7 afdeeling gehuisvest zal zijn en dat de tegenwoordige kamer van den Wethouder beschikbaar komt voor den Wethouder van Financiën, waarna aan de kamer, op het oogenblik door laatstgenoemden Wethouder ingenomen, hare vroegere bt stem ming als wachtkamer voor den Burgemeester kan worden teruggegeven. De tegenwoordige lokaliteiten van de afdeeling Onderwijs zullen voor uitbreiding van de bureauruimte der Secretarie beschikbaar worden gehouden. In de tweede plaats moet in eenige meerdere ruimte ten behoeve van den dienst van het Bouw- en Woningtoezicht worden voorzien, welke dienst op het oogenblik voor de huisvesting van den Directeur, de administratie, 4 opzich ters en het archief, zoomede voor het ontvangen van publiek slechts over 3 lokalen beschikt; deze aan het bureau Gemeentewerken grenzende lokalen zijn bovendien dringend noodig ten behoeve van eene ruimere en betere huisvesting van den dienst der Gemeentewerken. Immers, de afdeeling bestra tingen is thans provisorisch ergens in een ander deel van het Eaadhuis ondergebracht, het bureau voor de centrale riolee- ring is geheel buiten het Raadhuis gevestigd, terwijl het vertrek, waarin de Adjunct-Directeur is gehuisvest, zelfs niet aan bescheiden eischen voldoet. Aanvankelijk is overwogen, den dienst van het Bouw- en Woningtoezicht in perceel Vischmarkt 11 onder te brengen. Van dit plan is echter afgezien wegens de weinig overzichtelijke ligging van de ruimten in dit perceel en de minder gemakkelijke bereik baarheid van de hooger gelegen lokalen voor het publiek Mitsdien is thans het plan, ook den dienst van het Bouw en Woningtoezicht in de voormalige politielokaliteiten on Ier te brengen. Hiertoe zijn bestemd 5 lokaliteiten, n.l. een kamer voor den Directeur, een bureau voor de administratie, twee bureauruimten voor de 4 opzichters en een kamer voor het archief van den dienst. Voorts wordt, gelijk reeds gezegd, gezamenlijk met de afdeeling Onderwijs over een wachtkamer beschikt. Ook deze lokaliteiten liggen alle op den beganen grond en zijn door den ouden hoofdtoegang van het politie bureau direct van de Breestraat uit bereikbaar. De tegen woordige lokaliteiten van den dienst van het Bouw- en Woningtoezicht zullen, gelijk wij reeds opmerkten, voor den dienst der Gemeentewerken worden bestemd. In de derde plaats kan van deze verbouwing gebruik worden gemaakt, om de zolders va het Raadhuis te bevrijden van den zwaren last van het nieuw archief en andere boeken en bescheiden, welke tot dusverre aldaar werden geborgen, doch welken last deze zolders, naar de Directeur der Gemeentewerken ons bij herhaling met nadruk verzekerde, zonder gevaar niet langer dragen kun nen. Voor zoover het nieuw archief niet in aanmerking komt, om naar het oud-archief te worden overgebracht, zal het ten deele worden geborgen in enkele, nog over blijvende, voor bureaux niet geëigende ruimten van het voormalige politiebureau; het overige zal worden onder gebracht in het perceel Vischmarkt 11, hetwelk binnendoor met het Raadhuis in rechtstreeksche verbinding zal worden gebracht en nog voor meerdere berging ruimte blijft bieden. De kosten van een en ander, voor nadere bijzonderheden waarvan naar de overgelegde teekenirigen verwezen wordt, zullen, met inbegrip van eenige voorzieningen in de Burge meesterskamer en in de Leeskamer voor de raadsleden, waar van een nadere specificatie bij de stukken ter inzage is ge legd, 41.800.bedragen. Ten slotte meenen wij, dat van deze gelegenheid gebruik moet worden gemaakt, om verbetering te brengen in de tegenwoordige wijze van verwarmen van het Raadhuis, welke onvoldoende moet worden geacht, door het geheele raadhuis complex te voorzien van centrale verwarming. Immers, niet alleeu zal hierdoor een grooter aantal ruimten kunnen wor den verwarmd, doch deze verwarming zal ook vermoedelijk goedkooper zijn in het gebruik, dan de tegenwoordige wijze van verwarmen. Bij een aanlegsom van 25.000.welk bedrag op een gedetailleerde prijsopgave berust, zullen de exploitatiekosten met inbegrip van de noodige afschrijving n.l. slechts 4725.bedragen per jaar, waartegenover de jaarlijksche kosten van de tegenwoordige wijze van verwar men met inbegrip van de noodige afschrijvingen op kachels, enz. moeten worden gesteld op 5010.—. Centrale verwar ming is derhalve niet alleen doelmatiger, doch vermoedelijk zelfs goedkooper. Bij den aanleg zal met een eventueele uit breiding later van het aantal te verwarmen ruimten reke ning worden gehouden. Wij geven U alsnu, in overeenstemming met de Oommissiën van Fabricage en van Financiën, in overweging, ten behoeve van eene verbouwing van het voormalige nachtverblijvers- lokaal, de voormalige politielokaliteiten in het Raadhuis en het perceel Vischmarkt 11, resp. tot een politie-post met rijwiel berging, bureaux voor de afdeeling Onderwijs der gemeente secretarie en den dienst van het Bouw- en Woningtoezicht, een gelegenheid tot berging van het nieuw archief, zoomede voor het aanbrengen van eenige voorzieningen in de Burgemeesters kamer en in de Leeskamer voor de raadsleden en voor den aanleg van centrale verwarming, door vaststelling, van den overgelegden begrootingsstaat een bedrag van in totaal OH.800.te onzer beschikking te stellen. Aan den Gemeenteraad Burg. en Weth. van Leiden. N°. 54. Leiden, 29 Februari 1928. Bij de discussiën in Uwe Vergadering van 19 December 1927, (zie Handelingen van den Gemeenteraad 1927, bldz. 349 e. v.), gevoerd naar aanleiding van de interpellatie van den Heer de Reede betreffende de toepassing van de in art. 1 O. sub 2° van de recognitie-verordening (Gemeente blad 1921 ïfo. 14) opgenomen bepaling, volgens welke voor het hebben ten behoeve van een fabriek of ander bedrijf van een loozing, hetzij een rechtstreeksche of middellijke, van vuil of water in een gemeenteriool of gemeentewater, belasting verschuldigd is, werd onzerzijds de toezegging gedaan, dat door ons College zou worden overwogen, in hoever aan de te dier zake tot uiting gekomen klachtèn kon worden tegemoet gekomen. Zooals gebleken is, zijn de bezwaren in hoofdzaak gericht tegen het belasten van die bedrijven, voor welker uitoefening het gebruik van water, anders dan ten gerieve van het personeel of voor het schoonhouden, geen noodzakelijk ver- eischte is en ten behoeve waarvan het dus evenmin nood zakelijk is vervuild water of andere vloeibare stoffen af te voeren. Dezerzijds bestaat er geen bezwaar tegen, de heffing van de belasting in vorenbedoelden zin te beperken, doch zulks kan slechts geschieden door wijziging van de desbetreffende bepaling der verordening. Het woord bedrijf' behoort daarbij, als hebbende een te ruime beteekenis, vervangen te worden door het woord „werkplaats", hetwelk niet alleen aansluit aan het vooraf gebezigde woord „fabriek", doch ook aanduidt dat uitsluitend bedoeld worden inrichtingen tot vervaardiging, herstelling e >z. of alwaar voorwerpen, stoffen of waren een bewerking plegen te ondergaan, teneinde ze tot verkoop of gebruik geschikt te maken. Winkels, kantoren en dergelijke, hoezeer ook dienende voor het uitoefenen van een bedrijf, vallen dan buiten de heffing, doch inrichtingen als b.v wasscherijen blijven, evenals tot nog toe, belast. Bovendien komt, door vóór de woorden ,.ten behoeve van" het woord kennelijk" te plaatsen, tot uitdrukking, dat de loozing slechts dan belast is, als het in de fabriek of werkplaats uitgeoefende bedrijf noodzakelijkerwijze een afvoer van vuil of vuil water behoeft. Teneinde mogelijk misverstand omtrent de beteekenis van de woorden „fabriek" en „werkplaats" te voorkomen, zal volledigheidshalve een definitie van deze woorden aan de bepaling dienen te worden toegevoegd. Hieromtrent zijn wij van oordeel, dat te dien aanzien in hoofdzaak kan worden gevolgd hetgeen in art. 1 sub 1°. van de Veilig heidswet daaromtrent is bepaald. Wij geven U derhalve overeenkomstig het advies van de Commissie van Financiën in overweging over te gaan tot vaststelling van de navolgende verordening VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 9 Augustus 1921 (Gemeenteblad No. 14), regelende de heffing van eene plaatselijke belasting voor het gebruik van openbare gemeentewerken en -bezittingen te Leiden en voor diensten door de gemeente bewezen, laatstelijk ge wijzigd bij verordening van 30 November 1925 (Gemeenteblad No. 25). Eenii) artikel. Artikel 1 sub C 2°. van bovengenoemde verordening wordt gelezen „Voor het hebben van een loozing, hetzij eene recht streeksche of middellijke, van vuil of water in een gemeente riool of in gemeentewater, kennelijk ten behoeve van een fabriek of werkplaats, voor een jaar10. „Voor de toepassing van deze bepaling wordt onder fabriek of werkplaats verstaan iedere, hetzij open of besloten ruimte, waar, in of voor eenig bedrijf, pleegt gewerkt te worden aan het vervaardigen, veranderen, herstellen, versieren, afwerken of op andere wijze tot verkoop of gebruik geschikt maken van voorwerpen, stoffen of waren, of waar, in of O

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1928 | | pagina 9