61 brengen van een bitumineuze verharding op gewalste onder laag, gelijk ook voor de beide andere, bovengenoemde sin gelgedeelten werd aangenomen. Voor verdere bijzonderheden meenen wij naar de over gelegde rapporten en naar de teekening te mogen verwijzen. Slechts vermelden wij nog, dat de nieuwe singelweg van de gracht zal worden afgescheiden door een boomenrij en een gazon ter breedte van 3.30 M., terwijl langs den nieuwen oever een beschoeiing zal worden gemaakt, bestaande uit een door schoorpalen gesteunden houten damwand, waarover- heen aansluit een gewapend betonconstructie op paalfun- deering. In de werkzaamheden tot verbreeding van de Mare- singelgracht is begrepen het uitdiepen van den grachtbodem tot 3.40 M. N. A. P., waardoor de voor groot vaarwater hier ter stede aangenomen diepte van 2.80 M. onder den waterspiegel wordt verkregen. De kosten van het verbreeden van de Maresingelgracht worden geraamd op 35.000.en komen voor rekening van de Lichtfabrieken, evenals een bedrag van ƒ5200. hetwelk noodig is wegens verlegging van kabels en gas buizen. Deze bedragen kunnen voorshands uit de aanwezige middelen van de fabrieken gevonden worden. De kosten van het normaliseeren van den Maresingel worden geraamd op 19.500.welk bedrag met voortzet ting van de gedragslijn, gevolgd ten aanzien van den Rijns- burgersingel (raadsbesluit van 1 October 1928, Ingekomen Stukken No. 184, Handelingen blz. 186) uit het Fonds voor Stads verbetering enz. kan worden geput. Tevens zouden wij van deze gelegenheid gebruik willen maken, om het crediet a ƒ19.500.-— bij laatstgenoemd raadsbesluit toege staan, thans op de begrooting te regelen en dit crediet tevens te verhoogen met ƒ5400.ten einde een sterkere deklaag te kunnen maken en den weg aldus voor een zwaarder verkeer geschikt te maken, dan aanvankelijk in de bedoe ling lag. In overeenstemming met de Commissie van Fabricage en Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Elec- triciteit geven wij Uwe Vergadering alsnu in overweging door vaststelling van den hierbij overgelegden begroo- tingsstaat a. ten behoeve van de verbreeding van de Maresingel gracht een bedrag van ƒ35.000.beschikbaar te stellen, welk bedrag door de Lichtfabrieken aan de gemeente zal worden vergoed en voorshands uit de aanwezige middelen van de fabrieken kan worden gevonden; b. ten behoeve van de normalisatie van het gedeelte van den Maresingel nabij de spoorbrug tot nabij het Prins Hendrikplein een bedrag van ƒ19.500.beschikbaar te stellen, te putten uit het „Fonds voor Stadsverbetering, werkver- verschaffing en andere sociale doeleinden; c. ten behoeve van de normalisatie van den Rijnsburger- singel een bedrag van 24.900.19.500.j- 5.400. beschikbaar te stellen, eveneens te putten uit het „Fonds voor stadsverbetering, werkverschaffing en andere sociale doeleinden". Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 111. Leiden 10 Juli 1929. De op den hierbij gevoegden staat vermelde persoon is in de gemeente, achter zijn naam in kolom 5 vermeld, voor het belastingjaar 1928/ 29 in de plaatselijke inkomstenbe lasting wegens hoofdverblijf aangeslagen. Vermits de betrok kene naar onze meening te Leiden als zoodauig belasting plichtig is, kan o.i in dien aanslag niet worden berust. Onder verwijzing naar den ter visie liggenden staat, geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging te besluiten tot het indienen van bezwaren tegen den bedoelden aanslag bij H M. de Koningin. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1929 | | pagina 3