198 staat verkeeren en in hun tegenwoordigen toestand voor het thans beoogde doel eigenlijk onbruikbaar zijn. Daarom zullen o. a. electrisch licht en gasverwarming moeten worden aangebracht, zullen vloeren, behangsels, urinoir, enz moeten worden hersteld* Bij eenvoudige uit voering van de te verrichten werken zal met een bedrag van 1400.kunnen worden volstaan, welke som kan worden gevonden door afschrijving van den post „Onvoor ziene uitgaven", waarop nog een bedrag van 218.757. beschikbaar is. Onder mededeeling, dat de verhuring van de geheele voormalige H.B.S. voor Jongens aan „Mathesis" afzonderlijk" bij Uwe Vergadering aanhangig zal worden gemaakt, geven wij U, in overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage, en met verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken in overweging: A. aan de vereeniging „Armenzorg" tot wederopzegging tegen betaling van een vergoeding van 20.per jaar in gebruik te geven eenige door Burgemeester en Wethouders nader aan te wijzen vertrekken van het perceel Pieterskerk gracht No. 11; B. aan de vereeniging „Schoolkindervoeding en-kleeding" tot wederopzegging tegen betaling van een vergoeding van 25.per jaar in gebruik te geven eenige door Burgemeester en Wethouders nader aan te wijzen vertrekken van hetzelfde pand; een en ander met ingang van een datum en onder de voorwaarden nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen C. vast te stellen den hierbij overgelegden begrootings- staat, model C, dienst 1925. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 290. Leiden, 14 December 1925. Op 31 December a. s. eindigt de huur van verschil lende landerijen en zal derhalve weder in de verhuring daarvan moeten worden voorzien. Gemakshalve zijn de terreinen in de navolgende rubrieken ingedeeld: I. a. De perceelen wei- en teelland benoorden den Lage Rijndijk, Sectie N. nis 219, 217, 218, 211, 173, 174, 201, 202 en 203, thans verhuurd aan J. de Graaf Czn. voor 90. per H.A. en per jaar, voorzoover een gedeelte niet aan de huur moest worden onttrokken ten behoeve van den woning bouw van „de Eendracht" en den bouw van de zwem inrichting aan de Zijl. Van het aan de huur onttrokken gedeelte zijn later weder tot 31 December 1926 strooken in gebruik gegeven aan P. Glasbergen en J. Wervelman voor 176.per H.A. b. De perceelen teelland Sectie N nis 209, 213, 214, 215, 216, verpacht aan P. Glasbergen voor 70.per H.A. en per jaar. Thans komen, in verband met een en ander, ter ver huring beschikbaar: 1. De perceelen weiland ten noorden van de Ringsloot, Sectie N nis 173 en 174, groot 5.29.20 H.A. Hiervoor heeft zich o. a. als gegadigde aangemeld A. J. Rodenburg, die het land thans reeds in onderhuur heeft en bovendien tot 31 December 1926 rechtstreeks van de gemeente voor 400.in totaal per jaar in gebruik heeft het aan de overzijde van den spoorweg gelegen perceel weiland, Sectie N no. 177, groot 1.88.50 H.A. De heer Rodenburg biedt voor de vrijkomende landerijen bij een huurtermijn van 5 jaren (eindigende alzoo 31 December 1930) een prijs van 180.per H.A. en per jaar, dat is dus het dubbele van de tegenwoordige opbrengst, terwijl hij verder genegen is overeenkomstig den door ons geuiten wensch nu reeds eveneens tot 31 December 1930, met handhaving van den thans geldenden prijs, te verlengen de huur van het ter rein Sectie N no. 177. Aangezien laatstgenoemd land alleen over de perceelen nis 173 en 174 is te bereiken, is een dergelijke combinatie in één hand ongetwijfeld wensche- lijk, terwijl een regeling volgens welke de huur gelijktijdig afloopt, met het oog op de ligging, ook ten zeerste aan beveling verdient. Ons College had reeds besloten aan Uwe Vergadering voor te stellen de huur aan den heer Rodenburg te gun nen, toen zich de heer W. van der Meij door tusschen- komst van Mr. P. E. Briët tot ons wendde, met het verzoek ook voor de huur van de perceelen nis 173 en 174 in aanmerking te mogen komen. Aanvankelijk be paalde hij zich tot de bereidverklaring een hoogeren prijs dan de heer Rodenburg te geven, zonder een bepaalde som te noemen, doch naderhand deed hij een bod van 225.per H.A. Hoewel deze prijs niet onbelangrijk hooger is, zoo konden wij toch geen aanleiding vinden op deze aanbie ding in te gaan, omdat het stadium, waarin de onder handelingen met den heer Rodenburg verkeerden, toen reeds te ver gevorderd was, om deze af te breken; o. a. was diens bod bekend. Te minder termen achtten wij daartoe aanwezig, omdat ons was gebleken, dat de be wering van den heer van der Meij als zou de heer Roden burg het land, dat thans bij dezen in onderhuur is, hebben verwaarloosd, niet strookt met de feiten. Integen deel heeft laatstgenoemde den grond, die aanvankelijk in slechten toestand verkeerde, belangrijk verbeterd, zoo zelfs, dat Rij nu het dubbele wil geven van den prijs, dien het land tot nog toe opbracht. Van den goeden staat, waarin het land thans verkeert, te profiteeren, komt in de eerste plaats toe dengene, aan wien die betere toestand is te danken. Wij meenen daarom geen wijziging te moeten brengen in ons reeds genomen besluit, om Uwe Vergadering in overweging te geven de landerijen op den aangegeven voet aan den heer Rodenburg te verhuren. 2. a. de westelijke strook van het ten noorden van den toegangsweg naar de Zweminrichting „de Zijl" gelegen kadastrale perceel Sectie N. no. 203, ter grootte van 0,25.00 H.A. b. de oostelijke langs de Zijl gelegen strook van bedoeld perceel, alsmede de kadastrale perceelen Sectie N. nis 201 en 202, eveneens gelegen ten noorden van bovengenoem- den toegangsweg. De heer F. Wervelman, alhier, huurder van aangren zende aan de gemeente toebelioorende strooken, heeft verzocht dezen grond (zie kaart I) voor den tijd van één jaar te mogen huren voor den prijs van ƒ176.perH.A., voorzooveel betreft de sub a. bedoelde strook en voor de som van 30.in totaal voor wat betreft den sub b. genoemden grond. 3. a. de perceelen teelland, gelegen ten zuiden van den zooeven genoemden toegangsweg, kad. bekend Sectie N. nis 762 (oud 219) ged., 217, 218, 216, 215, 214, 213, 209, 203 (ged.) en 211, ter grootte van 3.50.00 H.A. (zie kaart II). b. het perceel teelland, gelegen ten noorden van dien toegangsweg, kad. bekend Sectie N. no. 203 (ged.), ter grootte van 0.42.00 H.A. (zie kaart II). Als huurder van deze perceelen voor den tijd van één jaar heeft zich aangemeld de heer P. Glasbergen te Rijns- burg, eveneens reeds huurder van aangrenzende aan de gemeente toebelioorende strooken, die voor de sub a. ge noemde perceelen een huurprijs van 100.per H.A. en voor het sub b. bedoelde perceel een van ƒ176.per H.A. biedt. Wordt overeenkomstig het sub 2 en 3 vermelde be sloten, dan eindigen alle door de heeren Wervelman en Glasbergen gepachte landerijen op één datum. II. De ten westen van de trambaan 's Gravenhage VoorburgLeiden gelegen perceelen weiland, kadastraal be kend Sectie M. nis 4135 en 4138, thans verhuurd aan C. L. van Velzen, alhier, voor de som van 300.per jaar, welke huur indertijd is overgenomen bij den aankoop van de N.V. v/h Gebrs. de Graaff en die tegen 1 Januari a.s. dezerzijds werd opgezegd. Het perceel M. 4135, groot 0.56.70 H.A., komt voorloopig niet voor verhuring in aanmerking, aangezien de Dienst van Gemeentewerken hierover de beschikking behoeft als zoden terrein. Het land M. 4138, groot 0.55.10 H.A., wenscht de heer G. F. Hemerik, alhier, voor den tijd van drie jaren te huren tegen een jaarlijkschen huurprijs van 250.per H.A. Met deze huursom kan o. i. genoegen worden genomen. III. De ten westen van de trambaan 's Gravenhage VoorburgLeiden gelegen moestuin met daarop staande schuur, belioorende bij het landgoed „Zuiderzicht", kad. bekend Sectie M. nis 3799 en 565, groot 0.20.28 H.A., thans verhuurd aan den heer J. de Graaff voor de som van 60. per jaar. Waar de tegenwoordige huurder niet meer voor het gebruik van den grond in aanmerking wenscht te komen, kan o.i. aan het verzoek van G. J. van den Berg alhier, om den tuin voor 3 jaren, tegen den thans geldenden huurprijs van 60.per jaar te mogen huren, worden voldaan. IV. het ten westen van genoemde trambaan gelegen perceel teelland Sectie M. 4139, groot 0.53.10 H.A. De tegenwoordige huurder, B. Slimmers, alhier, wenscht de huur, voor den tijd van 3 jaren, te eontinueeren tegen den thans geldenden huurprijs ad 125.per jaar. V. de perceelen tuinland in de Waard, kadastraal bekend Sectie N. nis 333, 334, 335 en 336, groot 1.68.44 H.A. De tegenwoordige huurders, W. en N. Bink alhier, hebben verzocht de perceelen wederom, voor den tijd van 2 jaren, tegen denzelfden huurprijs, ad 800.— per jaar, te mogen huren, waartegen geenerlei bedenking bestaat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1925 | | pagina 4