VRIJDAG 23 JANUARI 1931.
121
De Voorzitter raadt dit namens het College af. Teneinde
echter den voorstellen van den heer Mandeis de meeste kans
te geven, zal spreker nu eerst in stemming brengen het
voorstel van den heer Wilmer, om deze voorstellen te stellen
in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies.
De heer Manders stelt ten aanzien van elk van zijn voor
stellen, dus gesplitst, voor, dit te stellen in handen van
Burgemeester en Wethouders om praeadvies.
De Voorzitter brengt dus in stemming het voorstel van
den heer Manders, om zijn voorstel sub le, luidende:
»De Raad noodige Burgemeester en Wethouders uit te
onderzoeken, op welke wijze het best de werkloosheid kan
worden bestreden, door eene reeds bestaande of eene te
benoemen commissie op te dragen, elk jaar in de zomer
maanden het onderzoek daarnaar aan te vangen en in Sep
tember en verder, zooveel als noodig is, de maatregelen voor
te stellen, welke bij eene eventueel te verwachten werkloosheid
kunnen worden genomen.",
te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders om
praeadvies. Dit voorstel wordt aangenomen met 17 tegen 15
stemmen.
Vóór stemmen: de heeren Zitman, Wilmer, Donders, Verweij,
Groeneveld, van Eek, Schüller, mevrouw Braggaarde Does,
de heeren Vallentgoed, Bergers, Coster, Manders, van Stralen,
Kooistra, de Waal, van Tol en Koole.
Tegen stemmen: de heeren van der Reijden, de Reede,
Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, van Es, Huurman,
Eikerbout, Meijnen, Tepe, Reimeringer, Splinter, Goslinga,
Bosman en Romijn.
De heer Manders kan er zich mede vereenigen, dat thans
gestemd wordt over het voorstel van den heer Wilmer, om
zijn voorstellen 2 tot en met 5 in handen te stellen van
Burgemeester en Wethouders om praeadvies.
Het voorstel van den heer Wilmer, om de voorstellen van
den heer Manders, luidende
2e. »De Raad noodige Burgemeester en Wethouders uit voor
dit jaar en meer speciaal voor dezen winter zoo spoedig
mogelijk te komen met voorstellen tot werkverruiming door
vervroegde uitvoering van in het gemeente-belang noodige
of wel nuttige werken en de kosten daarvan geheel of ge
deeltelijk uit leening te dekken.",
3e. »De Raad noodige Burgemeester en Wethouders uit de
steunregeling zoodanig te herzien dat geheel of althans zoo
veel mogelijk voorkomen wordt, dat door iemand, tengevolge
van werkloosheid tegen zijn wil, gebrek geleden wordt.",
4e. »De Raad noodige Burgemeester en Wethouders uit voor
stellen te doen om te bevorderen dat woningen, gebouwd met
gemeentelijken steun, Rijkssubsidie of ook op andere wijze,
op gemakkelijke voorwaarden ook voor de kleinere beurzen
in eigendom kunnen worden verkregen.", en
5e. »De Raad noodige Burgemeester en Wethouders uit
a. voorstellen te doen om bij werkloosheid ook thans zoo
veel mogelijk werken ter bestrijding der werkloosheid, als
mede sub 2e bedoeld, te doen uitvoeren, en deze te doen uit
voeren in een korteren dan den normalen arbeidsdag, opdat
zooveel mogelijk werkloozen hierdoor te werk kunnen worden
gesteld.
b. onder oogen te zien, of met hetzelfde doel als onder a
genoemd, ook bij groote werkloosheid de vaste gemeente
bedrijven niet in aanmerking kunnen komen voor een ver
korten arbeidstijd.
c. na te gaan, of eveneens met hetzelfde doel als onder a
genoemd, ook particuliere bedrijven genegen zouden zijn een
verkorten arbeidstijd toe te passen onder eventueel vanwege
de gemeente te verleenen steun, en een voorstel omtrent de
wijze van die steunverleening aan den Raad te doen.",
in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen om
praeadvies, wordt aangenomen met 17 tegen 15 stemmen.
Vóór stemmen de heeren Zitman, de Reede, Wilmer, Verweij,
Groeneveld, Van Eek, Schüller, mevr. Braggaarde Does,
de heeren Vallentgoed, Bergers, Coster, Manders, Van Stralen,
Kooistra, de Waal, Van Tol en Koole.
Tegen stemmen de heeren Van der Reijden, Wilbrink. Van
Rosmalen, Parmentier, Van Es, Donders, Huurman, Eikerbout,
Meijnen, Tepe, Reimeringer, Splinter, Goslinga, Bosman en
Romijn.
De heer De Reede zegt, dat hem thans blijkt, dat hij het
geen de Voorzitter over de vijf voorstellen van den heer
Manders heeft gezegd, verkeerd begrepen heeft. Hij heeft er
n.l. uit afgeleid, dat Burgemeester en Wethouders bereid
waren over die voorstellen prae-advies uit te brengen. Hij
heeft daarom voor gestemd.
De Voorzitter stelt den heer Manders de vraag, of deze
zijn 6e voorstel intrekt.
De heer Manders handhaaft zijn voorstel, doch stelt thans
voor het in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders
om prae-advies.
Het voorstel van den heer Manders om zijn voorstel sub 6e,
luidende:
»De Raad noodige B. en W. uit aan de Landsregeering
onder aanvoering van de tot deze voorstellen geleid hebbende
motieven te verzoeken maatregelen te beramen om te ge
raken
a. tot een spoedige invoering van een Rijks-steunregeling
voor werklooze arbeiders,
b. tot werkverruiming op die tijden, waarop werkloosheid
optreedt of redelijkerwijze kan verwacht worden op te zullen
treden, en verschuiving van werk van de tijden van vol
doende of overvloed van werk naar de tijden van gebrek
aan werk, b.v. in den winter,
c. tot een wettelijke invoering van een verkorten arbeids
tijd vooral in tijden van werkloosheid voor alle bedrijven,
of wel die, welke hiervoor op de eerste plaats in aanmerking
komen,
d. tot een samenwerking met andere landen om gezamenlijk
die maatregelen te treffen, welke tot eene bestrijding der werk
loosheid en hare gevolgen het meest doelmatig kunnen zijn.,
in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen om
praeadvies wordt verworpen met algemeene stemmen op 1 na,
die van den heer Manders.
De Voorzitter stelt thans aan de orde de stemming over
punt
VI. Praeadvies op het beroepschrift van C. C. van den
Bosch, tegen de afwijzende beschikking van Burg. en Weths.
op zijn verzoek om vergunning tot den bouw van twee woon
huizen en een fabrieksgebouw op een terrein nabij den
Zoeterwoudschen Singel, Sectie M, No. 1162.
(Zie Ing. St. No. 11.)
De heer Zitman stelt de vraag, of het in verband met het korte
stukje singel noodig is, dat er een straat komt. Indien dat
noodig is, zal spreker voor stemmen.
De heer Splinter zegt, dat de straat ook op het nieuwe
uitbreidingsplan zal voorkomen.
Het praeadvies van Burgemeester en Wethouders wordt
aangenomen met 28 tegen 4 stemmen.
Vóór stemmende heeren Zitman, van der Reijden, de Reede,
Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, Donders,
Verweij, Groeneveld, Huurman, van Eek, Schüller, mevrouw
Braggaarde Does, de heeren Vallentgoed, Bergers, van
Stralen, Kooistra, de Waal, van Tol, Meijnen, Koole, Tepe,
Reimeringer, Splinter, Goslinga, Bosman en Romijn.
Tegen stemmen de heeren: van Es, Coster, Manders en
Eikerbout.
De Voorzitter zegt, dat ten aanzien van het 6e voorstel
van den heer Manders is besloten, dat het niet gesteld zal
worden in handen van Burgemeester en Wethouders om
praeadvies. Spreker doet thans een beroep op den heer
Manders om dit voorstel in te trekken.
De heer Manders trekt zijn voorstel in.
Aangezien het voorstel van den heer Manders is ingetrokken,
maakt het geen onderwerp van beraadslaging meer uit.
Het voorstel van den heer Schüller, luidende:
»Ondergeteekende stelt voor in de bestekken voor uit te
voeren straatwerk de bepaling op te nemen, dat dezelfde
arbeidsvoorwaarden en loonen, die de gemeente aan de ge
meentelijke straatmakers en helpers betaalt, ook de aannemer
verplicht, deze na te komen en uit te betalen",
wordt verworpen met 21 tegen 10 stemmen.
Tegen stemmende heeren Zitman, van der Reijden, de Reede,