Europa een groot econo misch gevaar in, omdat daar zoo niet gewerkt mag worden, ten gevolge der arbeidswetgeving. Volgens een courantenbericht is in Rusland de productie met öO toegenomen en heeft men karis gezien de loonen met 15 tot 25% te verhoogen. Dat wijst er toch wel op, dat men, op die manier produceerende, inderdaad groote econo mische voordeelerr behaalt voor de arbeiders. Spreker is niet bevreesd voor een gewelddadige commu nistische of andere dictatuur hier, maar wel voor een econo mische dictatuur van de Sovjet. Spreker gelooft, dat het in het geheel niet denkbeeldig is, dat, indien men economisch niet meegaat in de richting, die in Rusland wordt gevolgd, de Russen hier de markt met hun waren zullen overstroomen, om zoodoende de sociaal-democraten, die zich blijkens dit debat zoo ver verheven gevoelen boven de partijgenooten van den heer Knuttel, op het gebied van de economie toch een lesje te geven. Volgens den heer Knuttel gaat men in de Sowjet-Unie ook minder wei ken; dat verheugt spreker zeer, want wanneer men zich daar ook zoo'n beetje als bourgeois satisfait gaat gedragen en op zijn lauweren gaat rusten, dus korter en duurder gaat werken, dan neemt dat voor West-Europa een groot economisch gevaar weg. De heer Manders antwoordt den heer van Eek, dat men in katholieken kring nimmer betwijfeld heeft, dat onderwerping aan den godsdienst ook niet moest meebrengen onderwerping aan het kapitalisme, integendeel; men is in dien kring over tuigd, dat onderwerping aan den godsdienst verwerping van den Mammon, van het kapitalisme moet meebrengen. Noch het socialisme, noch het communisme hebben zich evenwel van het kapitalisme los kunnen maken; in die kringen toch wordt alles teruggebracht tot geld; dat bewijst ook weer de heer Knuttel, die heel aardig Rusland verdedigde en weesop de lage loonen daar, alle lager dan ƒ3000.maar toch niet alle gelijk; ook daar is men nog ver van de nivelleering van het loon af. Wat beteekent nu voor spreker ƒ3000.en wat ƒ6000.Dat is maar geld. De heer Knuttel: Had je het maar. De heer Manders zegt, dat daar de kapitalist weer voor den dag komt; de heer Knuttel brengt alles tot geld terug; dat is volgens spreker geen kapitaal; het kapitaal bestaat uit ge heel andere dingen. Volgens den heer van Eek was het kapi talisme het stelsel, waarbij de grond is in het bezit van enkelen en arbeid wordt verricht met de bedoeling om winst te maken, met welke definitie de heer Knuttel accoord ging, mits daaraan toegevoegd werd: met het doel om de arbeiders uit te buiten. Zal er echter wel ooit arbeid verricht worden, niet met het doel om winst te maken? De heer Knuttel: Ja zeker, in Rusland, De heer Manders zegt, dat daar de kapitalist weer voor den dag komt, die denkt, dat winst altijd geld moet zijn; door arbeid verkrijgt men voedsel, kleeding, enz.dat is voor spreker de winst, en niet, zooals voor den heer Knuttel, geld; alles voert de heer Knuttel altijd terug tot geld, evenals de heer van Eek, doordat zij zich niet van het geld kunnen losmaken en alles daaraan vastknoopen. Daaraan kan menigeen zich niet ontworstelen; men krijgt een zuiverder voorstelling van hetgeen in het algemeen belang moet geschieden, door eerst dit geld eens geheel uit te schakelen. De heer van Eek was het juist om de geldelijke gevolgen niet eens met den heer Knuttel en verwerpt den 7-urigen arbeidsdag in verband met de gevolgen voor de gemeente bedrijven, die daardoor in ftnancieele moeilijkheden zouden kunnen geraken. Inderdaad zal de invoering van den 7-urigen arbeidsdag gevolgen met zich brengen, maar wanneer er een groot zedelijk voordeel aan verbonden is, wordt de zaak wel iets anders, 't Is een principe-kwestie.'t Gaat niet om een korteren arbeids dag individueel, maar om een betere verdeeling van den arbeid. De invoering zal iets kosten, maar toch niet zoo heel veel. De loonen aan de gemeente bedragen in totaal ongeveer millioen, waarvoor 130U k 1400 arbeiders in dienst zijn. De invoering van den 7-urigen arbeidsdag zal goed 300.000. kosten, maar daardoor worden te werk gesteld 180 a 200 menschen (aangenomen, dat in 7 uur het 7/8 deel van het werk in 8 uren wordt verricht) en bij die 180 a 200 menschen krijgen 40 anderen werk, zoodat 240 menschen aan werk ge holpen worden. Daardoor zal men 240 x ongeveer 600 of ongeveer ƒ150.000.aan werkloozensteuu kunnen besparen, zoodat men in totaal een offer van ƒ300.000.ƒ150.600.— d. i. ƒ150.000.— zou moeten brengen, Is het te weik stellen van ruim 200 menschen dat offer niet waard? Wat dit betreft, is spreker het geheel eens met het voorstel van den heer Knuttel. Het vorige jaar heeft spreker hetzelfde voorgesteld. De sociaal-democraten wijzen het echter af. VN'at blijft er nu over van de ruggegraat, die de heer Vallentgoed spreker toewenschte bij zijn voorstellen van het voiige jaar, waaronder ook dit vooistel? De heer Vallentgoed voegt er verder ironisch aan toe, dat men bewondering moet hebben voor de onderwerping van de katholieken aan het gezag. Zonder ironie verklaait spreker thans, dat hij trotsch is op die onderwerping, maar dat niettegenstaande die onderwerping er voor den katholiek een algeheele vrijheid overblijft, voor eerst omdat die onderwerping vrijwillig is, maar vervolgens omdat de katholieken in veel meer zaken volkomen vrijheid en veel meer vrijheid genieten dan b.v. de sociaal-democraten, die politiek aan handen en voeten gebonden zijn en zelfs straks bij het uitbrengen van hun stem, dit zullen doen, zooals het hun gedecreteerd is: allen gelijk, zonder onderscheid. De katholieken zijn vrij op politiek gebied, maar de prin cipieel katholieke vraagstukken zien zij allen op dezelfde wijze, n.l. volgens de katholieke leer. Maar zoodra een vraagstuk niet tegen deze leer indruischt, wannter het om de practische uitwerking van die leer gaat, ziet de een het geheel anders in als de ander en kunnen zij van meening verschillen. Van daar dan ook, dat die vrijheid spreker met geheel andere voorstellen doet komen dan een ander fractiegenoot. Mogelijk katr die geheel tegen deze voorstellen zijn. Spreker wenscht thans iets te zeggen over het collecteeren. Volgens mevrouw Braggaar—De Does werd voor de roomsch- katholieke werkloozen gecollecteerd, zonder dat dit duidelijk werd aangegeven. Volgens den heer Groeneveld zou het zelfs op misleidende wijze zijn geschied. Toen de heer Groeneveld door de Breestraat ging eri daar een lieer tegenkwam, die hem een busje voorhield en zei: »voor de werkloozen", heeft de heer Groeneveld wat in het busje gedaan. Spieker ziet den heer Groeneveld aan voor een zeer scherpzichtig iemand, die van de Hoogewoerd af een vloó bij de Maarsmanssteeg voor een auto weg ziet springen, omdat ze bang is voor een ongeluk, maar hij ziet het niet, wanneer de collectanten met een van een duidelijk opschrift voorzieneri band om den arm loopen en bovendien zoo'n opschrift met ontzaglijke letters op den bij de collecte behoorenden auto slaat; dat is misleidend. De heer Knuttel verdedigde, aardig geholpen door den heer Rosmari, Rusland; volgens hen zag het er daar niet zoo slecht uit, maar 10 jaar geleden was het hier ook veel beter; toen kwam men hier ook van alles tekort, levensmiddelen, kleeding enz.; toen was het evenwel een beste tijd: het ging om het geld, zooals de heer Knuttel gaarne ziet en zoo is het nu ook in Rusland; daar komt men van alles te kort em daarom is er welvaart en nog werk. Maar door de rationa isatie en mechanisatie krijgt men daar, zoodra het vijfjarenplan is uit gewerkt, precies denzelfden toestand als hier. In het voorstel van den heer van Stralen, om de tweede norm tijdelijk buiten werking te stellen, zit een zeer goede tendenz; daar zal spreker vóór stemmen. Ook zal spreker stemmen voor het voorstel van den heer van Stralen, om de uitgetiokken wer kloozen, die per jaar minder dan 2 maanden hebben gewerkt, niet van de steun ver leening af te voeren. Voor medezeggenschap gevoelt spreker heel veel, maar hij zal het praeadvies op dat voorstel van den heer van Eek afwach ten. Ook zou spreker stemmen vóór het voorstel van den heer Kuipers, om den lossen arbeiders in gemeentedienst het minimum-loon volgens Raadsbesluit van 15 November 1920 uit te keerendit gaat echter om praeadvies. Verder gevoelt spreker zeer veel voor het voorstel van den heer Verweij tot verhooging der opcenten op de vermogens belasting; die belasting acht hij veel billijker dan menige andere, zooals b.v. de straatbelasting en het havengeld, wat hij zeer oneerlijk vindt. Over dit voorstel komt echter nog een en ander, zoodat spreker zijn stem daarover nog voor behoudt. Spreker gevoelt ook zeer veel voor het vooistel van mevrouw Braggaar—de Does om het aanvragen en uitkeeren van steun, wat aangaat de georganiseerde werkloozen, te doen geschieden via de besturen van de vakorganisaties. De heer van Rosmaler zegt, dat, evenals bij de behandeling van de vorige begrooting, ook dit jaar door de leden van de sociaal-democratische fraclie de Christelijke arbeiders zijn opgeroepen om mede te werken aan de aanneming van de voorstellen, die door deze fractie zijn ingediend. Spreker, die de eenige Christelijke arbeider in den Raad is, heelt zich aangesloten bij de Christelijk-Historische Unie, omdat hij het beginselprogram daarvan onderschrijft. Hij zal trachten de samenwerking tusschen de patroons en de ar beiders te bevorderen. Spreker kan niet alle voorstellen, welke zijn ingediend,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 9