120
VRIJDAG 23 JANUARI 1931.
Tegen stemmen: de heeren van der Reijden, de Reede,
Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van Es, Donders,
Huurman, Bergers, Coster, Manders, Eikerbout, van Tol,
Meijnen, Tepe, Reimeringer, Splinter en Goslinga.
Vóór stemmen: de heeren Zitman, Verweij, Groeneveld,
van Eek, Schüller, mevrouw Braggaarde Does, de heeren
Yallentgoed, van Stralen, Kooistra, de Waal, Koole, Bosman
en Romijn.
Sub 2e. van deze motie wordt aangenomen met 17 tegen
15 stemmen.
Vóór stemmen: de heeren Zitman, Verweij, Groeneveld,
van Eek, Schüller, mevrouw Braggaarde Does, de heeren
Vallentgoed, Bergers, Coster, van Stralen, Kooistra, de Waal,
van Tol, Koole, Reimeringer, Bosman en Romijn.
Tegen stemmende heeren van der Reijden, de Reede,
Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van Es, Donders,
Huurman, Manders, Eikerbout, Meijnen, Tepe, Splinter en
Goslinga.
Het voorstel van den heer van Eek, luidende:
»De Raad besluit tot intrekking van zijn besluiten van 25
Augustus 1930, waarbij zijn vastgesteld een verordening op
de heffing van een belasting onder den naam van straatbe
lasting te Beiden en een verordening regelende de invordering
van de straatbelasting te Leiden.",
wordt verworpen met 20 tegen 12 stemmen.
Tegen stemmen: de heeren van der Reijden, de Reede, Wil
brink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van Es, Donders,
Huurman, Bergers, Coster, Eikerbout, van Tol, Meijnen, Tepe,
Reimeringer, Splinter, Goslinga, Bosman en Romijn.
Vóór stemmen de heeren Zitman, Verweij, Groeneveld, van
Eek, Schüller, mevrouw Braggaar—De Does, de heeren Vallent
goed, Manders, van Stralen, Kooistra, de Waal en Koole.
De voorstellen van den heer van Eek, luidende:
»De Raad besluit tot invoering van een belasting van bouw
terreinen, gelegen aan bestaande grachten en pleinen of van
gronden, welke ingevolge een krachtens art. 28 der Woning
wet goedgekeurd plan in de naaste toekomst zijn bestemd voor
bouwterrein en zijn gelegen binnen een door Gedeputeerde
Staten getrokken kring, tot het invoeren van welke belasting
reeds op 7 Februari 1921 door den Raad in beginsel is be
slist"; en
»De Raad besluit tot wederinvoering der zakelijke belasting
op het bedrijf, gelijk die te Leiden is geheven volgens de
verordening van 8 Augustus 1921, gewijzigd bij verordening
van 24 April 1922 en 22 Januari 1923", alsmede
het voorstel van den heer van Stralen, luidende:
sDe Gemeenteraad, van oordeel dat de normen welke gelden
voor de ondersteuning van uitgetrokken werkloozen te laag
zijn en vooral in dezen ernstigen crisistijd dringend dienen te
worden verhoogd, besluit deze normen als volgt te wijzigen:
voor gehuwden en kostwinners den steun te verhoogen van
13.50 op 15.—, benevens den kindertoeslag te verhoogen
van ƒ1.25 op ƒ1.50 per kind;
voor kostgangers den steun te verhoogen van 9.op
10.-",
worden achtereenvolgens verworpen, elk met 22 tegen 10
stemmen.
Tegen stemmen: de heeren Zitman, van der Reijden, de
Reede, Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van Es,
Donders, Huurman, Bergers, Coster, Manders, Eikerbout, van
Tol, Meijnen, Tepe, Reimeringer, Splinter, Goslinga, Bosman
en Romijn.
Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, van Eek,
Schüller, mevrouw Braggaar—De Does, de heeren Vallentgoed,
van Stralen, Kooistra, de Waal en Koole.
Het voorstel van den heer van Stralen, luidende:
sOndergeteekende stelt voor de bepaling in het steunregle-
ment, dat de ondersteuning na 20 weken voor gehuwden en
kostwinners en 15 weken voor kostwinners, met 1.
per week wordt verminderd, tijdelijk buiten werking te
stellen.",
wordt verworpen met 20 tegen 12 stemmen.
Tegen stemmen: de heeren Zitman, van der Reijden, de Reede,
Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van Es, Donders,
Huurman, Bergers, Coster, Eikerbout, Meijnen, Tepe, Reime
ringer, Splinter, Goslinga, Bosman en Romijn.
Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, van Eek,
Schüller, mevrouw BraggaarDe Does, de heeren Vallentgoed,
Manders, van Stralen, Kooistra, de Waal, van Tol en Koole.
Het voorstel van den heer van Stralen .(Zie Ing. Stuk No. 21),
luidende:
sOndergeteekende heeft de eer den Raad voor te stellen:
De regeling voor den huurtoeslag aan werklooze ondersteunde
gezinshoofden of kostwinners zoodanig te wijzigen, dat voortaan
als toeslag wordt verstrekt het huurbedrag boven f 2.50, tot
een maximum-huishuur van ƒ6.
wordt verworpen met 22 tegen 10 stemmen.
Tegen stemmende heeren Zitman, van der Reijden, de Reede,
Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van Es, Donders,
Huurman, Bergers, Coster, Manders, Eikerbout, van Tol,
Meijnen, Tepe, Reimeringer, Splinter, Goslinga, Bosman en
Romijn.
Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, van Eek,
Schüller, mevrouw BraggaarDe Does, de heeren Vallentgoed,
van Stralen, Kooistra, de Waal en Koole.
De voorstellen van den heer van Stralen (Zie Ing. Stuk
No. 21) luidende:
»Ondergeteekende heeft de eer den Raad voor te stellen
Vanaf 1 Januari 1931 op de kasuitkeeringen van die werk
loozen, welke na uitgetrokken te zijn voor gemeentelijken
steun in aanmerking komen, een toeslag op de kasuitkeering
te verstrekken ten bedrage van het vei schil tusschen kas
uitkeering en het steunbedrag'' en
sOndergeteekende heeft de eer den Raad voor te stellen:
Wegens de ongunstige tijdsomstandigheden de wachttijd
regeling voor uitgetrokken werkloozen tijdelijk buiten werking
te stellen.",
worden achtereenvolgens verworpen, elk met 21 tegen 11
stemmen.
Tegen stemmen: de heeren Zitman, van der Reijden, de
Reede, Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van
Es, Donders, Huurman, Bergers, Coster, Eikerbout, van Tol,
Meijnen, Tepe, Reimeringer, Splinter, Goslinga, Bosman en
Romijn.
Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, van Eek,
Schüller, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Vallentgoed,
Manders, van Stralen, Kooistra, de Waal en Koole.
De voorstellen van den heer Schüller, luidende:
sOndergeteekende stelt voor te besluiten, dat de Commissie
van Fabricage een onderzoek instelt naar de technische en
administratieve samenstelling van den dienst van Gemeente
werken
en in hoeverre het mogelijk is dat door dezen dienst diverse
werken in eigenbeheer kunnen worden uitgevoerd;
en hare bevinding in een rapport aan den Raad voor te
leggen" en
sOndergeteekende stelt voor alle bestratingswerken in eigen
beheer te doen uitvoeren." alsmede
het voorstel van mevrouw Braggaar—de Does en den heer
van Stralen, luidende:
sOndergeteekenden stellen den Raad voor te besluiten tot
oprichting van een gemeentelijk Tehuis voor Ouden van Dagen",
worden achtereenvolgens verworpen, elk met 22 tegen 10
stemmen.
Tegen stemmen: de heeren Zitman, van der Reijden, de
Reede, Wilbrink, van Rosmalen, Parmentier, Wilmer, van
Es, Donders, Huurman, Bergers, Coster, Manders, Eikeibout,
van Tol, Meijnen, Tepe, Reimeringer, Splinter, Goslinga,
Bosman en Romijn.
Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, van Eek,
Schüller, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Vallentgoed,
van Stralen, Kooistra, de Waal eri Koole.
De heer Wilmer stelt voor, de voorstellen 1 tot én met 5
van den heer Manders te stellen in handen van Burgemeester
en Wethouders, om praeadvies.