GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 29 I5T015K0MEW HTItKKEII. Jf°. 68. Leiden, 7 April 1930. Wij Lebben de eer TJ voor te stellen te besluiten tot ver hooging van verschillende posten der gemeentebegrooting voor 1929, waarvan thans reeds bekend is, dat de uitge trokken bedragen onvoldoende zijn, alsmede tot toevoeging van eenige nieuwe posten aan die begrooting. De te verhoogen of toe te voegen posten zijn de na volgende Volgn. 166. Achterstallige uitgaven van vorige dienstjaren8.492.48 Op dit volgnummer moeten nog verschillende betalingen, vorige dienstjaren betreffende, worden geregeld. De bedoelde betalingen zijn: 1°. een bedrag van ƒ344.48 wegens falsnog verschuldigde bijdrage in de exploitatiekosten van het herstellingsoord de Leidsche Buiten school over het jaar 1927 2°. een bedrag van ƒ556.50 wegens door de gemeente betaald honorarium enz, voor rechts kundig advies in de zaak contra de 17.V. Onge vallen-Verzekering Mij „Fatum" betreffende ge pleegde verduisteringen door een voormalig ambtenaar ten kantore van den gemeente-ont vanger; 3°. een bedrag van ƒ909.77 dat, in verband met de vaststelling bij Raadsbesluit van 30 September 1929 van de nieuwe salarisregeling voor de leeraren aan het gymnasium, de beide hoogere burgerscholen en de kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen, welke rege ling geacht werd te zijn ingegaan 1 November 1928, alsnog over 1928 moest worden uitge keerd 4o. een bedrag van 828.37, zijnde 5 rente over 1928 van het door de gemeente aan het reservefonds van het grondbedrijf verschuldigde bedrag van 16.567.40; 5°. een bedrag van 3.399.28 wegens betaalde bijdragen over de jareu 1923, 1924, 1926 en 1927, ingevolge art. 25, lid 4, der Nijverheids onderwijswet, welke bijdragen, aangezien de vaststelling der betrekkelijke schoolrekeningen door den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen vóór 1929 heeft plaats gehad, op dit volgnummer moeten worden verant woord 6°. een bedrag van 476.61, dat alsnog wegens subsidie over 1928 aan den Armenraad moest worden uitgekeerd, in verband met de goed keuring bij Raadsbesluit van 28 October 1929 van de rekening dezer instelling over genoemd jaar; 7°. een bedrag van ƒ206.81 wegens restitutie van betaalde recognitie's en van betaalde schoolgelden over 1928; 8°. een bedrag van 288.20 ter zake van nog over 1928 betaalde verplegingskosten in het Academisch Ziekenhuis, en kosten wegens ortho- paedische behandeling; 9°. een bedrag van 270.51 wegens restitutie aan de woningbouwvereeniging „Ons Doel" van door baar te veel betaalde rente over de jaren 1926, 1927 en 1928 met betrekking tot haar 4e bouwplan; 10». een bedrag van 378.50 wegens alsnog betaald pensioen aan een voormaligen leeraar van de Kweekschool voor Onderwijzers(essen) over het tijdvak van 1 September 1927—31 December 1928; llo. een bedrag van ƒ137.96 wegens betaalde pensioensbijdragen over 1926 voor boventallige onderwijzers bij het bijzonder lager onderwijs, wier wedden ten laste van de gemeente zijn gekomen 12°. een bedrag van 695.49 ter betaling- van een dertigtal posten van uiteenloopenden aard, welke betrekking hebben op vorige dienst- jaren. Eene verhooging van den post met 8.492.48 is derhalve noodig. Volgn. 168. Jaarwedden van de Wethouders 2.000. Bij besluit van Ged. Staten d.d. 22 Januari 1929, goedgekeurd bij Kon. Besluit van 13 Maart d.a.v. werd, gerekend te zijn ingegaan 1 Januari 1929, de jaarwedde voor elk der wethouders vastgesteld op 3.000. In verband hiermede is verhooging van dezen post met 2.000.noodig. Volgn. 231a. Gratificatiën aan gemeente-amb tenaren bij gelegenheid van de vervulling van hun 25 jarigen, 40 jarigen, of 50 jarigen diensttijd nieuw volgnummer)25. Voor de uitkeering van bovenbedoelde grati ficatiën is op volgn. 221 een bedrag van 200. uitgetrokkende uitgaven ter zake hebben over 1929 bedragen 137.50. Aangezien deze grati ficatiën behooren te worden gebracht ten laste van de hoofdstukken, waarop zij naar haren aard behooren, is van het bedrag van ƒ137.50 te brengen ten laste van Hoofdstuk III 25. en van Hoofdstuk VI 112.50. Volgn. 221, waarop geen uitgaaf behoeft te geschieden, kan met 200.worden verminderd. Volgn. 252. Belooning voor te verrichten vac- cinatiën en lijkschouwingen193.58 De animale vaccinatiën, waarvoor een bedrag van 100.was uitgetrokken, vereischte over 1929 eene uitgaaf van 418.58 d. i. 318.58 meer, welke hoogere uitgaaf verband houdt met de hier te lande voorgekomen gevallen van alastrim. Aangezien de uitgaven voor lijkschouwingen 25.beneden de geraamde som van 175. bleven en van de voor kosten van immuni- satie tegen diphteritis beschikbaar gestelde som van 100.niets werd uitgegeven, kan met eene aanvulling van den post met 318.58 125.193.58 worden volstaan. Volgn. 269a. Kosten van rechtskundig of ander deskundig onderzoek (nieuw volgnummer) 494.53 Voor verschillende zaken moesten rechts- en deskundige adviezen worden ingewonnen. De hiervoor verschuldigde som van 788.78 moet ingevolge de administratieve voorschrif ten worden verdeeld over de hoofdstukken IV, VI, VII en XII. Aangezien op volgn. 219, waarop voor boven genoemd doel 1.000.is uitgetrokken, geen uitgaaf behoeft te geschieden, kan dat volg nummer met 1.000.worden verminderd. Ten laste van Hoofdstuk IV komt ƒ494.53. Volgn. 315a. Kosten van rechtskundig- of omder deskundig onderzoek (nieuw volgnummer) 284.35 Zie de toelichting bij voln. 269a. Volgn. 315b. Gratificatiën aan gemeenteambte naren bij gelegenheid van de vervulling van hun 25 jarigen, 40 jarigen of 50 jarigen diensttijd (nieuw volgnummer)112.50 Zie de toelichting bij volgn. 231a. Volgn 324. Bijdrage aan Hoofdstuk VI van den kapitaaldienst33.33 Onder dit volgnummer is o.a. opgenomen de afschrijving ad van 2.400.van de kosten van aanschaffing van een vrachtauto voor den dienst van gemeentewerken. Aangezien echter de aanschaffing van auto met toebehooren eene uitgaaf van 2.500. vereischte, moet de le afschrijving J van ƒ2.500. of 833.33 bedragen en is aanvulling van dit volgnummer met 33.33 noodig. Zie de verhooging van de volgnrs. 636 en 637 der ontvangsten met resp. ƒ66.67 en 33.33 en van volgn. 732 der uitgaven met ƒ100. Volgn. 328a. Kosten van rechtskundig of ander deskundig onderzoek (nieuio volgnummer) 3.60 Zie de toelichting bij volgn. 269a. Volgn. 340. Kosten van toezicht op de ingebruik- geving van gemeentelijke gymnastieklokalen 2.40 De kosten ter zake, geraamd op 200.be dragen ƒ202.40. Volgn. 409. Vergoeding, ingevolge art. 100 der Lager Onderwijswet 1920, aan besturen van bijzon dere scholen, welke voor rijksvergoeding in aan merking komen, voor aan die scholen verbonden boventallige onderwijzers914.58 Bij raadsbesluit van 4 Maart 1929 werd de aan bijzondere scholen voor lager onderwijs over het jaar 1927 toe te kennen vergoeding, krach tens art. 100 der Lager Onderwijswet 1920,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1930 | | pagina 1