N°. 137. Leiden, 25 Juli 1930. In de vacature, ontstaan door het aan W. J. Jong ver leend eervol ontslag als onderwijzer aan de Jongensschool voor U. L. O. aan de Pieterskerkstraat, zouden wij door overplaatsing wenschen te voorzien. Met verwijzing naar het advies van den Inspecteur van het L. O. in deze inspectie, geven wij U mitsdien in overwe ging met ingang van een nader door ons College te bepalen datum P. A. Wisse, thans onderwijzer aan de Centrale School voor het 7e en 8e leerjaar, over te plaatsen naar de Jongensschool voor U. L. O. aan de Pieteiskerkstraat. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 138. Leiden, 25 Juli 1930. De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen, dat zij tegen de navolgende, in hare handen gestelde stukken, geene bedenkingen heeft: le. Suppletoire begrooting, dienst 1929, van het Gerefor meerde Minne- of Arme Mannen en Vrouwenhuis; 2e. Bekening, dienst 1929, van die instelling; 3e. Bekening, dienst 1929, van het Leidsch Muziekcorps; 4e. Suppletoire begrooting, dienst 1929, van den Armenraad 5e. Bekening, dienst 1929 van die instelling. Zij stelt U derhalve voor tot goedkeuring van die stukken te besluiten. Aan den Gemeenteraad, De Commissie van Financiën. N°. 139. Leiden, 25 Juli 1930. Hoewel van het bedrag van 4.500.000.waarin krachtens verschillende door Uwe Vergadering genomen besluiten thans door geldleening zou zijn te voorzien, reeds eene som van rond 3.900.000.is uitgegeven, behoef da tot dusver niet tot opneming van kasgelden te worden overgegaan. Voor het doen van deze betalingen kon toch o. a. ge bruik worden gemaakt van de door de gemeentebedrijven, woningbouwverenigingen e. a. bij den Gemeenteontvanger in depot gegeven gelden, alsmede van het saldo van het Stadhuisfonds, van de Eeserve voor algemeene doeleinden en van het Fonds voor Stadsverbetering, Werkverschaffing en andere Sociale doeleinden. In verband echter met den huidigen kasstand en met het oog op de groote betalingen (aannemings termijn en van groote werken e. a.), die binnenkort zullen moeten worden gedaan, is het waarschijnlijk, dat in het 3e kwartaal 1930 tot opneming van kasgeld moet worden overgegaan. Bovendien zullen, bij aanneming van ons voorstel, opge nomen onder no. 129 der Ingekomen Stukken, tot aankoop van de aangeboden aandeelen in de N.V. „Leidsche Duinwater Maatschappij," de hiervoor noodige middelen uit een tijdelijke kasgeldleening moeten worden gevonden, indien niet vóór de betaling een vaste geldleening wordt aangegaan. Het komt ons daarom gewenscht voor, dat voor het 3e kwartaal 1930 het maximum bedrag der kasgeldleeningen wordt vastgesteld op 2.000.000.Hierbij is zooals ge woonlijk buiten beschouwing gelaten de som van 70.000. tot welk bedrag, ingevolge de krachtens Baadsbesluit van 29 Juni 1927 met de Bank voor Nederlandsche Gemeenten aangegane rekening-courant-overeenkomst het debet-saldo der gemeente bij die bank kan stijgen, zander dat vooraf de goedkeuring van Gedeputeerde Staten noodig is. Wij geven U mitsdien in overweging ons College te machtigen gedurende het 3e kwartaal 1930 over te gaan tot het sluiten van kasgeldleeningen tot zoodanig bedrag, dat op geen enkel tijdstip in dat kwartaal de kasschuld de som van 2.000.000.te boven gaat en onder de voor waarden als door ons College zullen worden bepaald. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 140. Leiden, 25 Juli 1930. In verband met bebouwing ter plaatse, moeten de volgende strookjes grond en water aan de gemeente worden over gedragen. Wij stellen U mitsdien voor te besluiten kosteloos in eigendom en onderhoud bij de gemeente over te nemen: a. van J. de Lange en D. Kret het strookje grond en water, ter grootte van 100 M.2, deel uitmakende van de perceelen, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie O, Nis 197, 198 en 199, op de overgelegde situatieteekening I in groene kleur aangeduid, gelegen aan den Zoeterwoud- schen weg; b. van de N.V. „Bijksdorp", Maatschappij tot Exploitatie van Onroerende Goederen, gevestigd te Leiden, het strookje grond, ter grootte van 457 M.2, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie P, No. 1605, op de overgelegde situatie teekening II in roode kleur aangeduid, gelegen aan de Morschkade; c, van de N. V. „Naamlooze Yennootschap Bouw- en Exploitatie Maatschappij van onroerende goederen Ons Eigendom", gevestigd te Leiden, het strookje grond, ter grootte van 230 M.2, deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie L, No. 1426, op de overgelegde situatieteekening III in gele kleur aan geduid, gelegen aan de Warmonderstraat. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 141. Leiden, 25 Juli 1930. De heer Th. de Boer, te Noordwijkerhout, verzocht ons van de gemeente te mogen koopen een gedeelte berm met halve sloot langs den Haarlemmertrekvaartweg, kadastraal bekend gemeente Noordwijkerhout, Sectie C, No. 614 (ged.), op de bijgevoegde situatieteekening in rood aangegeven, gelegen nabij de Pilarenbrug. Tegen den verkoop van bedoeld gedeelte berm c.a. bestaat noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij ons College bezwaar, op grond van ons reeds vroeger uitgesproken ge voelen (zie o.a. laatstelijk Ingek. Stukken No. 34 van 1930), dat de gemeente bij het behoud van stukken berm, zoo ver buiten het grondgebied van de gemeente gelegen, geen belang heeft. Ook thans kan de prijs voor den berm worden gesteld op 1.per M2., verhoogd met 0.09 per M2. voor het hakhout en ƒ0.10 per M2. als vergoeding voor het rooien van de stoven, overeenkomstig het raadsbesluit van 5 Juli 1920 (Ingek. Stukken No. 219). Met dezen totaalprijs voor den berm van ƒ1.19 per M2. gaat adressant accoord. Voor de halve sloot is verzoeker bereid een koopprijs van 0.20 per M2. te betalen, met welken prijs eveneens genoegen kan worden genomen. In overeenstemming met het advies der Commissie van Fabricage geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging te besluiten tot den verkoop aan Th. de Boer, te Noordwijker hout, van een gedeelte berm, groot 1070 M2., met daarbij behoorende halve sloot, groot 210 M2., langs den Haar lemmertrekvaartweg, gerekend vanaf 2.50 Meter uit de as van de wegverharding en met uitzondering van een drie hoekig gedeelte bij de Pilarenbrug, een en ander zooals op de overgelegde situatieteekening in rood is aangegeven, deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Noordwijkerhout, Sectie C, No. 614, zulks tegen den prijs van 1.19 per M2. voor den grond en van 0.20 per M2. voor de halve sloot. Aan den Gemeenterad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 142. Leiden, 25 Juli 1930. Op 28 October 1929 besloot Uwe Vergadering, overeenkomstig ons praeadvies van 19 October 1929 (Ingek. Stukken o. 174) medewerking te verleenen aan het bestuur van de Vereeniging voor Christelijk Onderwijs alhier tot stichting van een school voor uitgebreid lager onderwijs in het gebouw Noordeinde 3. De kosten van aankoop en die van verbouwing en inrichting van dat perceel tot eene school voor u. 1. o. zullen naar raming ongeveer ƒ81400.bedragen. Aangezien het bestuur voornemens is zoo spoedig mogelijk tot uitvoering van zijne plannen over te gaan, zullen thans de daarvoor benoodigde gelden beschikbaar moeten worden gesteld. Mitsdien geven wij U in overweging de volgens de raming benoodigde gelden ad ƒ81.400.toe te staan en te dien einde te besluiten tot vaststelling van den hierbij overge- legden begrootingsstaat, model D, teneinde ons College in staat te stellen die gelden te zijner tijd ter beschikking van het schoolbestuur te stellen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1930 | | pagina 6