338
MAANDAG 22 DECEMBER 1930.
is nog geen enkele straatnaam in onze gemeente, die herinnert
aan het bloeiende dorp Wassenaar, dat bovendien een zeer
goede klant is van de Lichtfabrieken.
De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een voorstel
van den heer Goslinga, luidende
«Ondergeteekende stelt voor den weg loopende vanaf den
Rijnsburgerweg bezuiden de trambaan der H. T. M. te noemen
W assenaarsche weg."
Dit voorstel wordt voldoende ondersteund en maakt der
halve een onderwerp van beraadslaging uit.
De heer Groeneveld heeft op dezelfde gronden als de heer
Goslinga bezwaar tegen den naam Mariënpoelweg. Er is reeds
een Mariënpoelstraat en een gelijkluidende naam zou ver
warring geven. Het is ook niet wenschelijk den naam van de
Mariënpoelstraat, die dezen naam reeds ongeveer tien jaar
heeft, te gaan veranderen, daar dit ook verwarring geeft.
Spreker heeft jaren gewoond aan den Morschweg, waarbij
zich ook bevinden de Morscbsingel, de Morschstraat, de Morsch-
kade, de Hooge Morschweg en de Lage Morschweg. Spreker
weet bij ervaring, dat dit tot vergissingen aanleiding geelt, en
de bewoners van deze bijna gelijknamige straten daarvan
veel last ondervinden. In sprekers fractie is deze zaak be
sproken en zij is van oordeel, dat deze weg genoemd moet
worden Haagsche Schouwweg. Dit is een duidelijke naam, die
niet tot verwarring aanleiding geeft. Spreker kan zich echter
aansluiten bij het voorstel van den heer Goslinga en maakt
er geen voorstel van den weg «Haagsche-Schouwweg" te
noemen.
De heer van Es is het van harte eens met het denkbeeld
van den heer Groeneveld om den weg »Haagsche-Schouwweg"
te noemen. Voor den naam W assenaarscheweg" voelt spreker
niet zoo heel veel, want hij loopt ten slotte wel op Wassenaar
uit, maar ook op Den Haag en Rotterdam. Indertijd is de
naam «Lammeschansweg" gekozen, omdat de weg uitliep
op den Lammeschans, en waar deze weg vrij recht naar het
Haagsche Schouw loopt, vindt spreker den aangewezen naam
»Haagsche-Schouwweg". Hij dient mitsdien het volgende voor
stel in
»Ondergeteekende stelt voor den weg genoemd onder punt 7
te noemenHaagsche-Schouwweg.
De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een voorstel
van den heer van Es, luidende:
»Ondergeteekende stelt voor den weg genoemd onder punt 7
te noemenHaagsche Schouwweg."
Dit voorstel wordt voldoende ondersteund en maakt mits
dien een onderwerp van beraadslaging uit.
De heer de Reede vraagt, waarom geen aandacht in het
College is geschonken aan den oorspronkelijken naam van
dien weg, namelijk »Begrafenisweg", waar men nu bijv.
Kerkhoflaan van zou kunnen maken. Spreker zal daartoe
echter geen voorstel doen.
De heer Wilbrink is blij, dat de heer de Reede niet een
dergelijk voorstel doet, daar hij vreest, dat de gemeente
daarvan de grootste schade zou ondervinden in verband met
de gronden, die zij aan dien weg heeft en welke dan wel
met 3.— per M2. verlaagd zouden moeten worden.
Spreker voelt meer voor den naam «Wassenaarsche weg"
dan voor dien van „Haagsche-Schouwweg", want de eerste
naam klinkt wat vlotter in de ooren en is gemakkelijker uit
te spreken. En al mag de heer van Es zeggen, dat de weg
ook naar Rotterdam en den Haag gaat, als het er op aan
komt, hij ligt in ieder geval in de richting van Wassenaar.
Spreker steunt op deze gronden het voorstel-Goslinga,
terwijl hij het voorstel van Burgemeester en Wethouders
met het oog op de verwarring, die uit den door hen voor
gestelden naam kan .voortvloeien, in het geheel niet kan
steunen.
De heer Parmentier verklaart in de Commissie slechts
schoorvoetend te zijn meegegaan met den naam Mariënpoelweg
en met het oog op eventueele verwarring met den naam
Mariënpoelstraat thans de voorkeur te geven aan den naam
Wassenaarsche weg, zoodat hij voor het voorstel-Goslinga zal
stemmen, overtuigd als hij is door diens argumenten.
De heer Schüller zegt door de debatten overtuigd te
zijn geworden van de noodzakelijkheid van een anderen naam,
zoodat hij met vrijmoedigheid zal stemmen voor het voorstel-
Goslinga.
De heer Manders zegt, dat er een zeer slappe Commissie
van Fabricage is. Dit blijkt thans niet voor den eersten keer,
want het is reeds meermalen gebeurdook zelfs in een com
missie-vergadering is ze, zooats men daar juist opmerkt, wel
eens omgezwaaid.
De heer Goslinga hecht niet veel aan de historie, maar
vindt het wel goed, dat er een Mariënpoelstraat is, omdat
daar een klooster in de buurt heeft gestaan. Nu heeft het
klooster aan den anderen kant van den Rijnsburgerweg gestaan.
De heer Goslinga: Dat zegt u.
De heer Manders: Zegt u, dat het anders is?
De heer Goslinga: Het is onbekend.
De heer Manders houdt vol, dat door onderzoekingen
gebleken is, dat het aan den anderen kant van den weg
gestaan heeft. Wanneer het klooster links van den Rijns
burgerweg gestaan heeft en men noemt aan den rechterkant
een straat naar dat klooster, dan eert men de historie niet
op de juiste wijze, maar dan moet men de Mariënpoelstraat
naar den anderen kant brengen. Spreker is het volkomen eens
met de opmerking in de stukken, dat de naam van de Mariën
poelstraat veranderd moet worden. Dat kan op het oogenblik
heel gemakkelijk, omdat zij slechts aan ééne zijde en dan
nog maar voor een klein gedeelte bebouwd is. Hoe langer
men nu wacht om de gemaakte fout te herstellen, hoe
moeilijker het wordt. Spreker vereenigt zich met het voorstel
van Burgemeester en Wethouders, in de veronderstelling, dat
de naam van de Mariënpoelstraat spoedig veranderd zal
worden.
De Voorzitter wijst er op, dat de argumenten, die de
heer Manders naar voren heeft gebracht, voor het College
het grootste gewicht hebben gehad. Het College meent, dat
men met de beslissing, die gevallen is over de benaming van
den tegen woo rdi gen Lammeschansweg, definitief en principieel
een stap gedaan had in deze richting, dat men hier in Leiden
zooveel mogelijk historische namen aan de straten zou willen
geven, dat men zooveel mogelijk ook door straatnamen de
herinnering aan het verleden wil vastleggen, hetgeen, naar de
historici in het algemeen erkennen, een zaak van waarde is.
Thans blijkt uit de lawine van sprekers en uit de voorstellen,
die zijn ingekomen, dat de Raad daarvan allerminst principieel
overtuigd is.
Bij het geven van een naam aan de Mariënpoelstraat heeft
men zich vergist, want men meende, dat daar te plaatse het
klooster gestaan had. Sindsdien zijn de bewijzen gekomen,
dat het klooster gelegen heeft aan de overzijde van den Rijns
burgerweg, ongeveer aan den nieuwen weg; bij het maken
van dezen weg zijn dan ook verscheidene gebruiksvoorwerpen
uit den grond gekomen, o. a. een zeer interessante braadslede
uit den keuken van het klooster. De deskundigen, die daarvan
kennis hebben genomen, zijn tot de overtuiging gekomen, dat
deze voorwerpen afkomstig zijn van het klooster Mariënpoel.
Spreker zou het jammer vinden om van de goede gewoonte
om namen van historische plekken vast te leggen, wanneer
zij geheel van aard veranderen, af te wijken en vraagt den
Raad niet over te gaan tot het geven van zeer weinig poëtische
namen, als Wassenaarscheweg. De moeilijkheid is slechts, dat
de Mariënpoelstraat ongeveer ligt in het verlengde van den
weg, dien Burgemeester en Wethouders Mariënpoelweg willen
noemen.
In dit verband wijst spreker er op, dat het aantal huizen
in deze straat nog niet zeer belangrijk is, zoodat dienovereen
komstig de moeilijkheden ook niet van ingrijpenden aard
kunnen zijn. Om aan het bezwaar van verwarring tegemoet
te komen, zou derhalve alsnog de Mariënpoelstraat vernoemd
kunnen wrorden.
De argumenten ten gunste van den naam Wassenaarsche
weg" acht spreker allerminst overtuigend. Er is gesproken
van de Wassenaarsche tram, die er langs loopt, maar iedereen
noemt dat de Haagsche tram. De weg leidt naar Wassenaar
niet meer dan naar een andere plaats en wie naar Wassenaar
wandelt zal niet dezen weg kiezen. Hetzelfde argument geldt
tegen den naam «Haagsche Schouwweg", want langs het
Noordeinde is men veel gauwer aan het Haagsche Schouw
dan langs dezen nieuwen weg. Spreker meent, dat het
aardiger is den weg een naam te geven, die herinnert aan
de historie van Leiden. Leiden heeft er in die dagen heel
anders uitgezien dan thans en daaraan een herinnering te
bewaren is aardiger dan den weg een toevalligen naam
te geven. Hier ligt voor de hand de historische en goed klin
kende naam Mariënpoelweg ter herinnering aan het belangrijke
klooster, dat daar heeft gestaan en dat een belangrijke rol
heeft vervuld.
De heer Goslinga zegt, dat, wanneer er reeds een Lamme-