MAANDAG 23 JANUARI 1928. 1 Zitting van Maandag 23 Januari 1928* Geopend des namiddags te twee uur. Voorzitter: (le heer Burgemeester Mr. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN. Te behandelen onderwerpen: 1° Benoeming van vijf leden van de Plaatselijke School commissie. (2) 2° Benoeming van een lid van de Commissie voor de Bewaar scholen. (3) 3° Benoeming van eene leerares in het Engelsch aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (4) 4° Benoeming van een lid van het bestuur van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (1) 5° Begrooting, dienst 1928, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (8) 6° Voorstel in zake de verhuring van het voorm. ljkkantoor aan de Lammermarkt, aan de vereeniging „de Leidsche Padvinders". (5) 7° Voorstel tot verhuring van een 3-tal lokalen met binnen plaats en bijbehoorende localiteiten van het voormalig schoolgebouw aan de van der Werfstraat, aan de ver eeniging »de Leidsche Padvinders". (13) 8° Voorstel in zake de verhuring van een gedeelte van het voorm. schoolgebouw aan de van der Werfstraat, aan de atd. Leiden van den R. K. Volksbond. (19) 9° Voorstel tot overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente van den voor straat bestemden grond, deel uitmakende van het perceel Hooge Rijndijk, Sectie M. No. 4324. (9) 10° Voorstel tot overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente van een strook grond aan de Lijsterstraat, kad. bekend gemeente Leiden, Sectie P. No. 638 ged. (14) 11° Voorstel tot verkoop van het ten name van de gemeente, als mede-eigenares van het kadastrale perceel Sectie 1, No. 2628, staande stukje grond aan de Duivelshoornpoort. (10) 12° Voorstel om aan het bestuur der Gereformeerde School- vereeniging een voorschot te verleenen op de vergoeding, bedoeld in art. 101, 9e lid, der Lager Onderwijswet 1920, voor een vakonderwijzer in wiskunde aan de school voor U.L.O. aan de Hooglandsche Kerkgracht No. 20a. (6) 13° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van de stichting van een school voor gewoon lager onder wijs aan de Javastraat, door de Vereeniging tot oprichting en instandhouding van scholen voor lager- en meer uit gebreid lager onderwijs op Gereformeerden grondslag. (7) 14° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van de kosten van aansluiting van wijk II op de centi-ale rioleering. (15) 15° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van het verleenen van bijdragen aan scholen voor doof stomme en blinde kinderen. (20) 16° Praeadvies op het verzoek van het Hoofdbestuur van den Alg. Bond van Politiepersoneel in Nederland, om aan het in deze gemeente dienstdoende politiepersoneel een vacantietoeslag te verleenen. (11) 17° Praeadvies op het namens W. F. van Ingen Schenau ingesteld beroep tegen de afwijzende beschikking op zijn verzoek om vergunning tot het veranderen van perceel Witte Singel 59. (16) 18° Nader praeadvies op het verzoek van de Leidsche Ka toen-Maatschappij voorheen de Heyder en Co., om ver gunning tot het maken van een verbindingsbrug van hare fabriek aan de Heerengracht naar die in de Looiers straat. (95 van 1927 en 17) 19° Praeadvies op het verzoek van de afd. Leiden van het «Instituut voor Arbeidersontwikkeling", om het kosteloos gebruik van de Stads-gehoorzaal, ten behoeve van het houden van een ontspanningsavond voor werkloozen. (18) 20° Verordening, houdende wijziging van de verordening van 15 April 1909 (Gemeenteblad No. 3), tot voorkoming van brand. (21) Tegenwoordig zijn alle (33) leden, namelijk: de heeren van Eek, Vallentgoed, Parmentier, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Schüller, Verweij, Kooistra, Spendel, Sijtsma, Heemskerk, Manders, Bosman, de Reede, Meijnen, van Tol, Kuivenhoven, Bergers, van der Reijden, Eikerbout, Romijn, Burgerjon, Wilmer, Reimeringer, Tepe, Splinter, Goslinga, van Stralen, van Es, Huurman, Wilbrink, van Rosmalen, Baart en Groeneveld. De Voorzitter houdt de volgende toespraak Dames en Heeren Het is mij een behoefte bij den aanvang van de eerste zitting van den Gemeenteraad in het nieuwe jaar U en door U aan de geheele burgerij mijn hartelijke gelukwenschen aan te bieden en allen, die mij hunne wenschen toezonden, daarvoor nogmaals te danken. God moge onzen arbeid ook dit jaar zegenen en wij mogen ons door Zijnen Geest laten leiden in het verantwoordelijke werk, dat wij hier tezamen tot stand te brengen hebben. 1927 is voor onze stad niet van groote beteekenisgeweest; voor groote onheilen, behoudens dan de brand in de drukkerij van de Leidsche Courant, bleef de stad gespaard. Uit de rijen der vroede vaderen verloor de gemeente een der ijverigen in den heer Witmans; zijn doodsklok was blijk baar ook die voor zijne partij en voor nog een andere, want toen de Raad in Juni van het afgeloopen jaar vernieuwd werd, verdwenen zij uit de rij. Met die raadsverjonging ging samen een verandering in het College van Burgemeester en Wethouders, dat thans ontworsteld aan de tijdroovende begrootingsbeslommeringen het schip op koers hoopt te houden op den weg des voorspoeds. Onder de kringen van het personeel in dienst der gemeente betreuren wij het verlies van Dr. van der Kolk, die dooi den dood aan zijn nuttige werkzaamheden onttrokken werd. Ir. Driessen, Dr. Beversen en Mej. Numan verlieten den dienst met pensioen. Onder de vele belangrijke raadsbeslissingen mag ik noemen die tot den bouw van 174 woningen aan den Morschweg, tot het bouwen van een groote Havenbrug, tot verbreeding van het Gangetje, tot het leggen van een deel van het stam- riool der centrale rioleering, alsmede tot een uitbreiding van de Gestichten met twee paviljoens, een verbreeding van de Morschpoortbrug en verandering van den toegangsweg tot die brug. Grootendeels zijn deze werken reeds voltooid. Van groot belang was de tot standkoming en in gebruik neming van de Janvossenbrug, van het nieuwe kaasmarkt terrein, alsmede de opening van het nieuwe Politiebureau. De bevolking van Leiden is maar ter nauwernood in zielen aantal toegenomen. Er is toeneming door geboorten, er is verloop der bevolking door vestiging elders. Het is moeilijk te zeggen of toeneming onder alle omstandigheden een zegen is, stilstand of achteruitgang is echter zeker nadeelig en wij mogen er wel op bedacht zijn de levensvoorwaarden in deze gemeente zoo te maken, dat begeerenswaardige elementen zich tot vestiging aangetrokken, niet daarvan afgeschrikt zien. Betreuren doe ik het, dat het levendig schouwspel, dat de bewoonde Kweekschool voor Zeevaart in vroeger jaren bij het betreden der stad opleverde, thans geheel van aanzien veranderd is. Moge die mooie en goede Leidsche stichting, die dit jaar naar het schijnt zelfs alle banden met onze nationale marine verbrak, spoedig een passende bestemming herkrijgen. De gang van het economische leven geeft weinig stof tot juichtonen, al ziet het er in het algemeen voor handel en industrie iets beter uitsumma summarum zou men kunnen zeggen, dat 1927 voor Leiden geen slecht jaar geweest is, indien niet over onze samenleving een donkere wolk hing en blijft hangen de werkloosheid, die maar niet wijken wil. Regeeringen staan daartegen hulpeloos. Werkverruiming, werkverschaffing, waarvan heil verwacht wordt, blijken of onmogelijk öf verlichten niet noemenswaard. Zij kunnen ook geen genezing brengen. Staat noch gemeente kunnen de economie beheerschen, hoogstens beïnvloeden en dan nog slechts in dien zin, dat gevaren worden afgewend of moeilijkheden uit den weg geruimd. Het zijn economische wetten, die de werkloosheid veroorzaken; er ontbreekt even wicht tusschen vraag en aanbod en het is niet mogelijk, dat vraag en aanbod zich altijd op een steeds hooger wordend niveau ontmoeten; dat kunnen menschenhand en menschen- verstand niet bewerken. Laat ons hopen, dat overleg tusschen belanghebbenden de oogen moge openen voor een juister inzicht, opdat daarna het nut van allen gediend en verzorgd kunne worden in de mate, waarin dat economisch mogelijk is. Het is mijn innige wensch, dat 1928 vooral in dit opzicht een jaar van vooruitgang moge zijn. Teekenen van instemming.) De heer Sijtsma houdt de volgende toespraak M. d. V. Op het oudste Raadslid rusten verschillende plichten, waarvan men zich soms zelf niet bewust is. Ik werd tenminste Vrijdagavond bijzonder verrast, toen ik

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1928 | | pagina 1