68
DONDERDAG 23 JANUARI 1930.
vanwege de gemeente door opzichters wordt gekeurd. Verder
is de praktijk, dat, als er driemaal geverfd moet worden, den
eersten keer de witte grond moet worden aangebracht, den
tweeden keer de kleur iets donkerder moet zijn, terwijl den
derden keer pas de goede kleur wordt aangebracht. In het
verplicht gebruik van drie verschillende kleuren hebben de
opzichters dus tevens een middel van controle op het
driemaal verven. Spreker ziet dan ook niet in, dat op dit
punt moeilijkheden zouden moeten ontstaan, die niet bij de
uitvoering in eigen beheer zouden voorkomen.
De heer Schüller beperkt zich in zijn voorstel tot het uit
voeren van onderhoudswerken in eigen beheer, maar in zijn
toelichting gaat hij veel verder en spreekt hij zelfs over den
volkswoningbouw te Nijmegen, Hilversum en den Haag. In
het systeem, dat de heer Schüller in de toelichting op zijn
voorstel voorstaat, zou de gemeente niets meer mogen aan
besteden, maar alles in eigen beheer moeten uitvoeren. Vol
gens den heer Schüller zijn de aannemers knoeiers, die trachten
de rnenschen voor den gek te houden. Hij vergeet daarbij
echter, dat zijn opmerkingen betrekking hebben op de crisis
jaren, toen in verband met het groote risico van de stijging
van materiaalprijzen en arbeidsloonen men geen behoorlijke
aannemers voor de werken kon vinden.
Als voorbeeld daarvan kan spreker aanhalen de aanbeste
ding van het badhuis door de woningbouwvereeniging »de
Eendracht". Er waren toen slechts twee inschrijvers en de
iuschrijfsom bedroeg 62.000.terwijl de begrooting
van »de Eendracht" een lager bedrag aanwees. Daaruit bleek,
dat er geen aannemers waren, die op dat oogenblik het risico
van het stijgen der prijzen van de materialen en der loonen
wilden aanvaarden.
Spreker laat de woorden, dat de aannemers allen knoeiers
zijn, geheel voor rekening van den heer Schüller. Spreker is
het er in het geheel niet mee eens. Spreker is in het aan
nemersbedrijf groot gebracht en weet, dat thans tal van aan
nemers moeite hebben het hoofd boven water te houden. Als
men op het oogenblik den afloop van aanbestedingen ziet,
begrijpt men niet, voor welke prijzen de aannemers trachten
werk te krijgen. De resultaten zijn dan ook dikwijls van dien
aard, dat de aannemers failliet gaan; men kan dat dagelijks
in de courant lezen; dat zijn geen praatjes, maar feiten.
Bovendien, er zullen toch steeds aannemers moeten zijn
Hoe stelt zich de heer Schüller voor, dat men bijv. de centrale
rioleering in eigen beheer maakt? Dacht hij, dat dit voor-
deeliger zou zijn dan publieke aanbesteding? Spreker huivert
daarvoor ten zeerste, want hij gelooft niet, dat één aannemer
uit Leiden met vrucht is weggegaan; zoozeer zijn dergelijke
werken tegengevallen. Spreker geeft den heer Schüller dus
in overweging om daarop niet te sterk aan te dringen, want
daarmede zou hij het belang van de gemeente niet dienen.
De heer Schüller heeft verder een staat voorgelezen van
verschillende gemeenten, die het onderhoudswerk in eigen
beheer uitvoeren. Ook in Leiden wordt er echter veel onder
houdswerk in eigen beheer uitgevoerd; zoo heeft men hier
een afdeeling waterwerken, gebouwen, riolen, plantsoenen,
straten en wegen; voor kleine schilderwerken heeft de ge
meente bovendien een paar schilders in haar dienst. Spreker
begrijpt dus niet, dat de heer Schüller zegt, dat men in
Leiden niets in eigen beheer doet. Verleden jaar is aan loon
voor de gemeentewerklieden betaald ƒ257.109.73; er wordt
dus nogal wat in eigen beheer uitgevoerd. Het College heeft
in Leiden voor ƒ11.486.niet, zooals de heer Schüller
meende, voor 14.708.aan schilderwerk vervroegd aan
besteed, omdat het seizoenwerk was, hetgeen juist door den
heer van Stralen is toegejuicht, die meende, dat het College
met de regularisatie van het schilderwerk zoo goed werk had
gedaan. Van dat bedrag is het grootste gedeelte gegaan naar
de groote aannemers; daarvan hebben dus de werklooze
schildersgezellen wel degelijk geprofiteerd. Nu zegt de heer
van Stralen, dat dit werk gedaan is door kleine patroontjes.
Ja, ook die hebben enkele kleine werkjes aangenomen. Mogen
dan alleen de werklooze schildersgezellen leven en niet de
kleine patroons, die het daarvan toch ook moeten hebben?
De heer Schüller had verder een paar jaar geleden tweede
soort hout op de stadswerf aangetroffen, terwijl er alleen
eerste soort moest zijn. Ook spreker heeft toen planken van
tweede soort hout gezien, maar de houtkooper had de kwali
teit van het hout in den prijs verdisconteerd. Dat wil dus
niet zeggen, dat de gemeente tweede soort hout heelt ont
vangen, terwijl zij voor eerste soort betaalde. Op aanraden
van den heer Schüller is er toen wijziging in het bestek
gebracht. Spreker vond het zelf niet goed, dat de transactie
op deze wijze tot stand kwam. Indien eerste soort gevraagd
is, dient die kwaliteit ook geleverd te worden. In de bestek
ken stond voor grondplanken en dergelijke zooveel meter
hout. Bij de keuring van het hout werd rekening gehouden
met de bestemming. Thans wordt in de bestekken een clau
sule opgenomen, volgens welke als leidraad bij de keuring
van het hout dienen de keuringsvoorschriften, vastgesteld
door de hoofdcommissie voor normalisatie in Nederland.
Om zijn betoog kracht bij te zetten, heeft de heer Schüller
gezegd wij hebben toch nog een loodgieter en diens aan
stelling heeft 1000.bespaard.
Deze werkman is echter aangesteld voor het verrichten
van kleine werkzaamheden, die eiken dag voorkomen. De
heer Eikerbout heeft wel gezegdde gemeente betaalt dien
man een minderwaardig loon, maar deze werkman is aan
gesteld op arbeidsovereenkomst.
De heer Elkerbout Dan nog meer moet men het loon
betalen, dat contractueel is vastgesteld.
De heer Splinter is dit niet met den heer Eikerbout eens.
De gemeente stelt niemand aan, alvorens het bewijs te
hebben, dat dit werkelijk voordeeliger is, dan dergelijke kleine
reparaties aan particulieren op te dragen. Intusschen heeft
de betrokkene een vaste aanstelling gekregen met een paar
periodieke verhoogingen.
Het schoolwerk is speciaal seizoenwerk. Meent de heer
Schüller nu, dat de gemeente speciale schilders kan aan
stellen voor het onderhoud van de scholen? Zij zal hen niet
het geheele jaar door aan het werk kunnen houden. Zou de
heer Schüller zijn systeem misschien ook willen uitbreiden
tot het witwerk, dat in de vacantie moet geschieden en zou
dus ook het witwerk in eigen beheer moeten worden uitge
voerd
De heer Schüller heeft geen degelijke argumenten aange
voerd voor de juistheid van zijn bewering, dat hij in zijn
systeem duizenden guldens voor de gemeente kan besparen.
Bij de bespreking van de centrale rioleering heeft de heer
van Stralen gezegd, dat Burgemeester en Wethouders van
het werkprogram zijn afgeweken. Spreker moet eerlijk erkennen,
dat zij met de uitvoering van het program iets achter geraakt
zijn. Dat men met dit werkprogramma iets achtergeraakt is,
echter niet zoo veel als de heer van Stralen zegt, komt
hoofdzakelijk door de voorbereidingen. De werkzaamheden
aan den Heerensingel hebben zoo lang op zich laten wachten door
de regeling van de aansprakelijkheid voor schade, toegebracht
aan eigendommen van particulieren; bij het leggen van het
stamriool in den Maresingel heeft men n.l. nogal moeite
gehad met de bewoners van dien singel, wegens aan hun
eigendommen toegebrachte schade. Om nu geen last meer te
hebben met de wijk aan den Heerensingel, hebben Burge
meester en Wethouders eerst advies ter zake gevraagd aan
den Stadsadvocaat. Daarmede was natuurlijk eenige tijd ge
moeid, zoodat men in het geheel 9 a 12 maanden met dat
werkprogram achter is. Het plan voor wijk VI, Haarlemmer
trekvaart, is klaar en spreker hoopt dit zoo spoedig mogelijk
bij den Raad te brengen; dit had reeds klaar moeten zijn,
maar onlangs is besloten eerst het riool in den Stationsweg
te leggen. Het is best mogelijk, dat men daarmede op
1 Januari 1930 moest beginnen, zooals de heer van Stralen
zegt; op papier is een dergelijk werkprogramma heel mooi,
maar wanneer men het in de praktijk gaat uitvoeren, is het
niet te verwonderen, dat men iets achter raakt. Het is ook
mogelijk, dat men dat weer inhaalt. Met het plan tot het
leggen van een riool in NoorderstaatKoolstraat hoopt spreker
zoo spoedig mogelijk te komen.
Op de vraag van den heer van Stralen, of Burgemeester
en Wethouders rekening zullen houden met eventueele demping
van grachten volgens het uitbreidingsplan, antwoordt hij, dat
toch een van de eerste dingen waar men op let is, dat geen
enkel werk tweemaal zal gebeuren. Burgemeester en Wet
houders gaan niet rioleeren waar een gracht gedempt moet
worden; zij zullen dus wel degelijk met die opmerking van
den heer van Stralen rekening houden.
Spreker is het met den heer Groeneveld eens, dat de toe
stand van het rijwielpad aan de Koninginnelaan niet zoo
heel gunstig is; hij weet niet of er bezwaren tegen zijn,
wanneer die weg later doorgetrokken wordt naar den Rijndijk,
om dat rijwielpad van het midden naar den kant te verleggen,
maar hij zegt gaarne toe om die zaak nog eens onder de
oogen te zullen zien.
De heer van Stralen heeft gezegd, dat het College alles
ophangt aan den kapstok van het nieuwe uitbreidingsplan.
Hoe graag zij het ook hadden gewild, Burgemeester en Wet
houders konden niet eerder met deze zaak in den Raad komen.
Toen in November of December van het vorige jaar het
laatste rapport van de heeren Granpré Molière, Verhagen
en Kok was ontvangen, werd onmiddellijk aan den Directeur
van Gemeentewerken opgedragen deze zaak onder de oogen
te zien. De rapporten zijn reeds in behandeling bij de Com
missie van Fabricage. Spreker hoopt, dat het uitbreidings
plan zelf spoedig in den Raad in behandeling zal kunnen
kernen. Het gaat niet aan omtrent de demping van het Leven
daal of de Mare een besluit te nemen, vóór het uitbreidings
plan is vastgesteld.
Wat de veemarkt betreftspreker is het met de heeren