GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
101
IHCIEKOILEir STI kKi:>.
N°. 174. Leiden, 19 October 1929.
Bij het ter visie liggend, om praeadvies in onze handen
gesteld adres, wendt het bestuur van de Yereeniging voor
Christelijk Onderwijs alhier, zich tot IJ met het verzoek
medewerking te verleenen tot stichting van een school voor
uitgebreid lager onderwijs in het gebouw aan het Woordeinde3.
In de bij dit adres gevoegde toelichting deelt het school
bestuur mede, dat zijne bestaande school voor uitgebreid
lager onderwijs aan het Woordeinde 40, tengevolge van de
voortdurende stijging van het aantal leerlingen, geen vol
doende ruimte meer biedt. Behalve de 3 leslokalen zijn
thans ook het natuurkunde- en het teekenlokaal, alsmede
de kamer van het hoofd der school als klasselokaal in gebruik.
Het thans reeds bestaande gebrek aan plaatsruimte zal
nog toenemen door de omzetting van den driejarigen cursus
in een vierjarigen cursus op 1 September 1930.
Aanvankelijk heeft het schoolbestuur gepoogd door ver
bouwing van de school de noodige ruimte te verkrijgen.
Dat bleek evenwel niet mogelijk.
Gelijk U uit de hiervoren bedoelde bij de stukken gevoegde
toelichting blijkt, heeft de Yereeniging voor Christelijk
Onderwijs daarna aangekocht het perceel Woordeinde 3, in
welk gebouw, door een niet te omvangrijke verbouwing,
kunnen worden ingericht 6 klasselokalen, benevens een
teeken- en natuurkundelokaal.
Op grond van een en ander verzoekt het schoolbestuur
thans medewerking tot vestiging van zijne school voor uit
gebreid lager onderwijs in bedoeld gebouw.
Aangezien deze oplossing naar onze meening voor de
gemeente voordeeliger is dan de stichting van een geheel
nieuwe school en het schoolbestuur bij zijne aanvrage de
wettelijke voorschriften in acht heeft genomen, geven wij
U, met verwijzing naar het bij de stukken gevoegd advies
van de Commissie voor het Onderwijs, in overweging:
te besluiten medewerking te verleenen aan het bestuur
van de Yereeniging voor Christelijk Onderwijs alhier tot
stichting van een school voor uitgebreid lager onderwijs in
het gebouw Woordeinde 3 alhier.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
W°. 175. Leiden, 19 October 1929.
Het bestuur van het Gesticht de Voorzienigheid alhier,
verzoekt bij zijn om praeadvies in onze handen gesteld adres
de noodige gelden beschikbaar te stellen voor het aanbrengen
van eenige veranderingen in het gebouw aan het Levendaal,
waarin gevestigd zijn een school voor gewoon lager onderwijs
en een school voor uitgebreid lager onderwijs (St. Barbara-
scholen), alsmede voor het uitbreiden van het meubilair
dezer scholen.
De kosten van een en ander, geraamd op ƒ3175.—be-
hooren o. i. niet tot de onderftowdsuitgaven, welke moeten
worden bestreden uit de exploitatievergoeding, bedoeld in
artikel 101 der Lager Onderwijswet 1920.
Aangezien het schoolbestuur bij zijne aanvrage de wettelijke
voorschriften in acht heeft genamen, geven wij U, met ver
wijzing naar het bij de stukken gevoegd advies van de
Commissie voor het Onderwijs, mitsdien in overweging te
besluiten
a. medewerking te verleenen aan het bestuur van het
Gesticht de Voorzienigheid tot het aanbrengen van eenige
veranderingen in het gebouw aan het Levendaal 56, waarin
gevestigd zijn een school voor gewoon lager- en een school
voor uitgebreid lager onderwijs (St. Barbarascholen), als
mede voor het uitbreiden van het meubilair dier scholen;
b. over te gaan tot vaststelling van den hierbij overgelegden
begrootingsstaat, model D, groot ƒ3175teneinde ons
College in staat te stellen de voor de sub a bedoelde ver
anderingen en de voor de uitbreiding van het meubilair
benoodigde gelden te zijner tijd aan het schoolbestuur te
kunnen afdragen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
W°. 176. Leiden, 19 October 1929.
Het bestuur der Gereformeerde Schoolvereeniging alhier,
verzoekt bij zijn om praeadvies in onze handen gesteld
adres de benoodigde gelden beschikbaar te stellen voor het
uitbreiden van de school voor gewoon lager onderwijs aan
de Hooglandsche Kerkgracht 20a met twee leslokalen, elk
bestemd voor 48 leerlingen, alsmede voor de aanschaffing
van de voor die lokalen benoodigde schoolmeubelen.
Het ligt in de bedoeling van het schoolbestuur de beide
leslokaleu te doen aanbrengen boven het bij de school te
bouwen gymnastieklokaal, waarvoor bij Uw besluit van
14 Maart 1927 medewerking werd verleend.
Ter toelichting van zijne aanvrage deelt het schoolbestuur
mede, dat de 7 leslokalen der school bestemd zijn voor
256 leerlingen, terwijl de school thans 337 leerlingen telt.
Teneinde alle leerlingen te kunnen plaatsen was het noodig
gebruik te maken van de bestuurskamer, van een leermid
delenlokaaltje en van een leslokaal der school voor uitgebreid
lager onderwijs.
Onder mededeeling, dat het schoolbestuur bij zijne aan
vrage de wettelijke voorschriften in acht heeft genomen,
geven wij U, overeenkomstig het advies van de Commissie
voor het Onderwijs, in overweging:
te besluiten medewerking te verleenen aan het bestuur
van de Gereformeerde Schoolvereeniging, alhier, tot uitbreiding
van de school voor gewoon lager onderwijs aan de Hoog
landsche Kerkgracht 20a met twee leslokalen en tot aan
schaffing van de voor de inrichting dier lokalen benoodigde
schoolmeubelen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 177. Leiden, 19 October 1929.
Bij zijn op 2 September j.l. door U om praeadvies in onze
handen gesteld adres verzoekt het bestuur van de Gerefor
meerde Schoolvereeniging alhier de benoodigde gelden be
schikbaar te stellen voor de aanschaffing van leer- en
hulpmiddelen voor de aan de school voor gewoon lager
onderwijs aan de Hooglandsche Kerkgracht 20a te vormen
parallel 2e en 6e klasse, waarvan de kosten zijn geraamd
op 1250.
Aangezien de toeneming van het leerlingenaantal de vorming
van deze parallelklassen noodig maakt, betreft de aanschaffing
van leer- en hulpmiddelen dus de inrichting van nieuwe
klassen, waarvoor de kosten naar onze meening niet behooren
tot de onderhoudsuitgaven, welke moeten worden bestreden
uit de ingevolge artikel 101 jaarlijks te verleenen exploitatie
vergoeding, maar tot de kapitaalsuitgaven, bedoeld in artikel
72 der wet.
Onder verwijzing naar het bij de stukken gevoegd advies
van de Commissie voor het onderwijs, geven wij U mitsdien
in overweging te besluiten:
a. medewerking te verleenen aan het bestuur der Gerefor
meerde Schoolvereeniging alhier tot de aanschaffing van
leer- en hulpmiddelen voor de parallel-klassen van het 2e en
6e leerjaar van zijne school voor gewoon lager onderwijs
aan de Hooglandsche Kerkgracht 20a;
b. over te gaan tot vaststelling van den hierbij overgelegden
begrootingsstaat, model D, groot 1250.teneinde ons
College in staat te stellen de voor de aanschaffing van de
sub a bedoelde leer- en hulpmiddelen benoodigde gelden te
zijner tijd ter beschikking van het schoolbestuur te stellen.
Op den post voor „Onvoorziene Uitgaven", waarvan het
bedrag ad 1250.moet worden afgeschreven, is nog
18.032.87 beschikbaar.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 178. Leiden, 19 October 1929.
Gelijk te verwachten was is het aantal leerlingen van de
Centrale School voor het 7e en 8e leerjaar voortaan kort
heidshalve aangeduid als Centrale School door de invoering
van het verplichte 7e leerjaar belangrijk toegenomen. Van
166 op 1 Augustus 1928 steeg het aantal leerlingen dier
school op 1 September 1928 tot 262 en op 1 Maart 1929
tot 337.
Van de in het gebouw aan de Oude Vest voor de Cen
trale School beschikbare 8 lokalen waren tot 1 September