280
MAANDAG 6 JULI 1931.
erkende hij, dat er een betere regeling moest komen. Op het
oogenblik bestaat de oude regeling dan ook niet meer.
Spreker acht het altijd min of meer gevaarlijk in het open
baar een klacht te uiten, die men niet met bewijzen kan
staven. Men wekt in den Raad en naar buiten den indruk,
dat er aaji den dienst iets hapert, terwijl spreker op het
oogenblik nog niet weet, wat er aan hapert en wat er gedaan zou
moeten worden om een beteren toestand te verkrijgen.
De heer Reimeringer sluit zich geheel aan bij het betoog
van de heeren Koole en Wilmer.
Het is spreker absoluut onbekend, dat er geen goede samen
werking zou bestaan.
Een van de oudere doktoren heeft spreker verzekerd, dat
de samenwerking absoluut goed is.
Het grootste bezwaar van den heer Kist was van financieelen
aard. De heeren Koole en Wilmer hebben reeds aangetoond,
dat dit bezwaar niet meer bestaat.
Volgens de regeling, die na ampele bespreking door sprekers
ambtsvoorganger is gemaakt, ontvingen destadsgeneesheeren
een vast bedrag.
Door de vrije artsenkeuze was het echter mogelijk, dat de
eene arts meer patiënten onder zijn behandeling kreeg dan
de andere.
Nu is het aantal patiënten van dr. Kist niet zoo groot als
dat van de andere Stadsgeneesheeren.
De heer de Reede zegt, naar aanleiding van de opmer
kingen van de heeren van Es en Wilmer, bij voorbaat over
tuigd te zijn geweest, dat de leden van de Commissie voor
den Geneeskundigen Dienst niet bekend waren met de symp
tomen van ontevredenheid, daar zij dan zeker al het mogelijke
zouden hebben gedaan om die weg te nemenniettemin is
het toch zoo. Dat spreker zich zeer beperkt heeft, heeft ook
zijn reden. Het zijn niet zoozeer groote, maar allerlei kleine
dingen; de samenwerking is stroef; het hapert hier endaar;
de doktoren krijgen te laat opgave van hun bezoeken, waar
door hun dagwerk niet behoorlijk kan worden gedaan. Zoo is
er meer. Waar de heer van Es gezegd heeft, als lid van de
Commissie voor den Geneeskundigen Dienst een onderzoek
gaarne te willen bevorderen, kan spreker zich verder bij de
zaak wel neerleggen. Het gaat om zeer vele kleine dingen,
die voor de doktoren van groot belang zijn. De quaestie is
niet, dat de Directeur van den Geneeskundigen Dienst niet
geschikt zou zijn; deze is altijd beleefd en dat loopt alles wel,
maar die dingen maken het werk der doktoren buitengewoon
zwaar en zouden met een beetje goeden wil gemakkelijk weg
te nemen zijn.
Wat kan er nu beter gebeuren dan dat de Commissie voor
den Geneeskundigen Dienst overlegt met de Stadsgenees
heeren, die haar dan over alle kleine en groote zaken kunnen
inlichtendan kan de zaak spoedig tot een oplossing komen.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten.
(Tijdens de beraadslaging over dit agendapunt zijn ook de
heeren Verweij en Groeneveld ter vergadering gekomen).
V. Voorstel tot verhuring van het bovenhuis aan de Lam
mermarkt No. 67, aan den Armenraad.
(Zie Ing. St. No. 148.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
VI. Voorstel tot overneming in eigendom en onderhoud bij
de gemeente van eenige strookjes grond en een gedeelte
sloot, resp. aan de Kooilaan, de Geerestraat en de Rijn- en
Schiekade.
(Zie Ing. St. No. 149.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
VII. Voorstel om aan de N. V. Leidsche Manufacturenhandel
van Vroom en Dreesmann vergunning te verleenen tot het
maken van nog een verbindingsbrug over de Vischpoort.
(Zie Ing. St. No. 150.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
VIII. Voorstel tot het doen atbreken van het complex
woningen gelegen tusschen de 2e Binnenvestgracht, de Korte
Scheistraat en de Lammermarkt en tot beschikbaarstelling
van gelden voor het sloopen van de woningen en het in orde
maken van het vrijkomend terrein.
(Zie Ing. St. No. 151.)
De heer Zitman vraagt of er behoefte is aan dit terrein.
De Voorzitter antwoordt hierop bevestigend. Een andere
reden is bovendien, dat het hier krotopruiming betreft; deze
woningen zijn bijna allemaal onbewoonbaar verklaard.
De heer Bergers juicht het ten zeerste toe, dat die rommel
daar weggaat; dit zal bovendien tegemoetkomen aan het
gebrek aan parkeerterrein voor auto's, die daar des Vrijdags
moeilijk plaats kunnen vinden.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
IX. Voorstel tot het indienen van bezwaren bij Gedeputeerde
Staten van Zuid-Holland, tegen de aanslagen van eenige
personen in de Forensenbelasting in andere gemeenten.
(Zie Ing. St. No. 152.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
X. Voorstel om aan de Zwemvereeniging »de Zijl" een
jaarlijksche subsidie van 100.toe te kennen in de kosten
van de te houden volkszwemfeesten.
(Zie Ing. St. No. 153
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XI. Voorstel in zake de financieele controle op de boek
houding van verschillende gemeentediensten.
(Zie Ing. St. No. 154.)
De heer de Reede zegt, dat dit voorstel om verschillende
gemeentediensten te stellen onder contröle van het Bureau
voor Verificatie van de Vereeniging van Nederlandsche
Gemeenten zijn onverdeelde instemming niet kan hebber.
Een geval, dat spreker zelf heel goed heeft kunnen beoor-
deelen was de controle voor de Stedelijke Werkinrichtingen;
men vroeg daar ƒ200.per jaar voor de contröle; toen Burge
meester en Wethouders daarvan werk maakten, bleek alras,
dat het Bureau ook bereid was het voor ƒ125.te doen, dus
ongeveer 40 minder. Hoe staat het nu met de kosten van
de contröle op andere diensten? Kunnen die ook met 40%
verminderd worden? Daarover wordt niet gesproken, maar
juist in dit geval, waarover gesproken is, kon het wel goed-
kooper; in de gevallen, waar niet over gesproken is, blijft het
bedrag, zooals het oorspronkelijk opgegeven was.
Ook al werd aan dat bezwaar tegemoet gekomen, dan nog
waren sprekers bezwaren niet geheel weggenomen.
Spreker heeft niet veel bewondering voor de contröle van
dat bureau. De verklaringen, die omtrent de rekeningen worden
afgelegd, zijn zoo verschillend, dat men niet precies weet,
wat men er aan heeft.
Uit de verklaring, die omtrent de rekening van de Bank
van Leening is afgelegd, kan men lezen, dat de administra
tieve gegevens kunnen worden aanvaard.
Ten aanzien van de Gemeente-Reiniging maakt men zich
van de zaak af met de verklaring: »Wij hebben de balans
en de winst- en verliesrekening vergeleken en met de boeken
akkoord bevonden."
Met deze verklaring kan men altijd vrij uitgaan, men kan
daardoor nalaten iets te zeggen wat men liever verzwijgen wil.
Spreker zou er dan ook meer prijs op stellen, in derge
lijke gevallen in het geheel geen verklaring te ontvangen.
Het contröle-bureau heeft indertijd nagelaten er mededeeling
van te doen, dat de afschrijvingen op de gebouwen van de
vuilverbranding te laag waren, waarvan het gevolg is geweest,
dat de Lichtfabrieken, die de gebouwen hebben overgenomen,
een belangrijk bedrag hebben moeten afschrijven op het reserve
fonds.
In verband met het een en ander dringt spreker er op aan
niet zonder meer op het voorstel in te gaan, maar te onder
zoeken of de contröle bij dit bureau in goede handen is en
na te gaan of het niet boter is, de contröle op te dragen aan
een bureau, dat geen aanleiding tot klachten heeft gegeven.
Spreker wenscht geen reclame te maken voor een bepaald
bureau, want er zijn verschillende goede bureau's, maar wil
er toch de aandacht op vestigen, dat de rapporten, die door
het kantoor van den heer Moret worden uitgebracht, van
dien aard zijn, dat men met gerustheid de verantwoordelijk-