GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
79
INGEKOMEN STUKKEN.
N°. 141. Leiden, 2 Juni 1931.
Bij raadsbesluit van 6 Mei 1929 (Ingek. Stukken No. 67)
werd aan Ir. J. J. Valkenburg tegen den prijs van 15.
per M2. verkocht een perceel bouwterrein nabij de Leidsche
Hout, aan het verlengde van de Johan de Wittstraat, groot
540 M2., op de overgelegde kaart met gele kleur aangeduid.
Thans is van den heer Valkenburg een aanvraag inge
komen, om de op de kaart in rood aangegeven strook grond,
ter breedte van 4 Meter en ter oppervlakte van 128 M2.,
grenzende aan het vorenbedoelde bouwterrein, te mogen
koopen, teneinde deze strook bij zijn tuin te voegen.
Bij inwilliging van het verzoek zal het nog beschikbaar
blijvende bouwterrein tusschen den Warmonderweg en de
Johan de Wittstraat gelegenheid bieden voor den bouw
van één dubbele en twee enkele villa's, tegen welke ver
kaveling noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij ons
College bedenkingen bestaan.
De prijs van den grond ware ook thans op 15.perM2.
te stellen, terwijl de voorwaarden, bedongen voor het in
1929 verkochte perceel, kunnen gelden voor het door bij
voeging van de strook vergroote terrein.
Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie
liggende stukken en in overeenstemming met het advies van
de Commissie van Fabricage, geven wij Uwe Vergadering
mitsdien in overweging aan Ir. J. J. Valkenburg tegen
den prijs van 15.per M2. te verkoopen de strook grond
nabij de Johan de Wittstraat, groot 128 M2., op de
overgelegde kaart met roode kleur aangegeven, deel uit
makende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden,
Sectie P, No. 98, zulks onder voorwaarde, dat deze strook
grond bij het ingevolge raadsbesluit van 6 Mei 1929 (Ingek.
Stukken No. 67) aan den heer Valkenburg verkochte terrein
wordt gevoegd om daarmede één geheel te vormen en dat
de in het aangehaalde raadsbesluit van 6 Mei 1929 opge
nomen verkoopconditie's zullen gelden voor het aldus ver
groote terrein.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 142. Leiden, 2 Juni 1931.
Ons vereenigende met het hieronder afgedrukte voorstel van
Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Elec-
triciteit geven wij Uwe Vergadering onder verwijzing naar
de missive van Commissarissen in overweging:
a. goed te keuren, dat over het jaar 1930 wegens normale
uitbreidingen der Gasfabriek 68.500.is besteed;
b. door vaststelling van den overgelegden begrootingsstaat.
model D, dienst 1930, in totaal een bedrag van 700.000.
beschikbaar te stellen, waarvan:
1°. 271.500.ten behoeve van de normale uitbreidingen
van de Electriciteitsfabriek in 1930;
2°. 75.000.ten behoeve van de uitbreiding van het
kabelnet in Hazerswoude;
3°. 87.500.ten behoeve van de uitbreiding van het
kabelnet in Benthuizen;
4°. 266.000.ten behoeve van de vestiging van een
onderstation c.a. van de Electriciteitsfabriek aan de Cobet-
straat;
c. het sub b genoemde bedrag van 700.000.— voor de
daarbij aangegeven doeleinden aan de Electriciteitsfabriek
als kapitaal te verstrekken met bepaling, dat van dit
kapitaal jaarlijks 5% zal worden afgelost.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 22 Mei 1931.
Wij hebben de eer Uw College mede te deelen, dat de
kosten van de normale uitbreidingen van de Stedelijke Fa
brieken van Gas en Electriciteit volgens de bestaande ver
ordeningen en overeenkomsten in 1930 hebben bedragen:
A. voor de O as fabriek:
Meters49.000.
Hoofdbuizen11.000.
Dienstleidingen8.500.
Tezamen: 68.500.
B. voor de Electriciteitsfabriek:
Meters. 48.000.
Transformatoren24.000.
Dienstgebouwen17.000.
Hoogspanningskabelnet Leiden8.000.
buitengemeenten 34.000.
Transformatorstations46.000.
Laagspanningskabelnet54.000.
bovengrondsch 500.
Huisaansluitingen35.000.—
bovengrondsch2.500.
Klokkenkabelnet2.500.
Tezamen271.500.
De kosten van de uitbreidingen van de Gasfabriek konden
uit de aanwezige middelen worden bestreden, zoodat daar
voor geen uitbreiding van kapitaal behoeft plaats te vinden.
Het kapitaal der Electriciteitsfabriek zal echter, behalve
met het bovengenoemde bedrag ad 271.500.voor nor
male uitbreidingen in 1930, nog moeten worden uitgebreid
met 428.500.gespecificeerd als volgt:
a. f 75.000.voor uitbreiding van het kabelnet in Hazers
woude (Raadsbesluit 5 Augustus 1929, I. S. No. 126);
b. f 87.500.voor uitbreiding van het kabelnet in Bent
huizen (Raadsbesluit van 29 September 1930, I. S.No. 199);
c. f 266.000.voor de vestiging van een onderstation c.a.
aan de Cobetstraat (Raadsbesluit van 13 Januari 1930,
I. S. No. 11).
In totaal zal het kapitaal der Electriciteitsfabriek dus
moeten worden uitgebreid met f 271.500.— f 428.500.
700.000.waarvan de aflossing, gelet op het bepaalde
in art. 25, 5e lid van de Beheers verordening, jaarlijks 5
zal dienen te bedragen.
Mitsdien geven wij Uw College in overweging den Raad
voor te stellen:
a. goed te keuren, dat over het jaar 1930 wegens normale
uitbreidingen der Gasfabriek 68.500.is besteed;
b. door vaststelling van den daarbij over te leggen be
grootingsstaat in totaal een bedrag van ƒ700.000.beschik
baar te stellen, waarvan:
lu. ƒ271.500.ten behoeve van de bovenvermelde normale
uitbreidingen van de Electriciteitsfabriek in 1930;
2°. ƒ75.000.ten behoeve van de uitbreiding van het
kabelnet in Hazerswoude;
3°. ƒ87.500.ten behoeve van de uitbreiding van het
kabelnet in Benthuizen;
4°. 266.000.ten behoeve van de vestiging van een
onderstation c.a. aan de Cobetstraat;
c. het sub b. genoemde bedrag van 700.000.voor de
daarbij aangegeven doeleinden aan de Electriciteitsfabriek
als kapitaal te verstrekken tegen de daarbij vast te stellen
rente en met bepaling, dat van dit kapitaal jaarlijks 5
zal worden afgelost.
Commissarissen der Stedelijke Fabrieken
van Gas en Electriciteit,
T. S. Goslinga, Voorzitter.
J. A. v. d. Stok, Secretaris.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders
van Leiden.
N°. 143. Leiden, 2 Juni 1931.
Bij raadsbesluit van 7 Juli 1930 (Ingek. Stukken No. 119)
werd aan de woningbouwvereeniging „Ons Belang" voor
den bouw van 28 woningen en den aankoop van den daar
voor benoodigden grond ten noorden van den Maresingel,
overeenkomstig de bepalingen van de Woningwet, een bouw-
voorschot van ten hoogste ƒ88.600.en een grondvoorschot
van ten hoogste ƒ25.200.in uitzicht gesteld.
Bij de op 15 Mei j.l. gehouden aanbesteding van den
bouw werd het laagst ingeschreven door de firma C. v. d.
Lelie en A. Kantebeen, alhier, voor 85.327..In dit bedrag
is ƒ2000.begrepen voor grondkosten, die ten laste van
het grondvoorschot komendaarentegen zij n de kosten van
de besteding, welke op 250.worden geraamd, buiten het
bestek gehouden en derhalve niet in de aannemingssom
begrepen.
Aan de hand van deze cijfers moet het bouwvoorschot op
91.200.en het grondvoorschot op 27.200*worden ge
steld, hetgeen een verhooging beteekent van resp. ƒ2600.
en ƒ2000.