MAANDAG 25 MAART 1929.
45
dan iets over gezegd zou zijn, maar gelooft niet, dat er dan
een dergelijke onvruchtbare discussie zou zijn ontstaan.
Het voorstel van den heer Sijtsma, het eerst in stemming
gebracht, wordt verworpen met 20 tegen 10 stemmen.
Tegen stemmen: de heeren van der Reijden, van Tol, van
Es, Romijn, de Reede, Bergers, Heemskerk, Bosman. Eikerbout,
Wilmer, Reimeringer, Splinter, Goslinga, Tepe, Parmentier,
Wilbrink, Kuivenhoven, Huurman, Spendel en Meijnen.
Vóór stemmen: de heeren Verweij, van Stralen, Schüller,
Koole,. Sijtsma, Groeneveld, Baart, van Eek, Vallentgoed en
Kooistra.
De heer Verweij trekt, gezien het resultaat van de stemming
over het voorstel van den heer Sijtsma, zijn motie in. Spreker
verklaart namens de sociaal-democratische fractie, dat zij in
de gegeven omstandigheden niet aan een benoeming wenscht
mede te werken en dus blanco zal stemmen.
Aangezien het voorstel van den heer Verwey door den
voorsteller is ingetrokken, maakt het geen onderwerp van
beraadslaging meer uit.
De Voorzitter verzoekt den heeren Eikerbout, van der
Reijden, Romijn en Koole het stembureau te vormen.
Wordt benoemd, met ingang van een nader door Burge
meester en Wethouders te bepalen datum, met 19 stemmen
de heer M. van Rijswijk; 12 biljetten waren in blanco.
De Voorzitter zegt, dat 1 biljet te veel in de stembus is
gevonden, hetgeen evenwel geen invloed op den uitslag dei-
stemming heelt gehad.
II. Benoeming van een onderwijzer, hoofd der school aan
de Paul Krugerstraat B.
(Zie Ing. St. No. 38.)
Wordt benoemd, met ingang van een nader door Burge
meester en Wethouders te bepalen datum, met 19 stemmen
de heer H. van der Jagt; 10 biljetten waren in blanco.
(Eén lid nam aan deze stemming geen deel.)
De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor
de genomen moeite.
III. Voorstel tot overplaatsing van het hoofd der school
aan de Vrouwenkerksteeg B, A. Dirks, naar de school aan
de Duivenbodestraat A.
(Zie Ing. St. No. 38).
De heer Verweij vraagt, waarom niet tegelijk in deze ver
gadering wordt voorzien in de vacature, ontstaan door over
plaatsing van den heer Dirks.
De heer Tepe meent te kunnen volstaan met het korte
antwoord', omdat men bezwaarlijk kan voorzien in een vacature,
die niet bestaat. De Raad zal eerst het besluit tot overplaatsing
moeten nemen.
De heer Verweij vindt dit antwoord wel zeer ad rem, maar
erg formeel.
De heer Tepe meent, dat het toch niet anders kan.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
IV. Voorstel om, met intrekking van het Raadsbesluit van
9 December 1927, een lokaal van de voormalige school aan
de Pieterskerkgracht No. 9, te verhuren aan het Christelijk
Muziekgezelschap »Polyhymnia".
(Zie Ing. St. No. 39.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
V. Voorstel tot verhuring van de bovenwoning Garenmarkt
No. 4, aan F. A. Wempe Jr.
(Zie lug. St. No. 40.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
VI. Voorstel tot verpachting van het recht van tolheffing
van schepen, voertuigen en voetgangers aan de Leiderdorp-
sche brug, alsmede het koffiehuis met woning c. a., aan
P. J. Ramaker.
(Zie Ing. St. No. 41).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
VII. Voorstel tot verpachting van de exploitatie van de
buffetten in de Stads-Gehoorzaal, aan W. F. van Ingen
Schenau Jr.
(Zie Ing. St. No. 42).
De heer Schüller zal gaarne zijn stem aan het voorstel
geven, maar wil alleen verklaren, met genoegen te hebben
geconstateerd, dat Burgemeester en Wethouders van hun
eenmaal ingenomen standpunt zijn afgeweken en officieel in
de stukken vermelden, dat er ook een minderheid is geweest
in de Commissie van Fabricage.
De heer Spendel verklaart die minderheid in de Commissie
van Fabricage te hebben gevormd op de gronden, als in de
stukken is uiteengezet. Dankbaar voor de vermelding van
het standpunt der minderheid kan spreker echter mededeelen,
dat een nader onderzoek hem tot de conclusie heeft gebracht'
dat het wenschelijk is, zich bij de meerderheid aan te sluiten.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
VIII. Voorstel tot overdracht van het onderhoud van de
Bruggestraat te Zoeterwoude aan de gemeente Zoeterwoude
en tot^ vaststelling van den desbetreffenden begrootingsstaat.
(Zie Ing. St. No. 43.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
IX. Voorstel tot verkoop van een strook grond, deel uit
makende van het perceel, kad. bekend gemeente Leiden,
Sectie L No. 1155, aan de N. V. Fabriek van Verduurzaamde
Levensmiddelen, voorheen L. E. Nieuwenhuizen te Leiden.
(Zie Ing. St. No. 44).
De heer Groeneveld heeft enkele bezwaren tegen dit voor
stel en in de eerste plaats wil hij iets zeggen over den prijs.
Voor dit stukje grond wordt door de gemeente gevraagd
ƒ1650.— of ƒ15.per M2. Voor gewonen bouwgrond vindt
spreker dit een vrij hoogen prijs, maar wanneer men in aan
merking neemt, dat de strook grond dwars door het terrein
van de firma Nieuwenhuizen loopt, komt het spreker voor,
dat het voor de firma veel en veel meer waard moet zijn.
Tot op zekere hoogte doet het spreker genoegen, dat het
College rekening houdt met de belangen van deze industrie.
Het is evenwel toch verdrietig, dat bij dergelijke zaken de
liefde altijd van één kant komt. De gemeente houdt hier
zeer goed rekening met de belangen van deze particuliere
onderneming, maar wanneer de gemeente een stukje grond
noodig heeft, heeft men nog nooit gezien, dat particulieren
rekening houden met het belang der gemeente; dan wordt
altijd van de gemeente gehaald wat er te halen is. Waar
die prijs nu op zich zelf hoog genoeg is, zal spreker niet
voorstellen hem te verhoogen.
Spreker kan evenwel niet inzien, dat het een gemeentebelang
is om dezen grond aan die fabriek te verkoopen. Deze grond
ligt in het verlengde van de Lopsenstraat en loopt van den
Morschweg naar den Rijn. Het is het eenige stukje gemeente
grond, waardoor men daar in de buurt den Rijn bereiken
kan. Het is gevaarlijk om dien grond te verkoopen; men weet
niet of men hem in de toekomst noodig zal hebben voor
allerlei doeleinden. Laat de gemeente dien grond liever aan
die fabriek verhuren; dan is daarvan best een huurprijs te
maken, die gelijk is aan de rente van ƒ1650.— ,- dan behoudt
de gemeente dat stukje grond in eigendom. Indien de Wet
houder spreker niet overtuigt, dat verkoop dringend noodig
is, zal spreker zijn stem aan dit voorstel niet kunnen geven.
De heer Splinter zegt, dat het juist van groot belang is,
dat de firma Nieuwenhuizen dit stukje grond krijgt. Het
geldt hier een industriebelang; de firma Nieuwenhuizen wil
uitbreiden; nu ligt deze sloot, die de firma Nieuwenhuizen
op haar kosten heeft laten dempen en rioleeren, door haar
terrein heen en zij kan niet bouwen, zoo zij dien grond niet
in eigendom heeft. Waar uit andere plaatsen de firma Nieu
wenhuizen mooie aanbiedingen gedaan zijn en zij zelfs van
een gemeente fabrieksgebouwen ter beschikking kon krijgen,
r|f| »»M\ -JOOY .jwifl j&(f fll) .T'-'T-' |]5
motri* 'jhvo