MAANDAG 6 MEI 1929. 05 Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. VII. Voorstel tot aankoop van een gedeelte grond en water aan den Rijnsburgersingel, Sectie A, Nis. 1196 en 1207, beide gedeeltelijk. (Zie Ing. St. No. 62). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. VIII. Voorstel in zake den aankoop van de huizen en het pakhuis c. a. aan den Hoogen Morschweg, met bouw- en tuingrond, Sectie P, Nis. 667, 327, 328, 329 en 330 en de beschikbaarstelling van de voor dien aankoop benoodigde gelden. (Zie lng. St. No. 63.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. IX. Voorstel: a. tot aankoop van het huis met erf en tuin aan den Haag- weg No. 9; b. tot aankoop van een perceel grond met de daarop staande opstallen aan den Morschweg, Nis. 64 en 64a; c. tot vaststelling van den desbetrelïenden begrootings- staat. (Zie Ing. St. No. 64.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. X. Voorstel tot aankoop van het perceel Aalmarkt No. 12 en tot beschikbaarstelling van de voor dien aankoop benoodigde gelden. (Zie Ing. St. No. 65.) De heer Sijtsma heeft er na zijn waarschuwing in de vorige Raadsvergadering bijna een provocatie tegenover hem in gezien, dat Burgemeester en Wethouders weer onmiddellijk met een voorstel tot aankoop zijn gekomen, wat hem persoonlijk niet zou hinderen. Naar zijn meening moet echter dit perceel absoluut niet voor ƒ15.000.worden gekocht. Vooreerst is het veel te duur, al is het nog een geluk, dat niet is ingegaan op het voorstel van den Directeur van Gemeentewerken, die er blijkbaar zoo maar 18.000.voor wilde geven. De verkooper is, gelooft spreker uit de stukken te kunnen opmaken, wijzer geweest dan de gemeente, want hij was met 15.000.tevreden. Spreker kan dat begrijpen, want al lijkt het pand naar den voorgevel beoordeeld heel mooi, aan den achterkant is het een vervallen gebouw. De gemeente zal het perceel voorloopigals winkel moeten exploiteeren en nu leert de ervaring, dat de Aalmarkt als winkelstand verbazend achteruit gaat. Gebruikt de gemeente het niet voor andere doeleinden, dan zal zij er een schadepost aan hebben van beteekenis. Nu wordt er in de stukken wel gezegd, dat de gemeente met dit perceel haar bezit daar kan afronden en dat wie ter plaatse een kijkje neemt, moet toegeven, dat de gemeente dit perceel er bij moet hebben, maar zoo zou men aan den gang kunnen blijven. De melkzaak er naast grenst achter ook aan terrein van de gemeente. Spreker is overtuigd, dat, als de gemeente eenige jaren wacht met koopen voor zoover zij het dan noodig zou hebben, zij minder duur zal uitkomen, want als men die 212 M2. over het bedrag van ƒ15.000.— omslaat, wordt het een kolossale som per M2. en dan behoeft de gemeente er onder geen omstandigheid meer voor te betalen. Op deze gronden zou spreker niet tot dezen aankoop willen overgaan. Hij heeft tot zijn genoegen eenigen vooruitgang op het gebied van aankoopen geconstateerd, want ditmaal is een minderheid in de Commissie van Fabricage ook tegen den aankoop bij vroegere aankoopen is dat nooit het geval geweest waaruit spreker afleidt, dat er inderdaad ook daar een strooming ontstaat, die Burgemeester en Wethouders een weinig wil remmen. De heer Heemskerk zegt, dat de waarschuwing van den heer Sijtsma op hem geen vat heeft, omdat de gemeente wat zij noodig heeft, riaar zijn meening, ook moet koopen. Ten aanzien van het perceel Aalmarkt No. 12 staat spreker echter aan de zijde van den heer Sijtsma. Ook hij acht dezen aan koop niet absoluut noodzakelijk. Er wordt in de stukken wel gezegd, dat dit perceel noodig kan zijn voor de uitbreiding van de ter plaatse zich bevindende scholen en speelplaatsen, maar vooreerst staat er vlak naast een perceel, dat het eigendom van de gemeente is, en in de tweede plaats acht spreker het weinig denkbaar, dat een oudere school, in het midden van de stad staande, zal worden uitgebreid en verbouwd. Mocht een dergelijk sooit school in de toekomst te klein blijken te zijn, dan rijst de vraag, of het niet ge- wenscht is er op een ander punt in de stad een school voor in de plaats te bouwen, teneinde niet alle kinderen naar één punt in de stad te laten komen. Bovendien is de prijs, die voor dit huis besteed zal worden, buitensporig hoog. De Aalmarkt is als winkelstand niet zeer in trek. Men zal voor het winkelhuis misschien ƒ25.— per week kunnen krijgen en ook de bovenwoning zal iets op brengen, maar zooals in de stukken staat is het huis zoo goed als uitgewoond, zoodat een belangrijk bedrag aan herstellingen zal moeten worden besteed. Men zou dus zeker ongeveer 30. huur moeten maken om de rente van het kapitaal te trekken, zoodat de gemeente er op den duur geld bij zal moeten leggen. Was nu te voorzien, dat binnen enkele jaren gemeente- instellingen, in die omgeving gelegen, moesten worden uit gebreid, dan zou de gemeente voor die weinige jaren zich dat ofïer kunnen getroosten, maar die uitbreiding ligt in een zoo verre toekomst, dat spreker huiverig is om voor dit voorstel te stemmen. De heer Manüers is van tegenovergestelde meening. De gemeente heeft reeds veel eigendommen in die omgeving en zij zal zeer verstandig doen door met dezen aankoop haar bezittingen af te ronden. De bedongen prijs is niet te hoog. Deze perceelen zullen zeker hun rente wel opbrengen en wanneer later blijkt, wat niet zoo onwaarschijnlijk is, dat de gemeente ruimte ter plaatse noodig heeft, dan zal zij geen dure aankoopen behoeven te doen. De heer Schüller heeft zich als lid van de Commissie van Fabricage met dit voorstel vereenigd. De heer Sijtsma heeft ten onrechte opgemerkt, dat de Directeur nog meer had willen geven dan de eigenaar had gevraagd. De tegenwoordige eigenaar heeft voor het pand 18.500.— gegeven en de taxatie van deskundigen was nog ƒ18.000.Burgemeester en Wethouders zijn er in geslaagd daarvan nog ƒ3000.— af te krijgen. De heer Heemskerk betwijfelde, of de gemeente in de naaste toekomst dit pand noodig zou hebben. Men moet hiermede wel voorzichtig zijn. Het pand sluit aan de achterzijde aan aan de school in de Breestraat. Wanneer het perceel in andere handen overgaat, bestaat de mogelijkheid, dat de eigenaar door een uitbreiding, met inachtneming van de verordening, zoodat de gemeente er niets tegen kan doen, veel licht en lucht ontneemt aan schoollokalen in de Bree straat. Over de noodzakelijkheid om deze school uit te breiden zal spreker zich niet uitlaten, maar de gemeente zal zeker verstandig handelen door dit pand aan te koopen. De heer Groeneveld dringt er op aan om in het vervolg bij voorstellen tot aankoop de oppervlakte van de aan te koopen terreinen in de gedrukte stukken te vermelden en tevens mede te deelen welke de beide partijen zijn. Die hoofd zaken mogen niet onvermeld blijven. De heer Splinter zegt, dat deze aankoop in het College van Burgemeester en Wethouders wel degelijk een punt van ernstige overweging heeft uitgemaakt. Ofschoon de Directeur van Gemeentewerken den gevraagden prijs redelijk vond, heeft het College besloten daarop niet in te gaan en een gunstiger aanbieding af te wachten. Een voorname factor, waarom Burgemeester en Wethouders voorstellen tot den aankoop over te gaan, is de volgende. Gesteld, dat er een andere eigenaar komt, die er een werk plaats van wil maken en aan wien de vergunning daartoe moet worden gegeven, dan kan dat hinderlijk worden voor de omliggende scholen. Er komt bij, dat, naar sprekers meening, de uitbreiding van een dier scholen niet lang meer op zich zal laten wachten. Zooals de heer Tepe aan spreker heeft medegedeeld, zijn reeds drie klassen van de school aan de Aalmarkt in de school van mejuffrouw Wissel onderge bracht, hetgeen wil zeggen, dat er in de school aan de Aalmarkt thans reeds te weinig ruimte is, terwijl de speel plaatsen der omringende scholen gering van omvang zijn. Met den heer Sijtsma verschilt spreker van meening, waar die een prijs van 15.000.te hoog acht. Op de publieke markt zou dit perceel dat bedrag wel opbrengen en dan zou de gemeente genoodzaakt worden later een hoogeren prijs te betalen. Ook acht spreker het niet juist, dat de heer Sijtsma het perceel uitmeet per M8., want ook met ligging en om geving dient rekening te worden gehouden. Ook met hetgeen de heer Heemskerk heeft gezegd omtrent de huur, welke dit perceel zou kunnen opbrengen, is spreker het niet eens. De gemeente krijgt nu eenmaal niet de hoogste

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1929 | | pagina 3