86
N°. 159.
Leiden, 23 September 1929.
Bij ons College is een aanvraag ingekomen van Prof. Dr.
F. Muller Jzn., alhier, om van de gemeente te mogen koopen
een ten westen van zijn woning aan de Fruinstraat n°. 9
gelegen gedeelte grond, ter grootte van 240 M2., deel
uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente
Leiden, sectie M, n°. 4321, teneinde den tuin van bedoelde
woning uit te breiden.
Adressant biedt een prijs van 9.per M2.
Aangezien na den verkoop van het genoemde gedeelte
grond, dat op de bijbehoorende teekening in rood is aan
gegeven, ter plaatse een bouwbreedte zal overblijven, die
alleszins geschikt is voor een behoorlijke verkaveling, en de
vergrooting van den tuin het aesthetisch aspect der om
geving ten goede zal komen, zijn wij van meening, dat
tegen den verkoop geen bezwaar bestaat.
De geboden prijs van ƒ9.per M2. is weliswaar iets
lager dan die van 9.50 per M2., welke indertijd door den
heer Muller werd betaald (zie Ingek. Stukken n°. 163 van
1925), doch wij achten, gelet op het doel van den aankoop
door adressant, op de tamelijk groote diepte van het perceel,
en tevens op de omstandigheid, dat voor in de onmiddellijke
nabijheid gelegen grond eveneens ƒ9.per M2. werd ont
vangen, den thans geboden prijs aannemelijk.
Wij geven Uwe Vergadering daarom in overeenstemming
met het advies van de Commissie van Fabricage in over
weging aan Prof. Dr. F. Muller Jzn., te Leiden, te
verkoopen het stuk grond aan de Fruinstraat, ter grootte
van i 240 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal
bekend gemeente Leiden, sectie M, n°. 4321, op de bijbehoorende
teekening met een roode kleur aangegeven, zulks tegen den
prijs van 9.— per M2. en onder voorwaarde
1°. dat de te verkoopen grond als tuin zal worden aan
gelegd en in stand gehoudenvolgens aanwijzing en ten
genoegen van Burgemeester en Wethouders;
2°. dat de sub 1°. bedoelde grond ten genoegen van
Burgemeester en Wethouders van den openbaren weg wordt
afgescheiden door een overeenkomstig hek als aanwezig is vóór
het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M,
n°. 4320;
3°. dat de nakoming van de sub 1°. en 2°. genoemde
voorwaarden wordt verzekerd door het vestigen van een
servituut
4°. dat de kosten van opmeting en alle verdere kosten,
op de overdracht vallende, ten laste van den kooper komen
5°. dat de akte wordt gepasseerd door een door Burge
meester en Wethouders aan te wijzen notaris.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 160. Leiden, 23 September 1929.
Van den Heer J. J. Talsma, Burgemeester van Kamerik
en Zegveld, te Woerden, ontvingen wij een aanvraag om
aan zijn lastgeefster, Mevrouw C. A. E. van Andel, weduwe
van H. P. Koning, industriëele, wonende te Woerden, te
verkoopen een perceel grond, ter grootte van 400 M2.,
gelegen aan den Eijnsburgerweg. deel uitmakende van het
perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie P.,
No. 1396.
De met adressant gevoerde onderhandelingen hebben er
toe geleid, dat deze zich bereid verklaard heeft, bedoeld
gedeelte grond, dat op de overgelegde teekening in rood is
aangegeven, voor den gevraagden prijs van ƒ15.— per M2.
en onder de hierna vermelde voorwaarden voor zijn last
geefster in koop te aanvaarden.
Wij geven U mitsdien in overeenstemming met het advies
van de Commissie van Fabricage in overweging aan Mevrouw
C. A. E. van Andel, weduwe van H. P. Koning, industriëele,
wonende te Woerden, tegen den prijs van 15.per M2. te
verkoopen het stuk grond, ter grootte van 400 M2., gelegen
aan den Eijnsburgerweg, deel uitmakende van het perceel,
kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie P, No. 1396,
met een roode kleur aangegeven op de bijbehoorende teekening,
zulks onder de volgende voorwaarden:
1°. de verkoop geschiedt ten behoeve van den bouw van
één heerenhuis, waarmede niet mag worden aangevangen
voordat, behalve de vergunning ingevolge de bouwverordening,
op de plannen en de plaatsing van het gebouw de goed
keuring van Burgemeester en Wethouders is verkregen;
gelijke goedkeuring is noodig bij herbouw of geheele of
gedeeltelijke vernieuwing:
2°. de tpin van het sub 1°. bedoelde gebouw wordt van
den openbaren weg afgescheiden door een behoorlijk hek
op doorgaanden steenen voet ten genoegen van Burgemeester
en Wethouders en moet worden aangelegd en onderhouden
volgens nadere aanwijzingen ten genoegen van Burgemeester
en Wethouders;
3°. de afscheiding van den te verkoopen grond van aan
grenzende erven wordt gemaakt ten genoegen van Burge
meester en Wethouders;
4°. gebouwen of inrichtingen, waarvoor krachtens de
Hinderwet vergunning moet worden gevraagd, mogen op
den te verkoopen grond niet worden opgericht;
5°. de nakoming van de onder 1°, 2°, 3° en 4° genoemde
voorwaarden wordt verzekerd door het vestigen van een
servituut;
6°. de kosten van opmeting en alle verdere kosten, op de
overdracht vallende, komen ten laste van de koopster;
7°. de akte zal worden gepasseerd door een door Burge
meester en Wethouders aan de wijzen notaris.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 161. Leiden, 23 September 1929.
Voor de verbetering van het gedeelte van den Eijksweg
's GravenhageNoord-Hollandsche grens, tusschen den Lagen
Morschweg en de Leidsche Buurt, behoeft het Eijk de be
schikking over eenige strooken grond en sloot, in eigendom
toebehoorende aan de gemeente en gelegen aan en nabij de
Gestichten „Endegeest" c.a.
Benoodigd is in totaal een oppervlakte van 18497 M2.,
waarvan 4680 M2. weg en water, een en ander op de over
gelegde kaart in roode kleur aangegeven.
Na gepleegd overleg met den hoofdingenieur van den Eijks-
waterstaat inzake de verkoopvoorwaarden en het project van
den weg, speciaal wat de ligging ten opzichte van het hoofd
gebouw van „Endegeest" aangaat,welk overleg tot bevredigend
resultaat leidde, en waarbij met de wenschen van de
Commissie van Beheer over de gestichten „Endegeest" c.a.
zooveel mogelijk rekening werd gehouden, verklaarden wij
ons bereid medewerking tot den verkoop te verleenen.
Intusschen bood het Eijk een prijs van 50.515.waarin
begrepen vergoeding voor de opstallen (o. a. huis met
bollenschuur enz. op het perceel Sectie E No. 2407), voor
de in den verkoop te begrijpen boomen, enz. eh voor
door de gemeente te plaatsen hekwerken, terwijl de
gemeente een prijs vroeg van 63.173.50. Het verschil tus
schen den aangeboden en den gevraagden prijs, ten bedrage
van 12.658.50 werd veroorzaakt, doordat vanwege het Eijk
de grond en het bedoelde huis c. a. lager werden gewaar
deerd, dan ons College meende te mogen bedingen.
Om nu een minnelijke oplossing te bevorderen, stelde de
hoofdingenieur voor de terreinstrooken met opstallen te doen
taxeeren door drie deskundigen, van wie door rijk en ge
meente elk een te benoemen en de derde door deze beiden aan
te wijzen, met welk voorstel wij ons konden vereenigen.
De taxateurs kwamen nu tot een som van 60.199.d.i.
slechts weinig minder dan de gemeente vroeg, doch belangrijk
hooger, dan het Eijk bood.
De waarde werd door taxateurs als volgt berekend:
970 M2. erf en weiland a 4.3880.
1212 gestichtsgrond a 3.253939.
889 tuin en weiland a 3.2667.
10746 bouwland a 2. 21492.
175 weg a 0.2035.
4505 water a 0.20901.
18497 M2.
Als bijkomende vergoedingen werden in reke
ning gebracht:
247 boomen2470.
Perceel E 2533, struikgewassen 120.
245 M1. door de gemeente te plaat
sen hekwerk a ƒ15.3675.—
3795.—
Perceelen B 1172/1173:
64 M1. hek700.—
64 M1. afrastering320.
tuinschade60.
1080.—
Perceel B 569 opstal koepel1500.
Perceelen B 566, 567, 1388:
162 M1. hekwerk a f 15.2430.
waardevermindering huisje op B 567 500.
2930.-
Perceelen B 949/939, 276 M1 hekwerk a ƒ15.4140.
Huis met bollenschuur, enz. op E No. 2407 11370.
Totaal 60199