MAANDAG 1 DECEMBER 1930. 331 Gemeenten aangegane rekening-courant-overeenkomst, het debet saldo der gemeente bij die Bank kan stijgen, zonder dat vooraf de goedkeuring van Gedeputeerde Staten noodig is. Burgemeester en Wethouders geven den Raad derhalve in overweging hun College te machtigen gedurende de maand December 1930 en het le kwartaal 1931 over te gaan tot het sluiten van kasgeldleeningen tot zoodanig bedrag, dat de kasschuld op geen enkel tijdstip in dat tijdvak de som van 1.000 000.te boven gaat, en verder tegen de rente en onder de voorwaarden als door Burgemeester en Wethouders zullen worden bepaald. De Voorzitter stelt voor dit voorstel als spoedeischend dadelijk in behandeling te nemen. Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming tot dadelijke behandeling besloten, waarna, eveneens zonder be raadslaging of hoofdelijke stemming, overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt besloten. De Voorzitter doet vervolgens de deuren sluiten. Na eenigen tijd wordt de openbare vergadering hervat. De Voorzitter vraagt, of thans een der leden nog iets in het belang van de gemeente in het midden heeft te brengen. De heer Wilmer herinnert er aan, dat het vorige jaar tijdens de strenge vorst van gemeentewege een warm-voedsel- voorziening heeft plaats gehad, welke aan veler behoeften is tegemoetgekomen. Het is een krachtig initiatief geweest van Burgemeester en Wethouders, die daarbij door particulieren werden gesteund. Nu is het naar sprekers meening gewenscht om ook in een winter, waarin geen bijzonder strenge vorst voorkomt, een en ander voor de warm-voedselvoorziening te doen, zoodat zij, die niet in de gelegenheid zijn zelf warm voedsel te bereiden, dit op gezette tijden toch kunnen krijgen. Spreker vraagt, of Burgemeester en Wethouders ook dit jaar in dezen diligent willen zijn, of zij althans niet het organi- seerend initiatief in deze zaak willen nemen door zich in verbinding te stellen met charitatieve vereenigingen, die deze taak op zich willen nemen, en door, zoo noodig, financieel deze ondersteuning mogelijk te maken. Spreker ziet goed in, dat dit niet eeri afdoend middel is om aan de tegenwoordige werkloosheid en armoede te ontkomen, om de droevige gevolgen daarvan te keeren, maar het is toch wel een belangrijke zaak, dat althans eenigermate aan den heerschenden nood tegemoet gekomen wordt door een gratis voedselvoorziening. Spreker beveelt deze zaak gaarne in de diligentie van Burgemeester en Wethouders aan. De Voorzitter zegt, dat het College de vraag van den heer Wilmer in overweging zal nemen en in een volgende ver gadering zal beantwoorden. De heer Koole zegt, dat op 2 September j.l., toen de Raad besloot tot gemeentelijke radio-distributie, reeds 250 aan vragen bij ter Meer waren ingeschreven, terwijl deze na 28 Juni niet meer mocht aansluiten. Vijf maanden lang zijn die menschen nu reeds verstoken van muziek. Wanneer denkt nu de gemeente te beginnen met de aansluitingen? Is het niet mogelijk, als er moeilijkheden zijn, om den tegenwoordigen exploitant op te dragen, die aansluitingen alsnog tot stand te brengen? Velen zullen een eigen toestel gaan koopen, wat niet in het belang der gemeente is. De heer Goslinga zegt, dat de Minister in zijn vergunning aan ter Meer absoluut uitbreiding verboden heeft. De gemeente kan daartoe geen toestemming geven; zij heeft zelfs de toe stemming noodig gehad om een aansluiting te verplaatsen. Uitbreiding is alleen mogelijk, indien en zoodra de gemeente het net van ter Meer heeft gekocht; dan kan de gemeente gaan uitbreiden. Daarover zijn nog steeds onderhandelingen en besprekingen gaande, maar die verloopen niet zoo heel vlot. Daardoor is eenige stagnatie ontstaan, die geheel zal worden opgeheven, zoodra het gemeentelijke net klaar is; daaraan wordt met ijver gewerkt, in de volgende vergadering der Commissie voor de Lichtfabrieken zal dit nader worden bekeken en zullen plannen worden overgelegd. Op het oogenblik is er echter eenige stagnatie. De heer Koole vraagt, wanneer die menschen dan ongeveer aangesloten zullen worden. De heer Goslinga zegt, dat dit in het ongunstigste geval tot 1 April kan duren, omdat, wanneer de gemeente vóór dien datum daarmede geen aanvang heeft gemaakt, de vergunning vervalt. Spreker zal zorgen op dien datum aan den gang te zijn; vermoedelijk zal het echter nog eerder kunnen ge beuren. Mevrouw Braggaarde Does zegt, dat verschillende klachten ingekomen zijn over de werkwijze van de Vereeniging voor Schoolkindervoeding en -kleeding. Reeds 2 maanden geleden hebben zich daarbij menschen opgegeven, die naar spreekster gebleken is, schoolkindervoeding en -kleeding zeer noodig hebben, door werkloosheid van den vader, maar tot heden hebben zij daarvan niets gehoord. Bij andere gezinnen is weer wel huisbezoek geweest, maar verder heeft die vereeniging niets meer van zich laten hooren, zoodat die kinderen al 2 maanden die voeding moeten missen. Met 1 November is is de kleerenverstrekking begonnen, dus die kinderen hebben ook de kleeren niet gehad. Spreekster verzoekt derhalve op spoed aan te dringen bij die Commissie en dringt er op aan, dat die kinderen ook nog kleeding zullen ontvangen. De klachten kwamen niet alleen van de hoofden van de gezinnen, doch ook van hoofden van scholen. De Voorzitter geeft in overweging de bedoelde gevallen aan den Gemeentelijken Commissaris bij de vereeniging, den heer Bergers, op te geven. De heer van Stralen wijst er op, dat Burgemeester en Wethouders van Amsterdam een aantal belangrijke maat regelen hebben genomen in verband met de dreigende werk loosheid en verwijst naar een artikel in De Telegraaf van 27 November j.l. Spreker heeft daarin gelezen, dat Burgemeester en Wethoudeis onder meer hebben Desloten aan de georgani seerde werkloozen, wier ondersteuning gewoonlijk van korter duur is dan die van anderen, een verhoogden huui toeslag toe te kennen en om den wachttijd te beperken, in dien zin, dat zij, die anders vooreen wachttijd in aanmerking zouden komen, daarvoor nu niet in aanmerking worden gebracht. Bovendien hebben Burgemeester en Wethouders besloten dezen winter weder warm voedsel te verstrekken en ook in ruime mate extra voedsel, kleeding en bedekking uit te reiken. Spreker verzoekt aan Burgemeester en Wethouders te over wegen om ook hier ter stede dergelijke maatregelen te nemen, als door Burgemeester en Wethouders van Amsterdam zijn getroffer, en, als zij daartoe aanleiding mochten vinden, in een spoedeischende vergadering die zaak aan de orde te stellen en daaromtrent een beslissing te doen nemen. De heer Bergers deelt mede, dat hem een geval bekend is, waarin een verkeerde opgave had plaats gehad en daardoor aan kinderen schoolvoeding en -kleeding waren onthouden, en dat die zaak toch in orde is gekomen. Niemand meer het woord verlangende, sluit de Voorzitter vervolgens de vergadering. Buiten de agenda om werden nog behandeld een voorstel betreffende het verleenen van een extra ondersteuning in de Kerstweek aan werkloozen (blz. 328) en een voorstel om Burgemeester en Wethouders te machtigen tot het sluiten van kasgeldleeningen gedurende December 1930 en het le kwartaal 1931 (blz. 330). Te Leiden ter Boekdrukkerij van J J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1930 | | pagina 9