143
legde teekening is aangegeven. Dit plan omvat het maken
van een rijweg ter breedte van 9 M. (plaatselijk zelfs 9,50 M.)
en het aanleggen van een trottoir langs de westzijde van
den rijweg tot de Pesthuislaan ter breedte van 33,40 M.
Daartoe zal de thans ten westen van den singel gelegen sloot,
welke eigendom der gemeente is, moeten worden gedempt
en een klein gedeelte van de singelgracht, onmiddellijk nabij
de Spoorhavenbrug moeten worden aangeplempt, terwijl het
voor een goede aansluiting aan den Morschweg noodig is
een kleine strook van het Morschpark bij den weg te voegen.
Voorts zal langs het thans door de te dempen sloot van
den weg gescheiden terrein van het Militair Hospitaal c.a.
een ijzeren hekwerk met harmonicagaasbespanning moeten
worden geplaatst. De boomen langs de te dempen sloot
zullen moeten verdwijnen en worden vervangen door nieuwe,
in het trottoir te planten; de langs de singelgracht aan
wezige boomen kunnen blijven staan, behalve een 6-tal
boomen, welke in verband met de aanplemping van die gracht
bij de Spoorhavenbrug door nieuwe moeten worden ver
vangen. Wat het te maken wegdek betreft komt ons een
gesloten dek, als op andere singelgedeelten is of zal worden
aangebracht, in het onderhavige geval niet gewenscht voor,
met het oog op de te verwachten inklinking van den grond
ter plaatse van de te dempen sloot. Bij het ontwerp is
derhalve gerekend op een bestrating van den rijweg met
vlamovenstraatklinkers. Ten slotte komt ten zuiden van de
Plesmanlaan een langwerpige strook grond beschikbaar,
welke te zijner tijd zal kunnen worden bestemd voor den
bouw van een transformatorgebouwtje met urinoir, waar
naast eenige beplanting.
De kosten van deze verbetering worden geraamd op
20.500.waarbij er van uitgegaan is, dat de bestra-
tingsloonen, alsmede de door den plantsoendienst te verrichten
werkzaamheden uit den gewonen onderhoudsdienst zullen
worden bestreden. Het bedrag ad 20.500.zal gevonden
kunnen worden uit het Fonds voor Stadsverbetering en
andere Sociale Doeleinden, nadat dit zal zijn aangevuld met
het saldo van den dienst 1929 (zie Ingek. Stukken No. 230).
De definitieve financiëele regeling zal te zijner tijd worden
voorgesteld.
in verband met het boven aangegeven plan hebben wij
nog overwogen, of niet tevens tot verbetering van de Spoor
havenbrug zou moeten worden overgegaan. Daarbij is ons
echter gebleken, dat de Nederlandsche Spoorwegen voorne
mens zijn binnen afzienbaren tijd in hun goederendienst
zoodanige wijziging te brengen, dat de waterverbinding,
waarover de Spoorhavenbrug is gelegen, voor de Spoorwegen
geen belang meer zal hebben en dat zij bereid zijn te zijner
tijd over te gaan tot het opruimen van de brug en het
dichten van de opening in den weg. Onder deze omstandig
heden achten wij het niet raadzaam thans eenigerlei voor
ziening aan de brug te doen uitvoeren.
Met verwijzing overigens naar de in de Leeskamer over
gelegde stukken geven wij Owe Vergadering alsnu, in over -
eenstemmingjmet de Commissie van Fabricage, in overweging
a. goed te keuren, dat te zijner tijd een bedrag van
20.500.uit het Fonds voor Stadsverbetering en andere
Sociale Doeleinden zal worden geput ten behoeve van de
verbreeding en verbetering van het gedeelte van den Morsch-
singel, gelegen tusschen den Morschweg en de Spoorha
venbrug
b. het adres van de Leidsche Koetsiersvereeniging „Ver
betering Zij Ons Streven" als afgedaan te beschouwen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 30 September 1929.
Aan den Baad der Gemeente Leiden.
Edelachtbare Heeren.
Geven met verschuldigde eerbied te kennen J. v. Leeuwen
en B. Hoek respectievelijk van voorzitter en secretaris der
Leidsche Koetsiers Vereeniging „Verbetering Zij Ons Streven"
domicilie kiezende Piethuibershof 20, handelende in opdracht
der genoemde vereeniging,
dat zij den Raad verzoekt te willen besluiten om den
Morschsingel tusschen den Morschweg en den Gevangen
laan te doen verbreeden, omrede dit singelgedeelte het
smalste is waar vele Auto's en Voertuigen bespannen met
paarden niet behoorlijk elkander kunnen passeeren dit met
den noodigde voorzichtigheid moet geschieden een even-
tueelen aanrijding te voorkomen,
dat meermalen bij den adressanten van hare leden er op
gewezen is op deze onhouwbare toestand van dit Singel
gedeelte dringend noodzakelijk is verbetering te doen aan
brengen door het rooien van boomen en demping der sloot.
Wanneer dat dempingwerk heeft plaats gehad, dan kun
nen den boven bedoelde werk worden uitgevoerd, door
plaatsing van een ijzer hek, langs het terrein der Bijks-
gronden,
dat den Gemeente in dat geval te doen heeft met het
Bijk, zal wel op dien medewerking gerekent kunnen worden
in het belang der openbaren veiligheid, terwijl voor wande
laars en fietsers rustigen paden beschikbaar komen.
Bedenen waarom adressanten den Baad beleefd verzoekt
het bovenstaande in gunstige overweging te nemen.
't Welk doende,
J. v. Leeuwen, Voorzitter.
B. Hoek, Secretaris.
N°. 232. Leiden, 30 October 1930.
In verband met het leggen van een hoofdriool voor de
centrale rioleering in den Haarlemmerweg waarvoor bij
Baadsbesluit van 17 Maart 1930 (zie Ingek. Stukken No 44)
de noodige gelden werden beschikbaar gesteld achten wij
het wenschelijk, dat tegelijk daarmede deze weg, althans
voorzoover betreft het meest nabij de stad gelegen gedeelte,
wordt verbeterd en van een nieuwe bedekking voorzien. Het
plan daartoe, op de hierbij overgelegde teekening nader
aangegeven, betreft het gedeelte tusschen den Maresingel en
de Musschenbroekstraat en loopt niet vooruit op de vee
marktplannen. Het omvat het maken van een tegeltrottoir
aan den huizenkant, breed 23.80 M., van een rijweg, welke
na een ruime verbreeding nabij den Maresingel een breedte
verkrijgt van 7.50 M., om in noordwaardsche richting ge
leidelijk breeder te worden, tot 8.30 M. nabij de Groenoord-
straat, alsmede van een verhard voetpad, breed 2.30 M.,
langs het water. De langs de huizen aanwezige boomen
zullen worden gerooid en vervangen door een boomenrij
in het voetpad langs het water, dat daartoe voldoende
breedte biedt. Bovendien dient de bestaande houten be
schoeiing langs de Haarlemmertrekvaart, welke in slechten
toestand verkeert, over een lengte van 380 M,. te worden
vernieuwd.
Als wegdek is ontworpen een gesloten deklaag van ge
walste teersteenslag of teerslakken, waarvoor de om te
ploegen en onder profiel te brengen bestaande grintverhar-
ding als fundeering kan worden gebruikt. Een dergelijk
wegdek biedt de voordeelen van een moderne wegbedekking,
terwijl het niettemin mogelijk blijft eventueel daarin te
breken gaten zonder gioot bezwaar weder te dichten. Dit
laatste is in het onderhavige geval van belang, aangezien
het in de bedoeling ligt, wegens de hooge kosten van ver
legging, de in den rijweg aanwezige kabels en waterleiding
(voorzoover verlegging daarvan niet noodig is voor den
rioolaaoleg) daar te laten liggen.
De Commissie van Fabricage kan zich in meerderheid
met het aanbrengen van een dergelijk wegdek niet vereenigen
zij vreest eenerzijds, dat de weg bij slecht weer glad zal zijn,
hetgeen mede met het oog op het water langs den weg
gevaar zal opleveren voor het rijverkeer, terwijl anderzijds
voor haar niet vaststaat, dat ter plaatse van de sleuven,
welke voor de rioleering in den weg moeten worden gemaakt,
geen inklinking zal plaats vinden. Daarom zou zij de voor
keur geven aan een klinkerbestrating, welke een grootere
uitgave van ƒ4.000.zou vergen.
Wij kunnen ons met dit standpunt niet vereenigen. Een
gesloten wegdek toch, als voor den Haarlemmerweg is ont
worpen, voldoet aan de eischen van het moderne verkeer
en is sterk genoeg, om aan het over dezen weg te verwachten
rijverkeer behoorlijk weerstand te bieden. Bovendien zal dit
wegdek geheel aansluiten bij de nieuwe bedekking van den
Bijnsburger- en Maresingel. Evenmin als zulks het geval is
bij deze singels, behoeft o. i. gevreesd te worden voor ernstig
gevaar tengevolge van gladheid van den Haarlemmerweg,
terwijl bij behoorlijke uitvoering van het werk inklinking
ter plaatse van de sleuven der rioleering niet behoeft voor
te komen. Wij zijn daarom met de minderheid in de Com
missie van Fabricage van oordeel, dat er geen aanleiding
bestaat, om op dezen „buitenweg" in plaats van een gesloten
wegdek klinkerbestrating aan te brengen en daarvoor een
extra-uitgave van ƒ4.000.te doen.
Voor de uitvoering van de wegverbetering is het noodig,
dat de gemeente weder de beschikking verkrijgt over eenige
strooken gemeentegrond, welke aan de eigenaars der aan
grenzende huizen als voortuinen in gebruik zijn gegeven, en
dat zij den eigendom verwerft van eenige gedeelten voortuin,
alsmede van enkele openbare stoepen en een gedeelte straat,
aan particulieren toebehoorende. De eigenaren van de stoepen
en het gedeelte straat, op de teekening geel gekleurd, zijn
bereid deze om niet aan de gemeente over te dragen, terwijl
d