MAANDAG 6 DECEMBER 1926.
215
Voortzetting van de geschorste openbare
vergadering van 29 November 1926,
op Nlaandag 6 December 1926,
des namiddags te 2 uur.
Voorzitter: de heer Burgemeester Jhr. Dr. N. C. DE GIJSELA AR.
Afwezig: de heer Schoneveld wegens drukke werkzaam
heden en de heer van Rosmalen wegens ongesteldheid.
Aan de orde zijn thans de UITGAVEN van den gewonen
dienst van de begrooting van inkomsten en uitgaven der
gemeente voor den dienst 1927.
Volgnr. 160 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke
stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 161, luidende: i>Bijdrage aan
Hoofdstuk XV van den Kapitaaldienst f800000.
De heer van Eck vraagt en verkrijgt aanteekening in de
notulen, dat zijn fractie wenscht geacht te worden tegen te
hebben gestemd.
Volgnr. 161 wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
De volgnrs. 162 tot en met 168 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 169, luidende: Jaarwedden
van de ambtenaren en bedienden der gemeentesecretarie, den
concierge en de boden en van het kantoor van den gemeente
ontvanger f 134660.
De heer Baart zegt, dat in de afdeelingen is gevraagd, of
de hulp-bode, die reeds 6 a 7 jaar op proef werkzaam is,
niet een vaste aanstelling kan krijgen. Burgemeester en
Wethouders antwoorden, dat zij daaraan zullen voldoen,
zoodra zij dat gewenscht achten; maar spreker vindt een
tijdperk van 6 a 7 jaar lang genoeg, om te beoordeelen of
een proef is geslaagd. Hij hoopt, dat de betrokken persoon
spoedig een vaste aanstelling zal krijgen.
Volgnr. 169 wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
De volgnrs. 170 en 171 worden achtereenvolgens zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 172, luidende: -»Druk- en
bindwerkf 10000.
Bij dit volgnr. komen tevens in behandeling het des
betreffend adres van de afd. Leiden van den Algem. Nederl.
Typografenbond en de desbetreffende adhaesiebetuiging van
den Nederl. Grafischen Bond.
De heer van Stralen acht het beter, om dit adres alsnog
in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders om
praeadvies. Het verzoek is van nog al ver strekkenden aard
en de Raadsleden zullen op dit oogenblik de draagwijdte
ervan niet kunnen beoordeelen.
De Voorzitter acht een praeadvies onnoodig, aangezien de
zaak zeer duidelijk is. Er wordt namelijk alleen verzocht
om het drukwerk slechts aan georganiseerde patroons te
geven, terwijl Burgemeester en Wethouders tot dusver deze
handelwijze volgden, dat zij beurtëlings aan de verschillende
drukkers in Leiden het gemeentelijk drukwerk opdroegen,
zonder tusschen georganiseerden en ongeorganiseerden onder
scheid te maken. Het zou niet aangaan om bepaalde drukkers
uit te sluiten; die menschen moeten toch ook leven!
Wanneer de heer van Stralen wil, dat het drukwerk alleen
gegund wordt aan georganiseerde patroons, dan moet hij er
maar een voorstel van maken.
De heer van Stralen zou toch liever praeadvies uitge
bracht zien. De strekking van het verzoek der typografen is,
om zekerheid te hebben, dat het gemeentedrukwerk vervaar
digd wordt op drukkerijen, welke aan bepaalde arbeidsvoor
waarden voldoen, ter beveiliging dus van de arbeidsvoorwaarden
der drukkersgezellen. Aan den anderen kant willen de ge
organiseerde patroons gaarne, dat de gemeente alleen het
werk gunt aan georganiseerde drukkerijen, opdat zekerheid
besta, dat het niet komt in handen van drukkerijen, die niet
aan die voorwaarden zijn gebonden en daardoor gemakke
lijker kunnen concurreeren.
Wordt er thans een besluit genomen, dan loopt men ge
vaar, dat het niet voldoende doordacht is.
De Voorzitter antwoordt, dat niets den heer van Stralen
belet in de volgende vergadering een voorstel te doen, waar
over dan misschien praeadvies kan worden uitgebracht. Bij
de behandeling van de begrooting kan te dezer zake geen
besluit worden genomen.
De heer van Stralen stelt voor het adres en adhaesie
betuiging te stellen in handen van Burgemeester en Wet
houders om praeadvies.
Met 13 tegen 11 stemmen wordt besloten adres en adhaesie
betuiging in handen van Burgemeester en Wethouders om
praeadvies te stellen.
Vóór stemmen: de heeren Heemskerk, Dubbeldeman,
Schüller, Eikerbout, Mevrouw van Itallievan Embden, de
heeren van Tol, Sijtsma, Witmans, Mevrouw Dietrichde
Rooyen de heeren van Stralen, Wilbrink, Baart en van Eck.
Tegen stemmen: de heeren Spendel, Deumer, Coster,
Eerdmans, Sanders, Reimeringer, Meijnen, Mulder, van Hamel,
Wilmer en Bergers.
Volgnr. 172 wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 173, luidende: i>Onderhouden
en schoonhouden van het gebouw of vertrek, bestemd voor de
vergadering van den Raad en van Burgemeester en Wet -
houders en voor de secretarie der gemeente f 7941.
De heer Baart zegt, dat op de vraag, waarom de werk
vrouwen niet in vasten dienst worden genomen, is geant
woord, dat hare werkzaamheden geen vollen dagdienst ver-
eischen. Hierbij wordt uit het oog verloren, dat de werksters
zich te allen tijde beschikbaar moeten houden, en bovendien
is het feit, dat iemand niet den geheelen dag in dienst van
de gemeente is, geen reden om hem of haar een vaste aan
stelling te onthouden. Het gaat niet aan, om menschen, die
jaar in jaar uit hier werkzaam zijn, niet in vasten dienst
te nemen.
Het in de secties aangevoerd argument, dat het beter is,
dat de werksters in dienst van den concierge zijn, omdat deze
dan meer zeggenschap over haar heeft, kan spreker niet be
amen. Wie ook haar patroon is, zij moeten altijd haar werk
naar behooren doen.
Spreker dringt er daarom op aan dezen vrouwen zoo
spoedig mogelijk een vaste aanstelling te geven.
Volgnr. 173 wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
De volgnrs. 174 tot en met 181 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgnr. 182, luidende: Abonnement op
de telefoon en kosten van telefoongesprekkenf 2427.
Hierbij komt tevens in behandeling het voorstel van den
heer van Eck, luidende:
»De Raad besluit, dat aan de Raadsleden zal worden ver
strekt een telefoonaansluiting voor rekening der Gemeente."
De heer van Eck meent, dat het in het belang is van de
waarneming hunner functie, dat de Raadsleden in het bezit
van een telefoonaansluiting gesteld worden.
In de eerste plaats lijkt het hem te zijn van groot belang
voor de ingezetenen, dat zij zich snel in verbinding kunnen
stellen met de Raadsleden, wanneer ze ingelicht willen worden
of verlangen, dat zeker punt door de Raadsleden wordt
onderzocht, waartoe thans gewoonlijk de gelegenheid ont
breekt, gezien den zeer korten tijd, welke in den regel be
schikbaar is tusschen de publicatie der Stukken en de be
handeling daarvan.
In de tweede plaats is het van belang voor de onderlinge
samenwerking tusschen de Raadsleden, speciaal tusschen hen,
behoorende tot fracties, welke gewoon zijn om collegiaal op
te treden.
Ook is het van belang voor de gemeente.
Verscheidene leden maken deel uit van commissiën en
voor het contact van het gemeentebestuur met de Raads
leden is het zeer lastig, wanneer zij niet over een telefoon
beschikken.
Op de Raadsleden rust de plicht, om hunne functie zoo
goed mogelijk te vervullen; daarop heeft de gemeente recht;
maar anderzijds hebben zij het recht, om van het gemeente
bestuur te verlangen, dat het hun de vervulling hunner taak
zoo gemakkelijk mogelijk maakt.
Met het oog daarop lijkt het spreker dan ook niet onbillijk,
dat de Raadsleden in het bezit gesteld worden van een gratis
telefoonaansluiting. Het is een offer voor de gemeente, maar