246
MAANDAG 17 DECEMBER 1928.
theoretische inzichten der sociaal-democraten als door de
practische voorstellen, die zij telkens in den Raad doen.
Geen partij voert zulk een consequente hervormingspoli
tiek als de S. D. A. P., die dit kan doen zonder haar revo
lutionair doel, de vernietiging van het kapitalisme, ontrouw
te worden, omdat zij de komst van het socialisme verwacht
van het optreden der proletarische massa, niet alleen door
eigen kracht, maar ook door de publieke lichamen beschermd
tegen den demoraliseerenden invloed van het kapitalisme.
Het hangt van de houding der burgerlijke meerderheid af,
inzonderheid der min of meer democratisch voelenden daar
onder, of de sociaal-democratische hervormingspolitiek tot
practische daden zal leiden.
Herhaaldelijk zijn de sociaal-democraten hierin teleurge
steld, doordat de burgerlijke meerderheid hun voorstellen
verwierp; ook de christelijke arbeiders hebben daaraan trouw
meegedaan. Spreker weet niet, of dat dit jaar weer zal ge
beuren, maar dit zal de sociaal-democraten niet ontmoedigen,
en hunne overtuiging, dat zij kennen den weg, die leidt uit
het kapitalisme met zijn uitbuiting, onrecht en ouderlingen
strijd naar het socialisme, gegrond op rechtvaardigheid, men-
schenliefde en kameraadschap, blijlt ongeschokt. Zij zullen
voortgaan, zoolang hun dit mogelijk is, om deze taak te ver
vullen totdat zij hun doel hebben bereikt.
De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een voorstel
van den heer Heemskerk, luidende
»De Raad,
overwegende dat het gewenscht is ten bate der grootere
gezinnen reductie te verleenen op de prijzen van gas en
electriciteit, noodigt Burgemeester en Wethouders uit, voor
stellen aan den Raad te doen waarbij aan dit verlangen
worde tegemoet gekomen.''
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt be
sloten dit voorstel bij de algemeene beschouwingen te be
handelen.
De Voorzitter deelt mede, dat de heer Vallentgoed hem
bericht heeft, wegens ongesteldheid voorloopig de vergade
ringen niet te kunnen bijwonen.
De heer van Es zegt, dat de anti-revolutionaire fractie
zelfs een oogenblik overwogen heeft, om, evenals die in den
Raad van Delft, niet deel te nemen aan de algemeene
beschouwingen. Na het college van den heer van Eek acht
spreker het echter gewenscht met een enkel woord aan de
algemeene beschouwingen deel te nemen. Spreker zal echter
niet een rede houden, zooals de heer van Eek, die een college
heeft gegeven over de gemeentepolitiek; het ligt niet opzijn
weg hetzelfde te doen ten aanzien van de anti-revolutionaire
gemeentepolitiek; wie daarvan wat weten wil,kan zijn kennis
daaromtrent in allerlei geschriften vermeerderen. Jn 1928
heeft de anti-revolutionaire fractie grootendeels het College
van Burgemeester en Wethouders gesteund en gezien de
begrooting voor 1929 en de memorie van antwoord daarop
wil die fractie ook in 1929 gaarne zooveel mogelijk het College
steunen. Gezien de samenstelling van den Raad en van het
College zullen natuurlijk niet alle specifiek anti-revolutionaire
wenschen in de gemeentepolitiek kunnen worden vervuld.
Spreker zal die dan ook niet noemen, maar enkele algemeene
verlangens bespreken.
De anti-revolutionaire fractie zal gaarne zien, dat een chris-
telijk-sociale politiek wordt gevolgd; daarvoor is geld noodig
en daarom juicht spreker de stichting van een fonds van
f 195.000.— van harte toe. Spreker kan dari ook niet meegaan
met allerlei door de S. D. A. P. ingediende voorstellen, die
ten doel hebben verschillende posten der irikomstenbegrooting
naar beneden te brengen en anderzijds onderscheidene posten
der begrooting van uitgaven ontzaglijk te verhoogen. Indien
men daartoe overging, dan zou de gemeente spoedig aan den
rand van den afgrond zijn en dat niet alleen, maar er ook
diep in vallen. Dit zou wellicht voor de sociaal-democraten
iets heel moois zijn, want dat zouden zij gaarne zien. Dan
zouden zij bij de nieuwe verkiezingen kunnen zeggendat
heb je te danken aan de rechtsche meerderheid van den Raad,
hoewel deze natuurlijk wel het tegendeel zou weten. De
rechterzijde zal voorzichtig moeten zijn en zich niet den weg
moeten iaten opdringen, dien zij principieel niet wenscht en
ook niet kan opgaan. Al lijkt het nog zoo mooi, de rechter
zijde zal zich er voor wachten zelfs een eerste schrede op
dien verkeerden weg te doen.
Spreker begrijpt, dat de heeren aan de overzijde er het
land aan zullen hebben, maar hij wil toch even memoreeren,
dat het in 1918 den sociaal-democraten mislukt is het roer
van het schip van Staat in handen te krijgen en sindsdien
zijn zij vari tactiek veranderd. De revolutionnaire weg werd,
althans tijdelijk, verlaten, en nu wordt getracht, uitgaande
van de lagere bestuursorganen, den socialistischen heilstaat
op te bouwen. De rechterzijde is echter op haar hoede en
zij zal zich derhalve ook te wachten hebben voor uitbreiding
der overheidsbemoeiing. Zooveel mogelijk moet worden over
gelaten aan het particulier initiatief. Dat zal moeten worden
aangemoedigd en zoo noodig ook moeten worden gesteund.
In het particulier initiatief heeft men veel goeds te zien, en
men moet niet alleen de slechte uitwassen er van naar voren
brengen, zooals de gewoonte aan de overzijde, helaas, maar
al te vaak is. Het particulier initiatief is niet per se slecht en
hetgeen de overheid doet niet per se goed te noemen.
Alle pogingen van het College of van het hoofd der
gemeente om de rust in de stad te bewaren zullen gaarne
door sprekers fractie worden ondersteund. Niets zal haar
aangenamer zijn, dan wanneer de Zondagsrust zooveel mogelijk
wordt bevorderd, opdat zoo min mogelijk iets in den weg
wordt gelegd aan de Zondagsheiliging en zij spreekt gaarne
de hoop uit, dat het hoofd der gemeente aan de toepassing
van de Zondagswet zooveel mogelijk de hand houde, zoodat
deze zaak niet min of meer op losse schroeven komt te staan.
De meening, die aan de overzijde bestaat, dat, wanneer het
tijdens de uren van kerkbezoek in de stad maar rustig is,
alles wel in orde is, kan sprekers fractie ten eenen male niet
deelen. Voorstellen om optochten op Zondag te houden en
dergelijke zullen den steun van sprekers fractie ook nimmer
kunnen ontvangen.
Bijzonder aangenaam zal het sprekers fractie ook nog zijn,
indien er spoedig een regeling van het bewaarschoolonderwijs
tot stand komt. In dat opzicht gaat sprekers fractie met den
heer Sijtsma mede. Het is een zaak, die inderdaad urgent
genoemd mag worden. 1400 kinderen toch bezoeken de
bijzondere bewaarscholen, tegen 600 de openbare. Spreker
meent, dat de oplossing gezocht zal moeten worden in dezen
regel, dat als beginsel wordt aangenomen niet het gemeente
lijk bewaarschoolonderwijs, maar het bijzondere, financieel
gesteund door de gemeente, natuurlijk onder de noodige
waarborgen.
Wat betreft de toelating van verschillende vermakelijkheden
in Leiden, betuigt spreker dank aan den Voorzitter voor de
opwekking, die hij indertijd, ook in den Raad, heeft laten
hooren ten aanzien van de kerkelijke herdenking van het
beleg en ontzet van Leiden op 3 October. Spreker betuigt
ook zijn instemming met het besluit van den Voorzitter om
op 3 October geen personen toe te laten, die voorstellingen
gaven met allerlei min of meer gedresseerde dieren; spreker
hoopt, dat kermisvermakelijkheden en circusvertooningen
zooveel doenlijk uit Leiden zullen worden geweerd; die kloppen
veel geld uit de zakken der burgerij, ook uit die van den
minderen man en werken niet verheffend op de menschen.
Aan de dressuur van die dieren is reeds veel dierenleed
voorafgegaan en gaat ook ermede veel dierenleed gepaard
ook staan de grappen, die gedebiteerd worden, vaak zeer laag
bij den grond deze werken niet mede om de burgerij op
een hooger peil van ontwikkeling te brengen, en roepen vaak
lagere begeerten en hartstochten wakker. Men behoeft de
menschen werkelijk niet slechter te maken dan zij reeds zijn.
Nu kan men met verwondering uitroepen»zijn de menschen
dan zoo slecht; dat wist ik niet," maar spreker wist dat al
lang; de oude Bijbel leert het reeds op de eerste bladzijde
en meerdere leden hier, ook van de overzijde, zullen dat heel
goed weten.
De heer Schüller zegt, dat in afwijking van vorige jaren,
thans de leider van de anti-revolutionaire fractie is ingegaan
op het principiëele betoog van den heer van Eek, waarschijnlijk
naar aanleiding van de aansporing van zijn partijorgaan van
verleden jaar, dat het wel eens noodig was, dat ook de anti
revolutionaire partij principieel haar standpunt bij de alge
meene beschouwingen naar voren bracht. Spreker wil evenwel
niet zeggen, dat het betoog principiëel was, want als men
iets principiëel wil stellen, moet men vóór of tegen zijn, maar
niet zeggen ^zooveel mogelijkzoo heeft de heer van Es
gezegd, dat hij het aangenaam zou vinden, als y>zooveel mogelijk
toepassing van de Zondagswet werd bevorderd. Als hij principiëel
was, moest hij onvoorwaardelijk tegen alles zijn wat met de
Zondagswet in strijd is.
Indien de Katholieke en Christelijke leiders er geen behoefte
aan hebben om een principiëel debat te voeren, dan moeten
zij toch niet op een principiëele redevoering van den leider
van de S. D. A. P. antwoorden met schouderophalen en met
schimpscheuten.
Indien die heeren het met den heer van Eek niet eens zijn,
dan moeten zij hem ook aandurven en niet wachten tot de
andere leden van de S. D. A. P. het woord gevoerd hebben.
Opmerkingen als »is hij de voorzitter" is men van den heer
Huurman gewend. De heer Huurman zoekt zijn kracht altijd
in niets zeggende kleine opmerkingen, maar een behoorlijk
debat met een der leden van sprekers partij heeft hij nooit
gehouden. Dat durft hij misschien niet. Indien de heer
Huurman iets zegt, bepaalt hij zich meestal tot phrasen.