450 MAANDAG 7 DECEMBER 1931. zijn. Spreker wijst op de overheidsbedrijven in oorlogstijd, op de straatreiniging, op de mogelijkheid, dat het telegraaf- of het spoorwezen eens met verlies gaat werken. Men zegt, dat het overheidsbedrijf zooveel duurder is. Het is wel teekenend voor den slappen geest, welke onder de christelijke arbeiders heerscht, dat zij niet met kracht tegen dit voordeel van het particulier bedrijf opkomen, voorzoover de mindere duurte van dat bedrijf veroorzaakt wordt door de slechte loonen, welke het uitbetaalt. Gelukkig vooral in dezen tijd is, dat de overheidsbedrijven met hun over het algemeen betere belooning van den arbeid steun verleenen aan de poging van de arbeiders in het parti culier bedrijf om in de periode van economische gedruktheid het loon zooveel mogelijk op peil te houden. Loonsverlaging beteekeut niet alleen een daling van het maatschappelijk levenspeil van de meerderheid der bevolking, doch ook een achteruitgang van het verbruiksvermogen van deze meerderheid. Loonsverlaging heeft tengevolge een ont zaglijke achteruitgang van de vraag op de binnenlandsche markt en leidt tot vermeerdering van werkloosheid met al de droevige gevolgen van dien. Loonsverlaging vergroot den af stand tusschen het economisch verbruiksvermogen der groote massa en het economisch productievermogen, een van de hoofdredenen der ontzaglijke werkloosheid van thans. Zeker, het overheidsbedrijf werkt wat stroever, kan zich niet zoo spoedig aanpassen aan veranderde omstandigheden. Dat nadeel wordt echter minder, als de concurrentie meer en meer plaats maakt voor overleg, voor overeenkomst, voor aan eensluiting der betreffende bedrijven. Zoolang de scherpe concurrentie nog bestaat, blijft het nadeel van het overheidsbedrijf, dat het zich langzamer kan voegen naar veranderende bedrijfseischen, bestaan. Daartegenover biedt het overheidsbedrijf de volgende factoren in zijn voordeel: Er is veel grooter waarborg, dat het beschikt over het noodige kapitaal, over de geschikte arbeidskrachten, dat zijn innerlijke organisatie goed is. De controle van het publiek, zijn verant woordelijkheid aan de volksvertegenwoordiging in stad en land veroorzaken niet natuurlijk, dat de leiding van het overheids bedrijf volmaakt is, maar dat fouten van wanbeheer hierbij minder zullen voorkomen dan bij het particuliere bedrijf. Spreker verzoekt zijn rede thans te mogen afbreken. (De heer Beekenkamp was inmiddels ter vergadering ge komen.) De Voorzitter zegt geen bezwaar te hebben om aan het verzoek van den heer van Eek te voldoen. Hij stelt echter voor hedenavond de vergadering te doen aanvangen te 8 uur in plaats van te 8| uur. Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten. De Voorzitter deelt verder mede, dat is ingekomen een motie van mevrouw Braggaar—de Does en den heer van Stralen, luidende: »De Raad acht het gewenscht dat de aanvragen om steun bij M. H. en de uitkeering daarvan, voor de georganiseerde werkloozen geschieden via de besturen van de vakorgani- sati6S 0ïi noo'digt B. en W. uit de gemeentelijke Commissie voor M. H. te verzoeken hiertoe de noodige maatregelen te nemen." Dit voorstel wordt voldoende ondersteund en kan derhalve een onderwerp van beraadslaging uitmaken. De Voorzitter stelt voor, dit voorstel te behandelen bij de algemeene beschouwingen van de begrooting. Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten. De Voorzitter vestigt er tenslotte de aandacht op, dat bij volgno. 153 der ontvangsten van den Raad een principieele besTissing zal worden gevraagd omtrent het aanvaarden van den Rijkssteun voor de crisis-uitgaven. De vergadering wordt geschorst tot des avonds te 8 uur. Voortzetting vau de geschorste openbare vergadering op Maandag 7 December 1931, des avonds te 8 uur. Thans zijn alle leden aanwezig. Voortgezet worden de algemeene beschouwingen over de begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeente voor den dienst 1932. De heer van Eck zet zijn rede voort en zegt, dat nog een andere reden, waarom het publieke bedrijf de voorkeur ver dient boven het particuliere, is de toeneming van de rationa lisatie; vooral thans, nu het doelmatiger maken van het bedrijf, de ontzaglijke vooruitgang in bedrijfstechniek, de exploitatie- uitkomsten gunstig beïnvloedt, afgezien van den oogen- blikkelijken invloed der crisis is het gewenscht de voordeelen van het bedrijf aan allen ten goede te doen komen. De rationalisatie, die ook zooveel nadeelen heeft in den vorm van ontslag van arbeiders en van afjakkeren der arbeiders, heeft tenminste in het overheidsbedrijf dit voor, dat goed- kooper productie de gansche bevolking ten goede komt en niet eenvoudig de winst van den particulieren ondernemer of zijn geldschieter ten goede komt. De voordeelen van het publiek beheer boven private onder neming worden gelukkig voor monopolistische bedrijven vrij algemeen erkend; niemand zou zeker de Lichtfabrieken in privaat bedrijf willen zien overgebracht. Ook de Staatsmijnen, die de volle concurrentie moeten doorstaan met de particuliere mijnen, hebben het nut van hun bestaan schitterend bewezen. Bij het overheidsbedrijf is de hoofdzaakgoed werk en voor treffelijke producten, bij de particuliere bedrijven is de hoofd zaak groote winsten. Bij het overheidsbedrijf is de kostprijs geen te verwaarloozen factor, evenmin als bij de particuliere bedrijven de qualiteit van het product of het werk, doch bij beide zijn dit geen overheerschende factoren. Het overheidsbedrijf zou zijn meerderwaardigheid, van in wendige organisatie, kunnen vergrooten door invoering der medezeggenschap, het invloed uitoefenen der werkers op het bedrijfslevendit zal natuurlijk mettertijd het gansche bedrijfs leven doordringen. De economische democratie is niet tegen te houden, evenmin als vroeger de politieke. De medezeggen schap zal gemakkelijker ingevoerd kunnen worden in het overheids- dan in het particuliere bedrijf, omdat in het laatste nog tot zekere hoogte geldt het baas zijn in eigen huis. Jn het huis van het overheidsbedrijf is geen particulier heerscher meer; daar heerscht het publiek belang; indien dat invoering der medezeggenschap vordert, zal zij ook ingevoerd worden. Deze medezeggenschap bestaat in het invloed uitoefenen op den gang van het bedrijf, zoowel in de dagelijksche werk zaamheden als in het beheer in zijn ganschen omvang. Hier van zijn uitgesloten de arbeidsvoorwaarden, die in eersten aanleg worden geregeld in overleg met de vakvereenigingen, om tenslotte te worden beslist door de vertegenwoordigende lichamen. Die medezeggenschap bedoelt een engen band te vormen tusschen het bedrijf en de werkers. Macht over het bedrijf beteekent ook verantwoordelijkheid voor het bedrijf. Het is van groot belang voor de werkers, wier wel en wee zoo nauw samenhangt met den gang van zaken in het bedrijf, daarop ook invloed te kunnen uitoefenen door middel van hun vertegenwoordigers. Het is van groot belang voor het bedrijf, dat door de medezeggenschap de belangstelling van de werkers in den gang van het bedrijf worde vergroot en hun verant woordelijkheidsgevoel worde opgewekt. Dit geldt zoowel voor de individueele werkzaamheden van eiken werker als voor het gansche beheer van het bedrijf. Het doel is dus, voor zoover dat ook in fabriekmatige bedrijven kan, om de werkers om te vormen van onmondige arbeidsslaven tot min of meer ver antwoordelijke medewerkers. Die verantwoordelijkheid kan natuurlijk door de werkers gemakkelijker gedragen worden in het overheidsbedrijf, gericht op voorziening in maatschappe lijke behoeften, dan in het particuliere bedrijf, gericht op winst. Die particuliere winst is een zaak, die de werkers niet raakt, waarin zij op zich zelf geen belang stellen, alleen in zoover de winst invloed uitoefent op hun levensbestaan. Vergrooting van de winst beteekent vergrooting, althans bij groote onder nemingen, van het arbeidslooze inkomen, een doel waarvoor de werkers zich moeilijk warm kunnen maken. Hoe meer de overheidslichamen zich ontwikkelen in de richting van ge meenschapsbedrijven, hoe meerlij hervormd worden in demo cratische lichamen ponder controle der publieke organen, met het uitsluitend doel te voorzien in de behoeften der bevolking, hoe gemakkelijker het den werkers zal vallen voor het beheer de verantwoordelijkheid te aanvaarden. Goed ingerichte bedrijven, met goede arbeidsvoorwaarden, ten doel hebbende het belang der bevolking te dienen en op democratischen leest geschoeid, als zulks is bereikt zou dit in het kapitalisme een belangrijke vooruitgang beteekenen, al zou dan ook aan de particuliere kapitaalbezitters in den vorm van rente voor de geleende kapitalen nog een belangrijke cijns moeten betaald worden. Er is nog een reden, waarom het overheidsbedrijf vooral in aanmerking komt om het voorbeeld te geven bij de in voering der medezeggenschap. In het overheidsbedrijf, dat beschikt over de noodige technische krachten en de vereischte kapitalen, zal zich een krachtige drang openbaren om sterk te rationaliseeren. De resultaten van het bedrijf moeten in het algemeen belang zoo hoog mogelijk worden opgevoerd. De sociaal-democraten gelooven, dat in het algemeen zij de ratio-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 16