STAAT Cter. Regeling van de wedden van het verplegend personeel der gestichten EndegeestVoorgeesten Rhijngeest ï.u Art. III. Aan den voet van Staat D, bedoeld in art. 2, wordt met betrekking tot de daarin vermelde rangen van „Hoofdver- pleger(ster) A" en „Hoofd verpleger (ster) B" een noot opge nomen, luidende: „*Bij den Geneeskundigen- en Gezond heidsdienst." Art. IV. Deze verordening treedt in werking op 1 Juli 1931. Voor de gediplomeerde verplegers(sters) na vaste aan- stelling en voor de hoofdverplegers(sters), die op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening reeds als zoodanig in dienst zijn, wordt de wedde volgens deze verordening vastgesteld naar den diensttijd, dien zij op dat tijdstip in die betrekking bij de gemeente hebben. Aan degenen, die met ingang van het tijdstip van inwer kingtreding van deze verordening als eerste verpleger(ster) worden aangesteld, wordt de aan die betrekking verbonden minimum-wedde toegekend, tenzij zij vóór dat tijdstip reeds een gelijke of hoogere wedde genoten, in welk geval hun de wedde volgens deze verordening wordt toegekend, welke het naast hooger is dan de thans door hen volgens de be staande regeling genoten wedde. Van dat tijdstip begint voor hen de termijn van de volgende periodieke verhoo gingen te loopen. 2». te bepalen, met afwijking mede van het bepaalde omtrent vrije geneeskundige behandeling in art. 20 van de verordening van 5 Maart 1928 (Gem. Blad No. 6), regelende den rechtstoestand van de verplegers in dienst van de gestichten „Endegeest", „Voorgeest" en „Rhijngeest", dat de niet-inwonende gehuwde verpleger dier inrichtingen met zijn gezin van 1 Juli 1931 af geen recht meer zal hebben op vrije geneeskundige behandeling en de niet-inwonende gehuwde verpleger zelve niet meer op vrije dienstkleeding, doch dat aan hem van dien datum af daarvoor een toelage boven de wedde zal worden toegekend van 100.per jaar; 3«. over te gaan tot vaststelling van de overgelegde wijziging van de begrooting der gestichten, dienst 1931, en van den mede overgelegden staat van af- en overschrijving op eenige posten dier begrooting; 4o. het adres van het hoofdbestuur van den Centralen Nederlandschen Ambtenaarsbond d.d. 30 September 1929 als afgedaan te beschouwen; 5o. ons College, voor zooveel noodig, te machtigen het verder noodige te verrichten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J J. GROEN ZOON. BETREKKING. Wedde. Periodieke VERHOOGINGEN. Minimum. Maximum. Aantal en termijn der verhoogingen. Bedrag der ver- hoo gingen. Leerling-verpleger(ster) vóór Ie examen Leerling-verpleger(ster) na Ie examen Leerling-verpleger(ster) na 2e examen Gediplomeerd verpleger(ster) vóór vaste aanstelling Gediplomeerd verpleger(ster) na vaste aanstelling Eerste verpleger(ster)2) Hoofdverpleger(ster). f 1.0C 1.05 1-3C f 1.600.— 1.900.- 2.600.— 0.— 0. 0.— O.— 1) ƒ2.000 2.300.— 3.000.— 4éénjaarlijksche 77 77 77 77 f 100.— 100.— 100.- Ingaande op den eersten dag yan de maand, volgende op die, waarin het desbetreffende gedeelte van het examen met goed gevolg is afgelegd. 2) De eerste verpleger(ster), die als waarnemend hoofdverpleger(ster) is aan gewezen, geniet als zoodanig een toelage hovende wedde van 100.per jaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 13