86
MAANDAG 3 JUNI 1929.
vuilnis voorstelt te regelen. Waar Nieuwkoop bij open water
voldoende vaartuigen ter beschikking moet stellen, moet het
bij gesloten water voldoende wagens ter beschikking stellen.
Er bestaat geen enkele zekerheid over de vraag, hoe bij ge
sloten water de vuil verwijdering zal plaats vinden. Het zou
ook mogelijk kunnen zijn, dat het vuil nog wel in de om
geving van Leiden gestort of op de bergplaats gebracht kon
worden met vaartuigen, terwijl dit door het nauwe vaarwater
niet meer naar Nieuwkoop gebracht kon worden.
Verder staat in artikel 1, dat de gemeente Leiden verkoopt
en dat Nieuwkoop koopt. Waar evenwel Nieuwkoop tegen een
vergoeding het vuil afneemt, meent spreker, dat hier moet
staan: de gemeente Nieuwkoop neemt af de vuilnis, welke
door Leiden wordt aangeboden. Zoolang men met goedwillende
menschen te doen heeft, is de redactie wel goed, maar het is
beter om de redactie zoo zuiver mogelijk te maken, omdat
het mogelijk is, dat men naderhand met andere, niet deskundige
personen te doen krijgt, die dit moeten uitvoeren; daarvoor
moet men de woorden gebruiken, die in dat verband het
meest geëigend zijn. Verder staat in artikel 10, dat Leiden
voor het vervoer van de vuilnis ƒ0.85 per M3. betaalt. Spreker
zou in dat verband liever willen spreken van den afvoer,
want met het vervoer heeft Leiden niets te maken; dat be
taalt Nieuwkoop; die gemeente moet maar uitzoeken hoeveel
zij daarvoor betaalt en waar zij er mee blijft. Dan blijken de
wederzijdsche verplichtingen daar zeer duidelijk uit en kan
nooit daarop teruggekomen worden en gezegd wordende
bedoeling was het vuil daarheen te voeren, maar daarin is
verhindering gekomen; Leiden betaalt aan Nieuwkoop 0.85
per M3. voor het vervoer; dus wij komen ook op dien prijs
terug. Wanneer evenwel gesproken wordt over den afvoer
van het vuil, wordt ten duidelijkste uitgedrukt wat de be
doeling der overeenkomst is.
Persoonlijk voelde spreker ook veel voor de particuliere
aanbiedingen, welke zijn ingekomen, maar er zijn z. i. meer
voordeelen verbonden aan een overeenkomst met een ge
meente, die, wat de berging van het vuilnis betreft, altijd
meer zeggenschap heeft dan een particulier, in dien vorm,
dat een gemeentebestuur altijd een verordening in het leven
kan roepen, waardoor aan een particulier de uitoefening van
zijn bedrijf belemmerd wordt. De gemeente kan dat nooit
doen, als zij zelf de overeenkomst aangaat, en waar het gaat
om de bedrijfszekerheid, is dit voor Leiden van groote be-
teekenis.
Met de bezwaren geopperd door de heeren Schüller en
Baart ten aanzien van den afvoer is spreker het niet eens.
De heer Schüller heeft er op gewezen, dat de vuilverbran
ding, als deze goed was georganiseerd, niet zooveel zou be
hoeven te kosten en heeft daarbij geciteerd uit het rapport,
dat in Amsterdam is uitgebracht, waarbij als maatstaf is
genomen, dat, als de stoom in Amsterdam den prijs opbracht,
dien de Lichtfabrieken in Leiden er voor betalen, het voor-
deeliger uit zou komen; maar spreker wijst er op, dat ook
in de vergadering van commissarissen door de directie der
Lichtfabrieken al herhaaldelijk is betoogd, dat deze voor den
stoom eigenlijk te veel betalen. Spreker betreurt het, dat
Amsterdam op die niet-reëele basis gaat voortbouwen en het
verslag van de vuilverbranding in Leiden als basis neemt
voor haar bedrijfshuishouding. Het zou, naar sprekers oordeel,
beter geweest zijn, indien de gemeente Amsterdam zelf een
berekening had gemaakt wat de opwekking van stoorn haar
kostte. In ieder geval meent spreker, dat men zich daar niet
op kan beroepen, omdat die becijfering foutief is. De gemeente
heeft aan den eenen kant een loonend bedrijf en aan den
anderen kant een bedrijf, dat veel geld kost.
Nu is er gezegd, dat er vroeger wel een overeenkomst is
gemaakt, dat de Lichtfabrieken den stoom konden overnemen,
maar dat men niet tot een zyivere verhouding is gekomen,
en dat het loonende bedrijf, de Lichtfabrieken, aan het tekort-
komende bedrijf eigenlijk een douceurtje heeft gegeven.
Wat de bedrijfszekerheid betreft, ook in de vuilverbranding
kan stagnatie ontstaan. Zoolang het water open is, zal geen
stoornis in den afvoer van het vuil ontstaan, maar voor den
winter zal men de noodige maatregelen moeten treffen. Spreker
is het er niet mee eens, dat de gemeente het bedrijf in eigen
hand moet houden tot aan de plaats van bestemming. De
bedrijfszekerheid van het transport te water is beter gewaar
borgd door een particulier dan door de gemeente, want op
het water heeft men verschillende, onverwachts optredende
factoren, waar van te voren geen rekening is mee te houden.
Wanneer men gemeentepersoneel op die boot plaatst en er
treden op den langen weg naar Nieuwkoop onverwachte
factoren op, dan wordt er een stremming veroorzaakt; het
allerlaatste wat men moet doen is dus het bedrijf in eigen
hand houden tot aan de plaats van storting. Spreker is over
tuigd, dat nergens zoo zwaar gesjouwd en geploeterd wordt
als op het water, maar ook dat nergens de gelegenheid zoo
schoon is om wat men noemt de lijn te trekken als juist
daar. Spreker heeft er niets geen bezwaar tegen om duidelijk
te zijn, zooals hem nu gevraagd wordt. Spreker bedoelt, dat
op het water dikwijls veel harder en veel langer wordt gewerkt
dan in eenig ander bedrijf, maar dat er ook op het water
meer gelegenheid is om den luibak uit te hangen dan in
eenig ander bedrijf. Daarin ligt opgesloten, dat men, als men
daar menschen heen stuurt, vlugge menschen en ook luie
menschen heeft. Die vindt men bij particulieren en ook onder
de menschen, die bij de gemeentelijke bedrijven werkzaam
zijn en als men van Leiden naar Nieuwkoop moet varen is
de gelegenheid om te luibakken bijzonder gunstig. Dat zijn
geen beschuldigingen, zooals de heer Baart zegt, dat zijn feiten.
Een particulier zou het transport van Leiden naar Nieuwkoop
ook niet voor ƒ0.85 per M3. kunnen doen, als hij er zelf niet
terdege achterheen zat; dan zou het hem ten minste ƒ1.50
kosten. Dat zou niet alleen het geval zijn met gemeente
ambtenaren en -werklieden, maar even goed met een particulier,
die daar niet ingegroeid is. Waar de gelegenheid daartoe dus
zich zoo bijzonder voordoet, moet men tot de conclusie komen,
dat, als de gemeente het ter hand neemt, het zooveel kost,
dat spreker daartoe niet wil medewerken. Nu beroept de heer
Baart zich op een rapport, waaraan ook is medegewerkt door
den adjunct-directeur van de Lichtfabrieken.
Spreker acht het in het geheel niet zeker, dat dat de
gedachtengang is geweest van den adjunct-directeur, maar
naar zijn meening is dit de gedachtengang geweest, dat er
in Amsterdam sprake was van afvoer van het vuil naar de
Zuiderzee en men kon het daarbij zoo inlichten, dat men
een arbeidstaak kon aangeven. Van stremming is daar geen
sprake, men neemt een aantal hooge bakken, zet er een sleep
boot voor en kan op een kwartier nauwkeurig aangeven,
wanneer die sleep ter plaatse zal zijn. Met den afvoer naar
Nieuwkoop is dat niet het geval. Spreker zou wel eens een
particulier vervoerbedrijf van Leiden naar Nieuwkoop willen
zien, dat den menschen een weekgeld gaf en het niet deed
in aangenomen werk. Men zou dan tot fabelachtige prijzen
komen. Het is, naar het spreker voorkomt, mogelijk, dat een
schipper des morgens om 4 uur begint en dat zijn dagtaak
om 4 uur eindigt, ook, dat hij een hal ven dag niet kan varen
en dat zijn taak om 11 uur eindigt. Bij een particulier bedrijf
is dat mogelijk, maar bij een gemeentebedrijf voorziet spreker
daarvan enorme moeilijkheden. Wanneer de heer Groeneveld
als een dogmaticus zegt: er mag alleen op een bepaalden tijd
gewerkt worden, want dat is in het belang van de menschen
en daarvoor moet alles wijken, kan spreker zich voorstellen,
dat deze niet een particulier bedrijf wil, omdat het dari niet
zoo geregeld gaat, maar als men ook eenigszins rekening
wil houden met de economische uitkomsten van het bedrijf,
moet men het z. i. niet in handen van de overheid leggen.
Wanneer men, zooals de heer Baart, van oordeel is, dat
deze zaak, voordat zij beslist werd, eerst in het Georganiseerd
Overleg had moeten worden gebracht, meent spreker toch,
dat dit de zaak op haar kop zetten zou zijn. Het gaat z.i. niet
aan, wanneer de Gemeenteraad een belangrijk besluit kan
nemen, waardoor een groote besparing zou worden verkregen,
dat men eerst aan het Georganiseerd Overleg zou moeten
vragen, of het daarmede instemming kon betuigen. Spreker
had altijd gedacht, dat de sociaal-democraten ook democra
tisch wilden regeeren en niet onder de ambtenaren wilden
zitten, althans, dat zij den schijn zouden willen reddenmaar
het komt hem voor, dat men dan niet aan een ambtenaren-
organisatie moet gaan vragen hoe de gemeentelijke huishouding
moet worden gevoerd. Daarover moeten eerst de vertegen
woordigers van de burgerij beslissen. Wanneer de belangen
van de gemeente-ambtenaren in het gedrang zouden kunnen
komen, moet men in het Georganiseerd Overleg gaan praten,
hoe die schade zou kunnen worden voorkomen.
De Voorzitter schorst vervolgens de vergadering tot des
avonds te 8| uur.
Voortzetting van de geschorste openbare vergadering
des avonds te 8J uur.
Thans zijn afwezig de heeren Huurman en van der Reijden.
Voortgezet wordt de behandeling van punt 20 der agenda.
De heer Bosman is tot zijn spijt niet geweest op de ver
gadering van de Commissie van Fabricage, waar dit voorstel
werd behandeld, maar heeft zijn wijsheid geput uit het rap
port der Commissie, dat hij ter inzage gekregen heeft. De
aandacht der Commissie is allereerst gevestigd op de bedrijfs
zekerheid en op de kosten. Er waren, behalve die der ge
meente Nieuwkcop, ook aanbiedingen van particulieren en
hoewel spreker meent, dat ook particuliere aanbiedingen in
aanmerking komen, is hij het met de Commissie eens, dat
uit een oogpunt van bedrijfszekerheid een overeenkomst met
de gemeente Nieuwkoop de voorkeur verdient. Evenwel geeft