250 MAANDAG 17 DECEMBER 1928. ze zoo spoedig mogelijk te veikoopen, waarom zou dan de gemeente dien grond tegen kostprijs moeten verkoopen en zoodoende dien persoon in de gelegenheid stellen zooveel mogelijk winst te halen, zooals b.v. gebeurd is bij Zuiderzicht, waar de gemeente '16.589 verlies heeft geleden1? Onder zekere omstandigheden is het voor een gemeentelijk grondbedrijf volkomen geoorloofd om winst te behalen wanneer een gunstig gelegen stuk grond, b.v. aan een grooten verkeersweg of bij een fraai park, tegen een lagen prijs van de hand gedaan wordt, is het eenige gevolg, dat de gelukkige bouwer, die er de hand op weet te leggen, een abnormaal hooge winst behaalt en dat de winst, die in de gemeentekas had kunnen vloeien, een enkeling in den zak wordt gestoken. De financiëele kant is voor spreker evenwel niet de hoofdzaak op den socialen kant legt hij den vollen nadruk. Trouwens, financiëel gunstiger resultaten zullen indirect ook een zeer nuttige sociale werking hebben. Den laatsten tijd worden hier alle sociale maatregelen ter zijde gesteld, omdat er geen geld is; wanneer grond voor arbeiderswoningen dus voor niet te hoogen prijs beschikbaar gesteld kan worden en toch het groridbedrijl baten kan afwerpen, kan men zich daarover slechts verheugen. De voordeelen van een grondbedrijf kunnen alleen tot hun recht komen, wanneer de gemeente den grond in haar bezit houdt, dien dus niet verkoopt, maar in erfpacht uitgeeft; hetzelfde motief, dat pleit voor grondaankoop, pleit ook voor den exploitatievorm van erfpacht, waardoor de grond niet verloren gaat voor de stadsuitbreiding, de volkshuis vesting en de gemeentefinanciën. "Voor de stadsuitbreiding is dit van belang, omdat in volgende tijden de eischen geheel anders kunnen en vermoedelijk ook zullen zijn dan nu, zoodat met de behoeften der toekomst alleen rekening gehouden kan worden, wanneer de gemeente periodiek weer de beschikking krijgt over den grond. Het is van belang voor de volkshuisvesting, omdat de opruiming van krotten veel minder bezwaar zal ontmoeten, ook in financiëel opzicht, indien na afloop van de 75-jarige erfpachtsperiode de beschikking kan worden verkregen over den grond. Voor de gemeentefinanciën is het van belang, omdat de waardevermeerdering, die de grond na de uitgifte in erfpacht ondergaat, nog veel grooter is dan die daarvoor. Bij verkoop doet men daarvan volledig afstand; bij uitgifte in erfpacht op langen termijn kan men daarop de hand leggen na afloop van dien termijn. In de memorie van antwoord zegt het College in antwoord op een vraag van spreker, dat door Burgemeester en Wet houders in elk geval zal worden nagegaan of de voorkeur moet worden gegeven aan erfpacht dan wel aan verkoop; een vaste gedragslijn verdient voor Leiden h. i. nog geen aanbeveling. Daar Burgemeester en Wethouders niet motiveeren, waarom een vaste gedragslijn voor Leiden alsnog geen aanbeveling verdient, zou spreker Burgemeester en Wethouders willen verzoeken bij de beantwoording van zijn betoog die moti veering te geven. Het zal niemand bevreemden, dat spreker in deze van meening verschilt met het College, want spreker acht het, indien de goede wil bij Burgemeester en Wethouders aan wezig is, zeer goed mogelijk om het erfpachtstelsel ingang te doen vinden, evenals dit in andere plaatsen gebeurt. Aanvankelijk zijn er natuurlijk, evenals ook in andere plaatsen, bezwaren te overwinnen, maar welk bedrijf heeft niet met bezwaren te kampen? Het bezwaar, dat eenige jaren geleden nog bestond, dat op erfpacht geen hypotheek wordt gegeven, is nu vervallen. Vrijwel alle hypotheekbanken verschaffen hypotheek op erf pacht, en dit heeft ten gevolge gehad, dat in vele plaatsen van Nederland gebouwd wordt volgens het erfpachtstelsel. Spreker zegt niet op losse gronden, dat allerlei banken hypo theek geven op erfpachtsgronden en om te voorkomen, dat spreker straks het verwijt krijgt, dat hij niet met bewijzen is gekomen, zal spreker eenige plaatsen noemen en daarbij de namen vermelden van de bankinstellingen, die hypotheek ver strekken op erfpacht. In Leeuwarden bestaat het erfpachtstelsel en daar geven enkele banken hypotheek; in Haarlem en Vlaardingen,diverse bankinstellingen; in Hengelo bestaat een gemeentelijke bank; in Tilburg bestaat een gemeentelijke bank en diverse bank instellingen geven hypotheek; in den Haag een gemeentelijke bank en diverse bankinstellingen; in Arnhem een gemeente lijke bank en diverse bankinstellingen in Maastricht het Alge meen Burgerlijk Pensioenfonds, de Rijksverzekeringsbank en het herstellingsoord Huize Maria Amalia" te den Haag. Het erfpachtstelsel wordt toegepast te Amsterdam, Vlaar dingen, Zwolle. Apeldoorn, Dordrecht, Groningen, Hilversum, 's-Hertogenbosch, Zutphen, Delft en wellicht in nog meer plaatsen. Leiden staat bekend om het proeven nemen met zaken, die al jaren elders zijn toegepast, zoo b.v. met de asfalteering, modern hulpmateriaal bij gemeentewerken enz. Zoo gaat het ook met het eifpachtstelsel, een zaak van groote sociale beteekenis. Wellicht zullen Burgemeester en Wethouders aanvoeren, dat de gemeente niet voldoenden grond te harer beschikking heeft om het erfpachtstelsel in te voeren, maar in de Raadszitting van 1 October j.l. deelde Wethouder Splinter mede, dat voor volkshuisvesting en andere doeleinden 140 H.A. beschikbaar was en volgens de gegevens, die spreker ten dienste staan, bedraagt thans de oppervlakte van den beschikbaren grond 164 H.A. Men kan dus niet zeggen, dat er niet voldoende grond is. In Haarlem was de oppervlakte van den grond, dien de gemeente in eigendom had, 64 H.A., en in 1926 is dit opgeklommen tot 132 H.A. Toen de gemeente Haarlem 64 H.A. in eigendom had, werden er 11 H.A. in erfpacht uit gegeven, en in 1926 35 H.A. In Maastricht is het aantal H.A. grond, dat in het bezit is van de gemeente, rond 200 H.A., waarvan 16 H.A. in erfpacht zijn uitgegeven. Met het grondbezit van Leiden is dus het erfpachlstelsel in te voeren. Wat betreft gemeenten met een groot grondbezit, Schiedam, met een grondbezit van 271.05.14 11. A., heeft in erlpacht uitgegeven 33.00.96 H.A.; voor Vlaardingen zijn deze cijlers 883.16.26 en 58.58.23 H. A.; voor Leeuwarden 251.25.16 (206.99.64 H.A. cultuurgronden en 44.25.52 H. A. bouwgrond) en 34.25.96 H.A.voor den Haag 1073.19.64 (weiland enz. 687.89.39 en bouwgrond 102 31.98 H.A.) en 282.93.27 H.A. In al deze plaatsen is, gezien het aantal H. A. grond, die daarvoor beschikbaar zijn, het erfpachtstelsel met succes ingevoerd. Hoewel de financiëele zijde niet de hoofdzaak voor spreker is, mag men deze niet geheel uit het oog verliezen. Een goed financiëel beleid van het grondbedrijf met erfpachtstelsel is voor de gemeente van groot sociaal belang. Na de erfpachts periode van 75 jaar heeft men den grond weder tot zijn be schikking en kan men een nieuwe overeenkomst sluiten, waarbij rekening wordt gehouden met de waardevermeer dering van den grond; de gemeente kan den grond ook zelf noodig hebben en moet dan voor de opstallen schadever goeding betalen. Door den canon zoodanig te steller., dat noch de gemeente noch de erfpachter daardoor schade onder vinden, zal de gemeente een dergelijke waardevermeerdering op haar gronden kunnen verkrijgen, dat rente en aflossing van het aan het grondbedrijf geleende kapitaal behoorlijk kunnen geschieden. Mocht door een juiste financiëele politiek door het grond bedrijf winst gemaakt worden, dan moet die in de gemeen tekas gestort w orden voor andere sociale doeleinden. Zoo blijkt uit het jaarverslag over 1927 van Leeuwarden, dat een bedrag van 1L219.70 als winst op in erfpacht uitgegeven grond aan de gemeente uitgekeerd is en 17.623.42 als winst op de cultuurgronden, dus in totaal 28.843.12. In den Haag wordt eerst gestort 725.000 in het aflossingsfonds voor opstallen en 930.000 in het fonds voor aflossing van rente en leeningen en dan wordt er nog een zuivere winst van 570.000 in de gemeentekas gestort. De sociaal-democratische fractie stelt deze zaak princi- piëel aan de orde en zij vertrouwt dan ook, dat het College of de Raadsleden haar op principiëele gronden zullen be strijden en geen omwegen zullen gebruiken, maar recht op hun doel zullen afgaan, dan weet men wat men aan elkan der heeft. Waar spreker zeide, dat de zaak principiëel gesteld moet worden, wil dat nog niet zeggen, dat degenen, die de zaak niet principiëel stellen, tegen het erfpachtstelsel moeten zijn. Er zijn bewijzen te over, dat dit niet behoeft. Spreker heeft voor zich de conclusies, waartoe de Nederlandsche Vereeni- ging van Gemeentebelangen en het gemeentebestuur van Haarlem zijn gekomen. In 1923 diende een partijgenoot van spreker in Haarlem een voorstel in uitsluitend om een ge meentelijke hypotheekbank te stichten en naar aanleiding daarvan dienden Burgemeester en Wethouders als volgt van antwoord »De vraag, erfpacht of verkoop, gezien uit het oogpunt van het algemeen belang, op welk belang door de gemeente toch in de allereerste plaats moet worden gelet, wordt voor het grootste gedeelte beslist door de wenschelijkheid, steeds zooveel mogelijk bouwrijpen grond tegen een zoo laag moge lijken prijs beschikbaar te hebben. Daarvoor is natuurlijk het stelsel van erfpacht te ver kiezen boven dat van verkoop. Bij erfpacht toch blijft de grond eigendom van de gemeente en na afloop van den erfpachtstermijn indien de grond voor bepaalden tijd is uitgegeven komt hij dus weer ter vrije beschikking van de gemeente. Zijn de opstallen nog in behoorlijken staat, dan kan desgewenscht de erfpachts termijn met een aantal jaren worden verlengd, of is dit niet het geval, dan kunnen de opstallen worden verwijderden de bestemming van den grond opnieuw worden bepaald met inachtneming van de eventueel gewijzigde omstandigheden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1928 | | pagina 16