58
Leiden, 31 Mei 1929.
Aan den Baad der Gemeente Leiden.
Geven met versch uldigden eerbied te kennen
Ondergeteekenden, Mr. E. M. Meyers, voorzitter en A.
Goekoop, secretaris, tezamen vormende het dagel. bestuur
der Leidsche Schouwburgvereeniging,
dat de Burgemeester van Leiden aan de vereeniging te
kennen heeft gegeven, dat hij het wenschelijk acht, ter voor
koming van brandgevaar, dat in het gebouw van den schouw
burg centrale verwarming wordt aangelegd,
dat naar aanleiding van dezen wensch ondergeteekenden
door deskundigen de kosten hebben doen opnemen, welke
een verbetering der wijze van verwarming en verlichting met
zich brengen,
dat deze kosten op 16.000.te schatten zijn,
dat ondergeteekenden meenen dat zij de leden harer ver
eeniging wellicht bereid zullen vinden een bedrag te geven,
maar dat dit in geen geval op meer dan 6.000.mag geschat
worden, zoodat nog een bedrag van 10.000.blijft ont
breken,
dat de Schouwburgvereeniging onmogelijk dit bedrag
bijeen brengen kan en nog minder in staat is uit haar ont
vangsten de renten en aflossing van een zoodanig kapitaal te
voldoen,
dat derhalve ondergeteekenden, mocht de Burgemeester
zijn wensch in een bevel omzetten, in de noodzakelijkheid
zouden komen den schouwburg te sluiten,
dat zij echter meenen dat het bezit van een schouwburg-
voor een stad als Leiden een gemeentebelang mag genoemd
worden en
dat zij zich daarom verplicht achten in deze tot IJwen Baad
te wenden met het verzoek aan de Schouwburgvereeniging
een éénmalige subsidie van 10.000.voor bovengenoemd
doel toe te kennen.
't Welk doende enz.
E. M. Meyers, Voorzitter.
A. Goekoop, Secretaris.
H°. 100.
Leiden, 18 Juni 1929.
Ingevolge de begroo tings voorschriften moeten de pen
sioenen en wachtgelden, de kosten van de ongevallen- en
invaliditeitsverzekering, die van het toezicht op den gezond
heidstoestand der ambtenaren, beambten en werklieden,
nadat zij op de daarvoor bestemde verzamelposten zijn ge
raamd, over de verschillende hoofdstukken en paragrafen der
begrooting worden verdeeld.
De uitgaven ter zake over 1928, welke in totaal waren ge
raamd op 633.496.hebben bedragen 640.607.94 en over
treffen derhalve de raming met 7.111.94.
Hieronder treft U een overzicht aan van de voor elk der
bovengenoemde onderwerpen in totaal geraamde en uit
gegeven bedragen met vermelding of de uitgaven meer of
minder hebben bedragen dan was uitgetrokken. Bovendien
vindt U aan het slot van den hierbij gaanden begrootingsstaat,
model D, de bij de verschillende verzamelposten behoorende
verdeelingsstaten, waarin de op de diverse hoofdstukken en
paragrafen der gemeentebegrooting gedane uitgaven zijn
aangegeven.
Volgn. 197. Verzekering tegen on
gevallen en invaliditeit
De uitgaven hebben bedragen
5.560.61zij waren geraamd op
5.450.(Zie den verdeelingsstaat
bij volgn. 197.
Volgn. 198. Wachtgelden.
De uitgaven hebben bedragen
ƒ717.51; een bedrag -van ƒ718.
was uitgetrokken. (Zie den ver
deelingsstaat behoorende bij volgn.
198).
Volgn. 199. itkeeringen als be
doeld in art. 6 der verordening rege
lende het verleenen van wachtgeld aan
gemeente-ambtenaren
De uitgaven ter zake geraamd op
12.641.hebben bedragen
14.052.91. (Zie den verdeelings
staat behoorende bij volgn. 199.
De hoogere uitgaaf is een gevolg
van de op wachtgeld stel ling van
een tweetal onderwijzeressen bij het
openbaar voorbereidend onderwijs.
110.61
0.49
1.411.91
Volgn. 200. Pensioenen
De uitgaven, geraamd op
200.313.hebben bedragen
199.652.54s. (Zie den verdeelings
staat behoorende bij volgn. 200.
Volgn. 201. Bijdragen voor eigen
en weduwen- en weezenpensioen in
gevolge art. 36 der Pensioenwet 1922
De uitgaven hebben bedragen
393.781.695; zij waren geraamd op
397.500.(Zie den verdeelings
staat behoorende bij volgn. 201).
Volgn. 202. Bijdragen voor inkoop
van pensioen ingevolge de artt. 41,
42a en 135 der Pensioenwet 1922
De hierbedoelde inkoopsommen,
welke worden berekend naar de be
palingen van het Koninklijk Be
sluit van 22 December 1922 S. 684,
gewijzigd bij Koninklijk Besluit van
22 Maart 1926 S. 47, vereischten op
den dienst 1928 eene uitgaaf van
18.832.34; de zeer globale raming
bedroeg 9.000.(Zie den ver
deelingsstaat behoorende bij volgn.
202).
Deze belangrijke overschrijding
is een gevolg van de omstandigheid,
dat door den Pensioenraad in het
afgeloopen jaar een groot aantal
inkoopsommen werd vastgesteld.
Volgn. 203. Overige uitgaven ter
zake van pensionneering van ambte
naren
De uitgaven hebben bedragen
2.804.33; zij waren geraamd op
2.200.(Zie den verdeelingsstaat
behoorende bij volgn. 203).
De betaling van door den Pen
sioenraad in den loop van 1928
vastgestelde inkoopsommen, ver
schuldigd voor tijdelijke diensten
na 1 October 1913, doch vóór 1 Juli
1922 bewezen, is in hoofdzaak de
oorzaak van deze overschrijding.
Volgn. 205. Kosten van toezicht
op den gezondheidstoestand der
ambtenaren, beambten en werk
lieden in dienst der gemeente
Yan de ter zake op de begrooting
uitgetrokken som van 630.is
slechts ƒ6.uitgegeven. (Zie den
verdeelingsstaat behoorende bij
volgn. 205).
Ka de tot standkoming van de
verordening van 26 September 1927
(Gem.blad Ho. 17) worden de stads-
geneesheeren voor bovenbedoelde
werkzaamheden niet meer afzon
derlijk beloond. De controle op eene
onderwijzeres, die gedurende hare
ziekte buiten de gemeente vertoef
de, vereischte evenwel eene uitgaaf
van 6.
Volgn. 208. Kosten ter zake van
het verleenen van een kindertoeslag
aan gemeente-ambtenaren en werk
lieden
De uitgaven hebben bedragen
5.200.zij waren geraamd op
5.044.(Zie den verdeelingsstaat
behoorende bij volgn. 208).
9.832.34
604.33
156.-
Totaal12.115.19
660.45s
3.718.30s
624.—
5.003.25
Zooals hierboven reeds werd medegedeeld overtreffen de
uitgaven de raming met 7.111.94 12.115.195.003.25).
In de dekking van dit nadeelig verschil ad 7.111.94 kan
worden voorzien door te beschikken over een gedeelte van
het hoogere aandeel der gemeente in de winst over 1928 van
de Leidsche Duinwater-Maatschappij. Dit aandeel, geraamd op
79.600.bedraagt 89.302.76, d. i. 9.702.76 meer.
Wij geven U alsnu in overweging te besluiten tot vast
stelling van den hierbij overgelegden begrootingsstaat, model
D, waarin de wijzigingen, die de diverse volgnummers moeten
ondergaan, zijn aangegeven.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
Meer.
Minder.
Meer.
Minder.