98 ons College te bepalen datum, eervol ontslag te verleenen uit zijne betrekking van onderwijzer aan de Jongensschool voor U. L. O. alhier. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Edelachtb. Baad der gemeente Leiden. Edelachtb. Dames en Heeren, Daar de Pensioenraad hem voor de verdere waarneming van zijn betrekking ongeschikt acht, verzoekt ondergeteekende, A. Tuk, eervol ontslag uit zijn betrekking als onderwijzer aan de U. L. O. school voor Jongens aan de Pieterskerk straat. Hoogachtend, Uw dienstw. dienaar A. Tuk. Leiden, 5 Augustus 1930. N°. 160. Leiden, 14 Augustus 1930. Ons vereenigende met het hierachter afgedrukte voorstel van Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit, geven wij Uwe Vergadering onder verwijzing naar de missive van Commissarissen in overweging te besluiten overeenkomsten aan te gaan tot wijziging van de met de ge meenten Nieuwkoop, Nieuwveen, Ter Aar en Zevenhoven ge sloten stroomleveringsovereenkomsten volgens de ter visie liggende ontwerpen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 8 Augustus 1930. Sedert eenige jaren wordt bij de exploitatie van de elec- triciteitsbedrijven van de vier gemeenten in het oostelij k gedeelte van het Leidsche stroomleveringsgebied, nl. van Nieuwkoop, Nieuwveen, Ter Aar en Zevenhoven, het bezwaar ondervonden, dat bepaalde stroomverbruikers niet anders dan met financieel nadeel door die bedrijven kunnen worden bediend, hetgeen er dan toe leidt, dat dergelijke verbruikers rechtstreeks door Leiden van stroom worden voorzien. Zoo lang dit de werkelijk groote afnemers betreft, bestaat hier tegen geen enkel bezwaar, doch wanneer plaatselijke omstan digheden en de verhouding van licht- tot krachtverbruik tot gevolg hebben, dat zelfs kleinere afnemers niet meer door de plaatselijke electriciteitsbedrijven kunnen worden bedien 1, mag worden aangenomen, dat daardoor een ratio- neele ontwikkeling van die bedrijven wordt geschaad en dat het op den weg van Leiden ligt daaraan tegemoet te komen; immers ook Leiden heeft belang bij een krachtige ontwikkeling van die bedrijven. Door deze overwegingen geleid, heeft de Directie der Lichtfabrieken met de besturen van de genoemde gemeenten over eene wijziging van de met haar gesloten stroom leveringsovereenkomsten onderhandeld, welke onderhande lingen ten slotte hebben gel°id tot het verkrijgen van over eenstemming omtrent de toepassing van een wat soepeler tarief met ingang van 1 Januari 1931 en omtrent een belangrijke verlenging van den duur der overeenkomsten. Met een en ander kan ook onze Commissie zich geheel vereenigen. De ontwerpen van de wijzigingsovereenkomsten voegen wij hierbij; zij zijn, wat Nieuwveen, Ter Aar en Zevenhoven betreft, nagenoeg gelijkluidend en behoeven naar het ons voorkomt geen verdere toelichting. De concept-wijzigingsovereenkomst met Nieuwkoop (art, II) bevat voorts nog een wijziging van het tweede lid van artikel 4 in verband met den door Nieuwkoop uitgesproken wensch tot aflevering van electriciteit in een hoogspannings station aan het kabelgedeelte A—B (zie de hiernevensgaande teekening) met ingang van 1 Januari 1931; met het oog daarop is de door Nieuwkoop te betalen tegemoetkoming in de aanlegkosten nader gepreciseerd. Uitbreiding van het kabelnet hebben de voorgestelde wijzigingen niet tot gevolg. Onder mededeeling, dat de Baden van de betrokken ge meenten reeds tot de voorgestelde wijzigingen hebben be sloten, geven wij Uw College alsnuin overweging den Baad voor te stellen overeenkomsten tot wijziging van de stroom leveringsovereenkomsten met de gemeenten Nieuwkoop, Nieuwveen, Ter Aar en Zevenhoven aan te gaan volgens de hiernevens gaande, ter visie te leggen, ontwerpen. Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit, A. Tepe, Lo. Voorzitter. J. A. v. d. Stok, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. N°. 161. Leiden, 14 Augustus 1930. Zooals in de ter visie liggende stukken wordt uiteengezet, hebben de brugwachters, die met de bediening van een 10-tal bruggen nabij de Haven belast zijn, thans alle hun standplaats in het posthuis op het Havenplein. Eenige dier bruggen liggen op betrekkelijk vrij grooten afstand van het posthuis en hare bediening kan dienten gevolge niet op zoodanige wijze geschieden, als met het oog op de belangen van den dienst wel wenschelijk is. Ook uit kringen, die bij de scheepvaart zijn betrokken, worden bezwaren tegen den bestaanden toestand vernomen. Weliswaar zijn thans de bemoeiingen van het personeel tijdelijk toegenomen in verband met de vernieuwing van de Groote Havenbrug, doch de ingebruikneming van die brug, waarmede opheffing van de hulpbruggen over den Ouden Singel en over de Oude Heerengracht gepaard gaat, zal naar verwacht wordt, geen vermindering van werkzaamheden in belangrijke mate met zich brengen. Aan de bezwaren kan worden tegemoet gekomen door bij de Pauwbrug, evenals vroeger, een afzonderlijken post in te stellen en die brug dus niet meer van uit den post Haven te doen bedienen. Plaatsing van een posthuis bij die brug is daarvoor weder noodig. Dit kan op de minst bezwaarlijke wijze geschieden door het bouwen van een eenvoudig, gemakkelijk verplaatsbaar, posthuisje op den Ouden Singel, overeenkomstig de over gelegde teekening; de kosten worden geraamd op 1500. In overeenstemming met het gevoelen van de Commissie van Fabricage en dat van de Commissie voor den Markt en Havendienst, geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging door vaststelling van den hierbij overgelegden begrootingsstaat, een bedrag van ƒ1500.te onzer beschik king te stellen voor den bouw van een posthuisje op den j Ouden Singel nabij de Pauwbrug. Op den post voor „On voorziene Uitgaven" is nog ƒ10.764.70 beschikbaar. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 16*2. Leiden, 15 Aug. 1930. Eenigen tijd geleden werd door een gesleept wordend schip het aan de gemeente toebehoorende remmingwerk nabij de Spanjaardsbrug aangevaren. Hierdoor werd een schade veroorzaakt, waarvan de lierstelkosten hebben be dragen 198. Aangezien de eigenaar van het aanvarende schip, schipper KI. Stoepke. wonende te Amsterdam, voor deze schade aan sprakelijk is te stellen, overeenkomstig het bepaalde dien aangaande in het Wetboek van Koophandel, en het tot dusverre, ondanks uitvoerige briefwisseling, niet mocht ge lukken de schade van hem of zijn verzekeraars vergoed te krijgen, zal bovengenoemd bedrag thans langs gerechtelijken weg moeten worden ingevorderd. Met overlegging van het advies ter zake van den rechts geleerden raadsman der gemeente en van de overige op deze zaak betrekking hebbende stukken geven wij Uw Ver gadering derhalve in overweging te besluiten tot het instellen van een rechtsvordering zoowel in eersteu aanleg als zoonoodig in hooger beroep tegen KI. Stoepke voornoemd, strekkende tot vergoeding aan de gemeente van de schade, haar door de bovenbedoelde aanvaring veroorzaakt. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1930 | | pagina 4