36
het gemiddeld aantal kinderen per onderwijzer aan de ge
zamenlijke overeenkomstige openbare scholen.
Bij de betrekkelijke in de Leeskamer overgelegde stukken
vindt U een overzicht van dat gemiddeld getal leerlingen
over 1927 en het aantal leerkrachten over het jaar 1928.
Volgens deze gegevens zijn de aanvragen onderzocht en
is geconstateerd dat de aangevraagde vergoedingen kunnen
worden uitgekeerd.
Mitsdien geven wij U, met verwijzing naar het bij de
stukken gevoegd advies van de Commissie voor het onder
wijs, in overweging aan de besturen der hieronder genoemde
scholen voor lager- en uitgebreid lager onderwijs, over het
jaar 1928 eene vergoeding krachtens art. 100 der L. O.-wet
1920 uit de gemeentekas te verleenen ten bedrage van de
som, in de betrekkelijke kolom van den hieronder afge-
drukten staat voor elk bestuur uitgetrokken.
f
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Wetli. van Leiden.
N°. 77.
Leiden, 7 Mei 1930.
Het bestuur van de R.K. Parochiale Jongensscholen onder
R.K. Par. Kerkbestuur alhier, verzoekt bij zijn om praeadvies
in onze handen gesteld adres de noodige gelden beschikbaar
te stellen voor het aanbrengen van enkele veranderingen in
de school voor g. 1. o. aan de Pelikaanstraat 20.
De kosten van een en ander, aanvankelijk geraamd op
2500.doch na overleg met het schoolbestuur terug
gebracht tot 2115.behooren niet tot de onderhouds-
uitgaven, welke moeten worden bestreden uit de exploitatie
vergoeding, bedoeld in artikel 101 der Lager Onderwijs
wet 1920.
Aangezien het schoolbestuur bij zijne aanvrage de wettelijke
voorschriften in acht heeft genomen, geven wij U, met
verwijzing naar het bij de stukken gevoegd advies van de
Commissie voor het Onderwijs, mitsdien in overweging te
besluiten
a. medewerking te verleenen aan het bestuur van de
R. K. Par. Jongensscholen onder R. K. Par. Kerkbestuur
tot het aanbrengen van eenige veranderingen in de school
voor g. 1. o. aan de Pelikaanstraat 20;
b. over te gaan tot vaststelling van den hierbij overgelegden
begrootingsstaat, model D, groot 2115.teneinde ons
College in staat te stellen de voor de sub a bedoelde ver
anderingen benoodigde gelden te zijner tijd aan het school
bestuur te kunnen afdragen.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 78.
Leiden, 7 Mei 1930.
Op de begrooting voor het jaar 1930 is wegens plaatse
lijke inkomstenbelasting uitgetrokken:
a. betreffende het in het dienstjaar aanvangende belasting
jaar 1930/31, gedeelte van de bij de vaststelling van het
vermenigvuldigingscijfer te ramen opbrengst 1.013.395.
b. betreffende het in het dienstjaar eindi
gende belastingjaar 1929/30 (de opbrengst
van dat belastingjaar min 2/s van de bij de
vaststelling van het vermenigvuldigingscijfer
geraamde opbrengst, welk gedeelte in de
rekening 1929 moet worden verantwoord) 688.167.
1.701.562.—
De raming van het onderdeel b is als volgt geschied:
De opbrengst van het belastingjaar 1928/29 toen de
belastingverlaging ten bate van de kinderrijke gezinnen,
waartoe werd besloten in de raadsvergadering van 4 Maart
1929, derhalve nog niet was ingevoerd heeft bedragen
ƒ1.982.479.95. Bij raadsbesluit van 6 Mei 1929 werd de opbrengst
van het belastingjaar 1929/30 geraamd op 1.892.000.—.
Hierbij was rekening gehouden met bedoelde belasting
verlaging, waarvan het verlies aan inkomsten werd geschat
op ƒ33.000.Aangezien ten bate van het begrootingsjaar
1929 2A van 1.892.000.kwam, d. i. 1.261.333.en in
verband met de uitkomsten van het belastingjaar 1928/29,
voor het belastingjaar 1929/30 nader een opbrengst van
ƒ1.982.500.ƒ33.000.1.949.500.mocht worden
verwacht, kon het onderdeel b. worden uitgetrokken op
1.949.500.1.261.333.- 688.167.—.
Bij de samenstelling van de begrooting 1930 kon ook
voor het onderdeel a. van een opbrengst van ƒ1.949.500.—
worden uitgegaan. Deze opbrengst is gebaseerd op een ver
menigvuldigingscijfer van 0.9. Bij de behandeling van de
begrooting werd intusschen aangenomen een voorstel-Huur-
man c.s. om den post „Inkomstenbelasting" tot een zoodanig
bedrag uit te trekken, dat de factor van 0.9 tot 0.7 koD
worden teruggebracht. De opbrengst van het belastingjaar
1930/31 zou derhalve, gerekend naar die van het belastingjaar
1928/1929, kunnen worden geraamd op 7/9 van 1.949.500.
1.516.278.terwijl daarvan ten bate van den a. post zou
komen of ƒ1.010.852.In verband echter met aange
brachte wijzigingen in de begrooting tijdens hare behandeling
moest dit onderdeel a. ƒ2.543.— hooger of in totaal op
1.013.395.worden uitgetrokken. Als gevolg hiervan moet
de opbrengst van het belastingjaar 1930/3L worden geraamd
op 2 X 1.013.395.— rond 1.520.100.—.
Deze opbrengst kan thans, bij de vaststelling van het
vermenigvuldigingscijfer, worden aangehouden. De Inspecteur
der directe belastingen stelt, blijkens zijne in de Leeskamer
ter visie liggende missive van 27 Februari j.l., de te ver
wachten opbrengst over het belastingjaar 1929/30, gebaseerd
op een factor van 0.9, op 1.960.000.dit is dus nog ruim
10.000.hooger dan het bedrag van 1.949.500.dat
bij het opmaken van de begrooting 1930 voor beide belasting
jaren tot uitgangspunt diende.
Het vermoedelijk belastbaar (zuiver) inkomen begrootte
de Inspecteur voor het belastingjaar 1930/31 op ƒ38.000.000.
tegen f 37.500.000.ten vorigen jare.
Onder opmerking, dat in verband met de inwerkingtreding
in het volgende jaar van de nieuwe wet in zake de finan-
cieele verhouding tusschen rijk en gemeenten, de vaststelling
van den factor thans voor de laatste maal geschiedt, geven
wij Uwe Vergadering in overeenstemming met het advies
van de Commissie van Financiën, alsnu in overweging het
vermenigvuldigingscijfer der plaatselijke belasting naar het
inkomen voor het belastingjaar 1930/31 te bepalen op 0.7
en de opbrengst der belasting te ramen op 1.520.100
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 7 Mei 1930.
De Commissie van Financiën heeft de eer Uwe Vergadering
mede te deelen, dat zij zich kan vereenigen met het voorstel
van Burgemeester en Wethouders om het vermenigvuldigings
cijfer voor het belastingjaar 1930/31. te bepalen op 0.7.
Aan den Gemeenteraad.
De Commissie van Financiën.
Naam van de instelling
of vereeniging onder wier
bestuur de sohool staat
L. O.
Eerste Leidsohe Sohool-
vereeniging
Vereeniging voor Chris
telijk Onderwijs
Gereformeerde Sohoolver-
eeniging
R. Kath. Par. Kerkbestuur
(Jongensscholen)
Inrichting van Liefdadig
heid voor R. K.
(Meisjesscholen)
Gesticht „de Voorzienig
heid"
U. L. O.
Vereeniging voor Chris
telijk OnderwijB
Gereformeerde Schoolver-
eeniging
R. Kath. Par. Kerkbestuur
(Jongensschool)
Inrichting van Liefdadig
heid voor R. K.
(Meisjesschool).
Plaats waar do sohool
is gelegen
Bedrag
der
vergoeding
Noordeinde 1
2.155.50
Noordeinde 40
n
8.587.47
Pasteurstraat A
n
1 262.50
id. B
2.118.33
Oosterstraat 16.
•n
2.489.48s
Munnikenstraat 1
•n
2.699.08
Midd.gracbt 119
V
4.063 99
Plantsoen 99a
V
3.264.17
Stadhouderslaan 15
n
4.297.49
Lustheflaan 2
V
3.550
Hoogl. Kerkgr. 20a
V
4.337.72
Rapenburg 48
V
3.777.55
Pelikaanstraat 20.
V
2.941.84
Heerensingel 27
3.425.16
Haarl straat 240
1.600 16
Caeciliastraat 11/15
n
3.158.65
Haarl.straat 82
V
5.594.43
v. d.Werfstraat 98/100
•n
4 352.33
Oude Vest 193/195
2.255.—
HeerensiDgel 27
n
1.541 66
Kruuwelsteeg
V
2.468.33
Levendaal
D
2.121.66
Noordeinde 40.
Hoogl. Krrkgr. 20a
Pieterskerkhof 4
Haarl.straat 32/34
f 904.85
3.722 66
6 496.14
2.404.16
Totaal
f 72.062.505
f 13.527.81